Twee jaar geleden kwamen ze in een walm van weed de Grote Plas overgevlogen, maar intussen is MGMT de felst fonkelende ster aan het rockfirmament. Ze scoorden een zuivere hattrick met hun singles, zetten festivals op hun kop en vochten een juridisch robbertje met president Sarkozy. ‘We zijn geen naïeve jongens meer.’

Het nieuwe Congratulations moet de plaat van de bevestiging worden. De bevestiging van hun meer dan welkome coup op alternatieve én hitradio’s. Een coup die ze overigens zelf hadden voorspeld in Time To Pretend, hun debuutsingle en mission statement: ‘Let’s make some music, make some money, find some models for wives.’ Nu ja, Carla Bruni kunnen ze alvast op hun buik schrijven. Vorig jaar lapten Andrew VanWyngarden en Ben Goldwasser niemand minder dan president Sarkozy een proces aan het been omdat hij muziek van MGMT had gebruikt tijdens een partijcongres van de UMP.

Ben Goldwasser: Niet dat we strikte criteria hanteren om te beslissen wie onze muziek mag gebruiken en wie niet. Maar het ons vriendelijk vragen is alleszins een eerste voorwaarde, en dat heeft Sarkozy niet gedaan. We weigeren ook heel veel commercials, zeker voor evil companies als verzekeringsmaatschappijen. Ik zou het niet in overeenstemming kunnen brengen met mijn geweten als zulke bedrijven dankzij ons hun credibiliteit en rock-‘n-rollgehalte kunnen opkrikken. Af en toe laten we onze muziek wel gebruiken voor commerciële doeleinden, al was het maar omdat het een andere manier is om mensen met je muziek in contact te brengen.

En omdat er een vette cheque aan vasthangt.

Goldwasser: En dát, ja. (Lacht) Kijk, de eerste keer dat ik muziek van een van mijn favoriete groepen in een autocommercial hoorde opduiken, vond ik dat niets minder dan verraad. Maar intussen weet ik dat je dat onmogelijk kunt tegenhouden als je bij een major label zit. Af en toe moeten we een keer toezeggen.

Wat heb je gekocht van je eerste grote cheque?

Goldwasser: Niets speciaals eigenlijk. Ik ben zeker geen dikke auto gaan kopen of zo. Ik woon in New York, daar ben je niets met een auto. (Lacht) Ik heb me wel een iets ruimer appartement gepermitteerd. En voor de rest hebben we allebei een groot deel van het geld weer in de groep geïnvesteerd. We zijn een eigen studio aan het bouwen, zodat we voor onze volgende plaat niet wéér onder tijdsdruk in een dure, commerciële opnamestudio moeten opnemen.

Probeer me eens een idee te geven van de impact die de doorbraak van MGMT op jullie leven heeft gehad.

Goldwasser: Het is… bevreemdend. Ik kan je niet eens beginnen uit te leggen hoe het voelt om door een winkelstraat in Brussel te wandelen – een stad waar ik me tot voor kort niet eens een voorstelling kon van maken – en plots uit een openstaande deur je eigen muziek te horen. De voorbije twee jaar hebben we aan zulke dingen moeten wennen. Toen we met MGMT begonnen, was er niet één vezel in ons lijf – hand op het hart: niet één – die verlangde naar zoiets bespottelijks als roem of bekendheid. Integendeel zelfs: Time To Pretend, onze eerste single, was net een sarcastische song over de leegheid van het rocksterrendom. Het effect van die doorbraak was vooral ontnuchtering. Ik bedoel maar: Andrew en ik waren twee jaar geleden echt naïeve jongens. Nu pas weten we dat je als groep bij een major label een marketingteam achter je aan krijgt en dat ons financiële potentieel minstens even belangrijk voor hen is als onze muziek. Je lacht, maar daar hadden we indertijd echt niet bij stilgestaan.

De heer zij geprezen: ‘Congratulations’ is niet de typische tweede plaat geworden waarop er gejammerd wordt over de tol van de roem.

Goldwasser: Je gaat me niet geloven, maar dat was exact de afspraak die Andrew en ik gemaakt hebben voor we de studio ingingen. ‘Geen gezeur over beroemdheid!’ We hebben er ook op gelet dat de nieuwe plaat geen reactie zou worden op onze vorige. Want dat zie je ook vaak: dat groepen zich afzetten tegen de muziek waarmee ze beroemd geworden zijn. Pas op: wij wilden dat eigenlijk ook, hoor. Als er iets is waar we de voorbije twee jaar zijn achtergekomen, dan wel dat je als groep heel snel een imago hebt. Dat er als het ware een karikatuur van je gemaakt wordt. En zelfs als die karikatuur voor negentig procent overeenkomt met wie je echt bent, voel je je tekortgedaan. Daartegen reageren door dat beeld kapot te maken, is heel natuurlijk. Maar die aanvechting hebben we dus overwonnen.

‘Congratulations’ handelt misschien niet rechtstreeks over beroemdheid, maar er figureren wel enkele beroemde namen op. Onder meer Brian Eno en Dan Treacy van Television Personalities krijgen een namecheck.

Goldwasser:Song for Dan Treacy is gewoon een ode. We zijn hele grote fans en we vinden vooral dat hij veel beter verdient dan de obscure cultstatus die hij nu geniet. Ik weet dat Dan heel graag wat meer succes had gehad, misschien zelfs eens een grote hit had willen scoren. Maar zijn integriteit stond dat in de weg. Andrew en ik zijn in zijn aanwezigheid zelfs een beetje beschaamd omdat we het al veel verder hebben geschopt zonder nog maar een fractie te hebben verwezenlijkt van wat hij allemaal heeft gepresteerd. Stiekem willen we ons met dat nummer ook wel wat inschrijven in de traditie van outsidermuziek. Dan heeft een nummer geschreven over Syd Barrett van Pink Floyd, wij hebben nu dus een nummer gemaakt over Dan en misschien maakt een andere groep over twintig jaar wel een nummer over MGMT.

Tegelijk beantwoordt Dan Treacy natuurlijk ook aan het cliché van de ietwat zielige, heroïnespuitende rockster met wie jullie in ‘Time To Pretend’ de draak staken.

Goldwasser: Helaas wel, ja. Ik heb al van nabij meegemaakt wat heroïne doet met een mens en fraai is dat niet. Veel jonge gasten zien in heroïne iets glorieus, maar als junkie word je er ziek van en ga je eraan dood.

Andrew vertelde me twee jaar geleden dat jullie op het po-dium ook weleens bedolven worden onder de weed en coke.

Goldwasser: Ja, onze fans gooien weleens een joint op het podium en als welopgevoede jongens zijn we zo beleefd om die geschenken in dank te aanvaarden. (Lacht) Maar coke heb ik nog niet zien passeren, hoor. Dat moet een grapje van Andrew zijn geweest. We’re absolutely not a coke band. Tijdens ons optreden in StuBru’s Club 69 hebben ze ons wel bedolven onder de sokken. We hadden op de radio gezegd dat we geen propere kousen meer hadden: vandaar. Helaas heeft niemand eraan gedacht om een paar sokken naar het podium te gooien, waardoor we dus met allemaal verschillende exemplaren zitten opgescheept. Rare jongens, die Belgen.

CONGRATULATIONS Op 9/4 uit bij Sony

Door Vincent Byloo

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content