De Balans: dit zijn de beste albums van 2021 tot nu toe

V.l.n.r.: St. Vincent, Greentea Peng, Serpentwithfeet © GF

Met de helft van het culturele jaar achter de kiezen, maakt Knack Focus de voorlopige balans op. Vandaag: de beste albums van 2021 tot nu toe.

10. Greentea Peng – Man Made

‘I don’t make music for children’, zo liet de niet op haar mondje gevallen Greentea Peng – Aria Wells op haar Britse stembrief – over de vele drugsreferenties in haar songs optekenen in The Guardian. ‘Release all of my brothers on a weed charge, please’, gedrapeerd over het zwoel wiegende dubritme van Free My People, is er daar eentje van. Maar ook zonder referenties aan ‘a big zoot’ of ‘magic shrooms’ voert het theemeisje u mee naar hogere sferen, op een zomerplaat pur sang die ongedwongen soul, r&b, funk en psychedelica onder en door elkaar klutst. Achttien organisch geknede tracks in totaal, die samen een met Indiase percussie en frivole blazers bestrooid, paradijselijk luisterspel vormen. Als u er de eitjes die gepeld worden met Babylon, false truths en 5G-antennes wilt bijnemen, tenminste.

9. Dry Cleaning – New Long Leg

Postpunk met parlando? Met zijn eerste langspeler vervult Dry Cleaning een behoefte waarvan u niet wist dat u ze had. Het Londense kwartet roert postpunk, new wave en artrock opmerkelijk slim door elkaar. Dat tekent een verwantschap af met het contingent Amerikaanse groepjes dat zich begin jaren tachtig de verwezenlijkingen van Gang Of Four of The Fall toe-eigende. We denken dan heel precies aan de kunstige kliek in en rond Athens, Georgia: Pylon, Love Tractor, de hoekigste R.E.M. van 9-9 en Feeling Gravitys Pull. Het gaat er dus zowel schril als strak aan toe, met veel prikke(le)nde gitaarlijnen, potige bas, constante stuwkracht, én de monotone knip-en-plakteksten van zangeres Florence Shaw. Eén van de strafste debuten van 2021.

8. Serpentwithfeet – Deacon

Wie Ty Dolla Sign maar ook Björk tot zijn fans mag rekenen, en bovendien thuis is op het indiekeurmerk Secretly Canadian (The War On Drugs, Anohni), die serveert geen opgewarmde r&b-kost. Toch bewegen de in gospel gemarineerde harmonieën van Josiah Wise samen met de door hemzelf geproducete, wulps tik-tak-tokkende beats zich vrij netjes binnen de huidige perimeters van het genre. En tóch betrap je er jezelf nooit op per ongeluk mee te knikken met iets dat vanuit de wijde Justin Bieber-omtrek komen kan. Het zullen de barokke arrangementen zijn, of de gebronzeerde, onblitse klankkleur waarmee deze voormalige experimentalist zich van zijn meest uitnodigende kant tot nu toe laat zien. Een verraderlijk sterk staaltje nieuwerwetse soul. Wie smelt bij Sampha en/of Moses Sumney weet waarheen.

7. Arlo Parks – Collapsed in Sunbeams

Arlo Parks’ bio leest als de cultuurbijlage van een kwaliteitskrant. De prille Londense twintiger heeft Sylvia Plath en Hanif Abdurraqib op de boekenplank, plukt haar luistergenot zowel bij jazz en rock als MF Doom of Sufjan Stevens en covert al eens graag Radiohead. Wat daarvan op haar debuutplaat blijft hangen, zijn tekenen van goede smaak: lome triphopvibes, radiovriendelijke warmte die tussen soul en indiepop sluimert, een productie die minder boven meer prefereert en een innemende coming-of-agethematiek. Plof de naald (of mik de muis) op gelijk welke song en de behaaglijke streling van een lentebries is je deel. Arlo Parks is een nieuwe ster aan het firmament.

6. Ashnikko – Demidevil

Als kind ontdekte Ashton ‘Ashnikko’ Casey haar liefde voor taal door vieze gedichtjes over haar leerkrachten te schrijven. Demidevil, het albumdebuut van de naar Londen uitgeweken Amerikaanse, is daar in feite gewoon een voortzetting van. Al zijn de vieze gedichtjes intussen (soms nog steeds een beetje vieze) feministische anthems geworden, speelt ze duchtig met genres, en zijn niet leerkrachten maar ‘toxic little boys’ het onderwerp van de frustratie van de 24-jarige TikTok-rapper. ‘Careful with me, I’m homicidal‘, waarschuwde ze al op de eerste vrijgegeven single Cry, een nu-metalnummer met Grimes, die naar eigen zeggen grote fan is. Princess Nokia sprong dan weer aan boord in Slumber Party, een in nilliesnostalgie gehulde ode aan orale seks met ‘your girlfriend’. In Avril Lavigne-parodie L8r Boi moeten ook skaterboys eraan geloven. We zouden Ashnikko niet graag in de weg lopen.

5. Iceage – Sheek Shelter

Nihilistische passie? Voor zo’n rare contradictie zou men ons vroeger in een opstel punten hebben afgetrokken. Iceage scoort er echter mee. Op Seek Shelter graait de Deense band in americana. Dat is op zich niks nieuws voor de iconoclastische Scandinaviërs: eerder bepotelden ze al hardcore, postpunk en goth, later waren chanson en cabaret niet meer veilig. Ook Seek Shelter is veelzijdig, maar met de balans zat het misschien nog nooit zo goed. De Kopenhaagse jongelingen (ze moeten nog altijd dertig worden) zijn ook op hun vijfde plaat gegroeid in hun muzikale kunde. Seek Shelter? In elk geval niet voor déze plaat.

4. Mdou Moctar – Afrique Victime

Voor zijn nieuwe plaat is de Nigerese Toearegband Mdou Moctar van Sahel Sounds naar Matador overgestapt. Het eerste label put voor zijn clientèle uitsluitend uit de gelijknamige Noord-Afrikaanse landstreek, het tweede biedt onderkomen aan naampjes zoals Queens Of The Stone Age, Kurt Vile en Perfume Genius. Een aanzienlijke schaalvergroting, heet dat. Voorman Mahamadou Souleymane heeft een eigen stijl gepuurd uit desert blues, Toearegfolk, trouwmuziek en westerse rock. Dat laatste element stimuleert zijn verruimingsdrang, met als voorbeelden Amerikaanse klasbakken zoals Jimi Hendrix, Eddie Van Halen en Prince. In Afrique Victime krijg je meeslepende songs over respect, tolerantie en verontwaardiging (jegens Franse neokoloniale praktijken in Niger) voorgeschoteld, gestoeld op magnetiserend elektrisch werk dan wel rurale, akoestische pracht. Een woord hoeven we niet ver te zoeken: subliem volstaat.

3. Floating Points & Pharoah Sanders – Promises

Pharoah Sanders (80) is de grote hoornheld van hippe vogels als Kamasi Washington en Shabaka Hutchings. Hij speelde aan de zijde van John Coltrane, en hield na diens overlijden de fakkel van de spirituele jazz brandende. De saxgigant maakt, voor het eerst in vijftien jaar, nog eens een plaat. Met dank aan de Britse knoppenbolleboos Sam Shepherd, alias Floating Points. Vijf jaar hebben de heren geschaafd aan een symfonie voor koper, strijkstok en elektronische circuits. Een onafgebroken kosmische suite in negen delen, geduldig en gebalanceerd opgebouwd, met een uiterst geraffineerd gevoel voor leegte en textuur. Promises is een werk van immense diepte, intense ruimte en tegelijk grote intimiteit. Georkestreerde jazz, dan denken wij aan Charlie Parker with Strings, aan Focus van Stan Getz, aan Miles Davis’ Sketches of Spain. Dit tijdloze, majestueus uitgevoerde meesterwerk mag mee in het rijtje.

2. Madlib – Sound Ancestors

Een drietal jaar geleden, in een Londense wijnbar, werd de deal beklonken. Otis Jackson Jr., oftewel hiphopenigma en multi-instrumentalist Madlib, de man bij wie lieden als Erykah Badu en Kanye West aankloppen voor een unieke instrumental, zou de beats en samples leveren. Kieran Hebden, alias elektronicaproducer en dj Four Tet, zou ze als curator/arrangeur tot één luisterervaring kneden. Iets als een jazz- of progrockalbum, dat had het duo in gedachten. Zónder rappers, maar met enkele geleende stemmen die u doorheen dit multiversum van genres, tijd en ruimte gidsen. De met elkaar vergroeide stijlbreuken, de weelde aan textuur en de verrassende wendingen in dynamiek getuigen dat ze in hun opzet zijn geslaagd. Sound Ancestors is een ode aan het luisteren.

1. St. Vincent – Daddy’s Home

Een verfomfaaide nachtbraker wordt in het ochtendgloren uit de stadsspeeltuin verjaagd door moeders die de hoogte van haar hakken onbetamelijk vinden. Een jongedame verschijnt ingepilst op het eindejaarsfeestje, de Gucci-handtas vol pillen. Een vrouw gruwt bij de gedachte aan kinderen: waarom zou ze zich verkleden en er níét voor betaald worden? De human condition vormt voor Annie Clark een onuitputtelijke bron van vertier en ideeën. Op Masseduction (2017) mat ze zich de rol van dominatrix aan. Daddy’s Home is net zo conceptueel, maar dat valt door de nostalgische flou artistique minder op. Alle naar troost en leniging scharrelende types van hierboven? Is ze zelf ooit geweest, beweert Clark. Dit alles verleent een onbetaalbare, touchante dimensie aan een gewiekste maar met plezier geslepen popplaat. Geef St. Vincent een dag op de almanak.

Eervolle vermeldingen voor: Lana Del Rey (Chemtrails Over The Country Club), Genesis Owusu (Smiling With No Teeth), Olivia Rodrigo (Sour), Danny L Harle (Harlecore), Aaron Frazer (Introducing…).

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content