Viva la feta. Gloria mundi. De campus cup. Een theatertournee rond Bobbejaan Schoepen. Zijn band Hairbaby. En nog is het niet genoeg voor Otto-Jan Ham. ‘Ik voel een messiaanse dadendrang soms.’
De oudste dochter moet nú de deur uit, de dansles begint zo, er valt geen tijd meer te verliezen. De middelste dochter is net terug van de turnles en omhelst haar vader. De jongste heeft honger. Honger! ‘Spaghetti wil ik! Met ketchup!’
Terwijl hij worstelt met de pasta overschouwt Otto-Jan Ham ook nog eens het leven.
Een van de vragen die ik heb opgeschreven gaat toevallig over dansen. In haar boek Een schitterende leegte, over de onophoudelijke druk om productief te zijn, schrijft de Nederlandse filosofe Lieke Knijnenburg dat ze meer wil leven zoals ze danst. Dan volgt ze haar lichaam, valt haar controledrang weg en gaat alles vanzelf, zonder nadenken. Wanneer gebeurt dat bij jou?
Otto-Jan Ham: Goed dat je dat zegt, want ik ben een heel slechte danser. Mogelijks vind ik dat mijn grootste tekortkoming, dat ik niet kan dansen, niet kan overschakelen op het intuïtieve in mezelf. Maar het interesseert me wel enorm. Na de Polonsky-film (de documentaire Hi my name is Jonny Polonsky, nvdr.) wilde ik zelfs iets maken over ‘de dansende mens’. Iris (zijn vrouw, nvdr.) heeft dansles gegeven en kan heel goed dansen. Ik weet de knop niet zijn om eraan te beginnen. Ik drink niet meer, ik kan me niet meer zo goed laten gaan. Het is een soort overgave die ik mis. Dat is ook de reden waarom ik niet kan acteren: ik ben me de hele tijd te bewust van mezelf. Ooit had ik eens paddo’s gepakt – voor Brain Man (zijn wetenschappelijke tv-reeks op VRT Canvas, nvdr.) of recreatief, dat weet ik al niet meer – en daarna ging iedereen dansen. Eerst geblinddoekt, een goede manier om je controle uit te schakelen. Voor ik het wist, was ik daar als een malloot aan het dansen. Heel bevrijdend. Ik ben zo jaloers als ik mijn dochters zie dansen, zich van niets of niemand iets aantrekkend. Als ik nog een doel heb in het leven, is het in die toestand terechtkomen. Zonder alcohol of geestverruimende middelen, gewoon vanuit een soort berusting. Een acceptatie. Het zijn grote woorden, ik weet het, maar het lijkt me wel logisch. Pas op het moment dat je jezelf volledig accepteert, om wie je bent, doe je dat.
‘Ik kan heel erg goed ongemakkelijk zijn.’
Ik had gedacht dat je gewoon kort zou antwoorden: tijdens het muziekspelen.
Ham: (lacht) Nu moet ik zeggen dat ik daar als muzikant en als performer op het podium, inderdaad wel beter in aan het worden ben. In de eerste fase van Hairbaby was ik zeer houterig, zeer ongemakkelijk, en ik kan heel erg goed ongemakkelijk zijn. Maar ik merk dat er evolutie in zit. Dat komt de muziek ten goede, en mezelf als mens ook. Het betekent dat ik eindelijk vrede vind in wat ik gemaakt heb, en er helemaal achtersta. Dat klinkt allemaal zwaar, maar het is vooral een warme oproep om eens naar de band te komen kijken. Ik moet natuurlijk ook mijn pr onderhouden.
***
Een donderdagavond in Halle, welkom bij Otto-Jan Ham. Vader, warhoofd, volbloed verteller. De stroom van de geest is sterk en gelukkig nog niet gekanaliseerd.
Het begon al bij het binnenkomen, in het herenhuis dat hij met zijn vrouw en hun drie dochters sinds een jaar betrekt. ‘Het is een oud huis waar veel werk in gaat kruipen’, zei hij. ‘Gek genoeg was het betaalbaar, ondertussen snap ik ook waarom.’
Een rondleiding. Langs de werkkamer, de traphal, de keuken, de oude garage, de bijkeuken die straks misschien een atelier wordt, het terras, de vijver, de zuiders aandoende klimop tegen de achtermuur en vooral: de koninklijke treurbeuk centraal in de tuin.
Niet dat Ham de laatste maanden veel in de schaduw naar de wolken heeft liggen kijken. Eind 2024 reisde hij drie maanden met zijn gezin door Azië, maar bij thuiskomst vloog hij er meteen weer in. Een nieuw seizoen van De campus cup, nu te zien op VRT Canvas. Nieuwe afleveringen van De Popcast, de podcast die hij samen met Stijn Van de Voorde maakt. Een theatertournee rond Bobbejaan Schoepen, met Jan De Smet, Barbara Dex en Nele Paelinck. Het derde seizoen van Viva la feta, waarin hij gasten als Average Rob en Jens Dendoncker ontvangt op het Griekse eiland Sifnos. En een aflevering van Gloria mundi, vorige week uitgezonden op VRT 1, waarin hij Gloria Monserez rondleidde in zijn geboorteland.
‘Ik heb het zelf nog niet gezien en ik ga er ook niet naar kijken’, zegt Ham daarover. ‘Ik ben superijdel, daar niet van, maar het gaat wel de hele tijd over mij. Was het niet te heftig, met dat ongeluk?’
Op zijn negentiende, vertelde hij aan Gloria Monserez, was Ham betrokken bij een zwaar verkeersongeval. De bestuurder, een vriend, was op slag dood. Zelf overleefde hij als bij wonder.
Het schuldgevoel blijft. ‘Dat zal niet weggaan en dat hoeft ook niet. Het is een laag die ergens in mij zal blijven zitten, maar bon: als het dat maar is. Dat ongeval heeft mijn leven veranderd, tot op vandaag, maar het lastige aan erover praten is dat, hoe je het draait of keert, de afloop voor mij gunstig is geweest. Ik zit hier en ik leef. Ik ben betrekkelijk gezond, ik heb alles wat mijn hartje begeert. En dat geldt niet voor de chauffeur van de wagen. Hij was toen een stuk ouder dan ik, maar ondertussen ben ik zoveel ouder dan hij geworden is. Daar denk ik vaak aan. Wie ben ik dus om te klagen dat het mijn leven heeft veranderd? En sowieso vind ik het niet simpel om te koop te lopen met verdriet.’
Nochtans zijn heel veel mensen net daar heel goed in tegenwoordig.
Ham: Ik helaas niet, en ik kan dat psychologisch ook perfect verklaren. Door het schuldgevoel permitteer je jezelf heel weinig emoties. Je staat jezelf niet toe om überhaupt verdrietig te zijn, je voelt je net schuldig omdat je nog leeft. Dan rest je weinig blijdschap of verdriet, als dat de twee uitersten zijn. Maar het ligt ondertussen ver achter ons en ik heb een manier gevonden om door het leven te laveren, het mee te pakken als iets wat me maakt tot wie ik ben.
De manier waarop je in Gloria mundi vertelde over het ongeval deed erg denken aan de toon van Viva la feta. Ook daar hoeft de traan niet meteen. Liever niet zelfs.
Ham: Ik heb daar echt een broertje dood aan, om die oubollige uitdrukking nog eens te gebruiken. Ik vind het vaak zo’n goedkope, gezochte, schaamteloze verkooptechniek dat ik er opstandig van word. Voor mezelf heb ik het altijd goed kunnen pareren, maar ik heb me er ondertussen natuurlijk zelf ook schuldig aan gemaakt door mee te doen aan Over de oceaan en daar op een gegeven moment, toen ze iets hadden voorbereid met mijn vader, tegen mijn principes in toch te beginnen blèten. Het is me dus ook overkomen.
Blèten op tv vind ik vaak een brug te ver. Het is easy, je kunt in één screenshot laten zien dat celebrity A of B emotioneel was tijdens je programma: expliciet verkoopt gewoon het gemakkelijkste. Ik hoop dat het eens stopt, ik word er wat onnozel van. Je kunt iemand ook beter leren kennen op televisie zonder dat hij door zijn hoeven gaat. Ik zeg maar wat: als Jens Dendoncker langskomt in Viva La Feta en ik voel dat hij geen zin heeft om voor de zoveelste keer over zijn depressie te praten, is het dan zoveel oppervlakkiger om samen iets leuks te gaan doen en eens een andere kant van Jens te tonen dan om per se te herhalen wat al zo dikwijls is gezegd?
Iemand, ik ben vergeten wie, heeft ooit gezegd: ‘Over ernstige zaken moet je lichtvoetig praten. En lichtvoetige zaken moet je ernstig behandelen.’
Ham: Exact. Ik vind het belangrijk dat ik er altijd humor en zuurstof in kan blazen, maar ik heb nog nooit Het rad van fortuin gepresenteerd. Never ever ga ik Huis gekocht presenteren. Mijn bol eraf als ik het wel doe. Ik moet toch altijd het gevoel hebben dat ik er iets diepers in kan leggen, om dan via humor de kijkers te toucheren. De campus cup is op zich een klassieke quiz, maar als presentator maak ik er geen compromissen. En Amai zeg wauw! was bijna een variétéshow, maar wel op mijn manier. Als het te flauw wordt, te braaf, word ik snel opstandig. De keerzijde is dan wel dat je nooit een miljoen kijkers zult hebben waarschijnlijk.
‘Er is geen durfkapitaal meer in onze sector, iets laten rijpen behoort niet meer tot de mogelijkheden.’
Een derde seizoen van Amai zeg wauw! komt er niet?
Ham: Dat ziet er niet meteen naar uit, wat ik bijzonder jammer vind. Het is een programma waar nog veel rek op zit, heb ik het gevoel, maar de economische realiteit is hard. Er is geen durfkapitaal meer in onze sector, iets laten rijpen behoort niet meer tot de mogelijkheden. Het programma zit dus in de koelkast, maar wel op het plekje waar je altijd dat potje hummus bewaart dat uiteindelijk toch slecht wordt.
***
We gaan nog even verder met onze opsomming. Na zijn rondreis door Azië bracht Ham met zijn band Hairbaby Yours and Yours Alone uit, een ‘vrolijk melancholisch werkstuk voor en over minder volmaakte mensen zoals u en ik’. Hij broedt op een Ween-coverproject en zegde pas in laatste instantie een steunavond voor lokale rockbands af.
‘Ik voel een messiaanse dadendrang soms’, zegt hij. ‘Zeker als het gaat om muziek en mensen met elkaar verbinden.’
‘Ik ben bang om lui te zijn’, schrijft Lieke Knijnenburg ook in Een schitterende leegte. ‘We hebben geleerd dat hard werken beter is dan ontspannen, dat onze waarde als mens afhangt van onze productiviteit en dat het nooit genoeg is. We hebben onszelf leren zien als een efficiënt te runnen onderneming waar we de meeste winst uit moeten halen en voelen ons schuldig over een luie dag.’
Ham: Ik onderschrijf dat helemaal en ik moet echt toegeven dat het bij mij op het ziekelijke af is soms, en dat ik er ook niet per se productiever door word. We hebben het al eerder over een schuldgevoel gehad…
De opnames van De campus cup zijn klaar, ik zit nu in een fase waarin ik kan ontwikkelen – nieuwe programma’s bedenken, een nieuwe muzikale theatershow met Gloria Monserez opzetten (Het muziekste jaar ooit, nvdr.) – en toch loopt het mij over de kop. Ik ben zoveel aan het organiseren en zelf aan het trekken dat ik nu weer begin te denken: wat bezielt mij? Het is bij momenten zo erg dat ik er niet van in slaap geraak, het borrelt langs alle kanten. Een zegen soms, omdat het een bron is die niet stopt en ik enthousiast kan worden van iedereen die me vertelt over zijn of haar plannen. Maar zowel fysiek als mentaal begint het me af te peigeren. Die avond voor lokale bands is een goed voorbeeld. Ik had alles – bands, een zaal, PA – , ik hoefde alleen nog maar op de sendknop te duwen om het wereldkundig te maken. Maar ik blokkeerde: ik was het enkel aan het doen vanuit de drang om íéts te doen. Met het schaamrood op de kaken heb ik alles afgezegd, een zeldzaam moment van zelfbehoud.
Heb je na al die jaren al een idee wat je bezielt?
Ham: Ik vermoed dat het antwoord op die vraag iets heel archetypisch is, zoals bang zijn om vergeten te worden. Ik weet het ook niet, het is een gok. En voor een groot stuk draait het ook om plezier natuurlijk. (denkt na) Niets is zo vluchtig als popmuziek. Je brengt een plaat uit en dan krijg je wat aandacht, in het geval van Hairbaby is dat beperkt maar zeer aangenaam, en vanaf dan begint de neergang. Het enige wat je dan nog kunt proberen is het vuur brandend te houden. Ik wil me eigenlijk gewoon amuseren met mijn vrienden, ik wil niet bezig zijn met het instandhouden van die curve, maar ik voel toch een soort van dwang en verantwoordelijkheid om ermee bezig te zijn. En voor je het weet, ben je dan aan het vechten om niet vergeten te worden. En er is bovendien ook nog zoiets als een algehele curve, want al die deelprojectjes gaan ook ergens over mij als mens.
‘Hoe hoger de pieken, hoe meer applaus, hoe meer bloemen en blowjobs en noem maar op.’
Ik vergelijk het soms met wielrennen: hoe hoger de pieken, hoe meer volk er staat te applaudisseren voor de renners, hoe meer bloemen en blowjobs en noem maar op je kant uitkomen. Maar dan ben je over de top en verdwijnt het publiek. En voor je het weet, sta je weer beneden. Als enige, met je fiets.
Mij lijkt de afdaling zonder publiek minstens even fijn als de klim met al dat volk, om in de metafoor te blijven.
Ham: Snap ik, en mijn traject is om te beginnen al helemaal anders verlopen. Ik heb wat taluds beklommen, ben dan weer afgedaald, kwam weer op een hellend vlak hier en een afdaling daar, en het grote voordeel is dat mijn afzink nooit zo diep zal zijn. Ik ken het allemaal. Daarom, als antwoord op de vraag waarom ik zo hard bezig blijf: vermoedelijk heb ik het gevoel dat ik onder het volk moet blijven. (denkt na) Maar als ik eerlijk ben met mezelf ben ik eigenlijk niet per se bang om vergeten te worden. Ik zit nu gewoon in een levensfase dat ik mijn drie kinderen moet onderhouden. Ook daarom zet ik alles op alles, ik moet hen nog even boterhammen kunnen geven. Sommige projecten kosten me klauwen met geld, zoals Hairbaby, en ik ben daar helemaal fine mee, maar ik heb het geluk dat ik voor andere fijne projecten wel oké betaald word.
***
Als kind droomde Ham ervan beroemd te worden. Nu hij het is, zegt hij: ‘Ik hecht er veel waarde aan dat ik die dude blijf die (denkt lang na)… ik wik en weeg mijn woorden… Ik wil nooit streken krijgen, daar komt het op neer. Ik weet nu niet of dit de grote ontboezeming is, maar ik ben me er wel heel erg bewust van. Ik ben wat dat betreft zeer, zeer, zeer nederig.’
In bepaalde programma’s zou de camera nu inzoomen op je gezicht en zoeken naar een traan.
Ham: (lacht) Dat gaat niet gebeuren, maar ik denk wel dat mensen die met mij werken het zullen kunnen bevestigen. Ik wil niet per se opgemerkt worden, ik wil vooral creëren. Ik zit momenteel veel in de studio om muziek te maken en na zo’n dag is het zalig om te beluisteren wat je zelf hebt gemaakt. Maar ook daarin wil ik geen compromissen sluiten. Het moet fijn blijven en ik wil het met de mensen blijven doen met wie ik het nu doe, en geen keuzes maken die me op de een of andere manier een voordeel zouden kunnen opleveren. Het moet vooral niet te veel rond mij draaien. Ik ben er bijvoorbeeld ook helemaal de man niet naar om ooit een autobiografie uit te brengen, tenzij het heel erg funny zou zijn.
Ongetwijfeld heb je al een titel in gedachten.
Ham: Zeker, ik heb er zelfs al vaak over nagedacht. Wat dacht je van: De man die noch kanker genas, noch vrede bracht in het Midden-Oosten, maar gelukkig wel de tijd en het ego had om een autobiografie te schrijven? Of, als dat te lang is, doe dan maar: Otto-Jan Ham: een veeleer overbodige autobiografie.
Hairbaby
Speelt o.a. op 19.07 op het Marktfestival in Harelbeke, op 21.07 op het Kneistival in Knokke-Heist, op 14.09 op het Schippersweekend in Lauwe en op 18.09 in Het Depot in Leuven.
Otto-Jan Ham
Geboren in 1978 in Eindhoven.
Woont met zijn vrouw en hun kinderen in Halle.
Gaat in 2001 bij Studio Brussel aan de slag, werkt later ook voor MTV en TMF.
Werkt al jaren als zelfstandige voor Woestijnvis.
Maakt muziek met zijn band Hairbaby.