‘WE ZIJN NIET DE HERMAN VAN MOLLE EN FRANK GALAN VAN TERVUREN, HÈ’

© Filip Naudts

De oudste begint deze week op Canvas met Lefto – In Transit, zijn docureeks over dj-cultuur en grootsteden. De jongste ziet deze week Hotel Römantiek eindigen, een feelgoodreeks over vrijgezellen op leeftijd, liefde en de geneugten van Zwitserland. De verschillende werelden van de gebroeders Kurt en Sven de Leijer.

Kurt en Sven de Leijer zitten naast elkaar aan de keukentafel van een pas gerenoveerd huis in Tervuren. Ooit was het het huis van hun grootouders, tegenwoordig woont Kurt de Leijer er met zijn gezin. Twee straten verder woont Sven de Leijer. Vier straten verder hun moeder. Daarachter: het Zoniënwoud – ‘den bos’, zoals zij het noemen. Ze zijn in elkaars buurt gebleven. Huisgewijs dan toch.

‘Wat zit je zo te staren?’ vraagt Sven de Leijer.

‘Ik probeer gelijkenissen te zien.’

‘Doe geen moeite. De fotograaf heeft het daarnet ook al geprobeerd. Kurt en ik lijken niet zoveel op elkaar.’

Het zal aan de baard liggen. Kurt de Leijer, met baard, muts en skatehoodie van Huf, ziet eruit alsof hij straks nog langs een rap battle in de VK in Molenbeek kan passeren, mocht hij dat willen. Sven de Leijer, immer in T-shirt-hemdcombo, ziet er… nou ja, níét uit alsof hij straks nog langs een rap battle kan passeren. Een avondvullend diner met Vlaamse ministers en partijleiders behoort wel tot de mogelijkheden. Wat we Kurt de Leijer dan weer niet zien doen.

Het kan ook aan de bril liggen.

Nu, het zit niet alleen in hun voorkomen. De broers lijken zelfs wat verrast dat ze sámen geïnterviewd worden. Hun professionele bezigheden hebben elkaar nog niet eerder gekruist – en dat lag ook niet in de lijn der verwachtingen. Sinds hij het van publieksopwarmer tot Woestijnvisgezicht heeft geschopt, groeide Sven de Leijer (37) uit tot de radste tong op het scherm sinds Mark Uytterhoeven, ongeacht of dat nu in De laatste show, Achter de rug of De ideale wereld is. Kurt de Leijer (40) deed zijn ding vooral achter de schermen. Hij combineerde videoclips voor artiesten als Starflam, An Pierlé en Baloji met zijn werk als reclameregisseur. Tot hij het twee jaar geleden over een andere boeg gooide en zich op zijn eigen tv-project stortte.

Meteen ook de reden waarom ze samenzitten. Komende zondag begint op Canvas Lefto – In Transit, de zesdelige docureeks waarin Kurt de Leijer dj Lefto volgt doorheen zes wereldsteden. Verwacht u niet aan een reisprogramma met tips voor uw volgende citytrip, maar aan een blik op urban beats, grootsteden en de undergroundcultuur van Londen, Seoel, LA, Brussel en Chicago. Drie dagen eerder eindigt Hotel Römantiek, waarmee Sven de Leijer, Otto-Jan Ham, Frances Lefebure en twee bussen vrijgezelle Vlamingen op leeftijd het feelgoodprogramma van het voorjaar hebben afgeleverd. Twee broers, twee geheel eigen interessevelden.

Kijken jullie naar elkaars programma?

SVEN DE LEIJER: Uiteraard. Kurt heeft me een jaar geleden eens een wetransfer doorgestuurd van Lefto – In Transit, maar ik denk niet dat die nog representatief is. Ik ben zeer benieuwd.

Je weet wie Lefto is?

SVEN DE LEIJER: (lacht) Ik ken wel degelijk iets van muziek, ja. Daarbij: Lefto heeft vaak genoeg bij ons aan de keukentafel gezeten toen we nog thuis woonden. Zelfs als ik niet zou weten wat een dj is, zou ik hem via mijn broer wel zijn tegengekomen.

KURT DE LEIJER: Ik ken Lefto nu al mijn halve leven. Twintig jaar geleden raakten we aan de praat op een feestje in Brussel waar hij draaide, sindsdien zijn we copains. Lefto heeft geen rijbewijs, dus als hij een lift nodig heeft, belt hij mij.

Zo is ook het idee voor de reeks ontstaan. Een paar jaar geleden zaten we samen in de auto toen hij telefoon kreeg van A-Trak, de man achter Barbra Streisand van Duck Sauce en de remix van Heads Will Roll en jarenlang de vaste dj van Kanye West. ‘Ik ben in Brussel. Gaan we mosselen eten?’ Ik dacht: waarom doe ik daar niks mee? Lefto kent zo veel mensen en komt op zo veel plekken. Zijn leven is één aaneenschakeling van steden en interessante figuren.

Het valt inderdaad op hoe onwaarschijnlijk kosmopolitisch zijn leven is.

KURT DE LEIJER: Ergens is Lefto een soort moderne filantroop. Als hij in New York of Manilla moet draaien, laat hij de concertdata zo ver mogelijk uit elkaar zetten, zodat hij minstens drie weken moet blijven. Hij gaat ook nooit op hotel: hij slaapt altijd bij programmatoren, dj’s of muzikanten thuis. Doorheen de jaren heeft hij zo een enorm netwerk opgebouwd. Hij blijft me daarin verbazen. Toen we in Los Angeles gingen draaien, zaten we plots bij producer Om’Mas Keith thuis. Zijn naam zegt je misschien niks, maar hij heeft een paar jaar geleden nog een Grammy gewonnen voor zijn werk aan Frank Oceans Channel Orange. De gouden platen van Jay Z en Erykah Badu slingerden daar gewoon rond. Niemand heeft een leven zoals Lefto.

Je blijft achter de camera, maar toch voelt Lefto – In Transit als een persoonlijk programma.

KURT DE LEIJER: Absoluut. En niet alleen omdat ik Lefto goed ken. Hiphop heeft voor mij persoonlijk veel betekend. Toen ik als zestienjarige in die scene terechtkwam, zijn mijn ogen opengegaan. Veel mensen bekijken die urban culture als iets negatiefs, maar voor mij was het duidelijk een positieve kracht. Het is een wereld van openheid, onderling respect en culturen die elkaar beïnvloeden. Ik ben blij dat dat ook in de reeks zit.

Uiteindelijk gaat In Transit niet alleen over Lefto en dj-cultuur, maar is het een ode aan mensen die voluit leven voor hun passie. Ik merk dat ook aan de reacties: de reeks is meer dan shots van nerds die achter hun computer aan beats zitten te prutsen. Er zit iets universeels in.

Heb je Hotel Römantiek al bekeken?

KURT DE LEIJER: Uiteraard. Sven is mijn broer, hè. Ik was oprecht trots toen ik het zag. Het is een simpel idee, maar heel goed uitgewerkt. Het zou makkelijk zijn om met de kandidaten aan de haal te gaan, maar ze laten die mensen in hun waarde. Ik weet nog hoe Sven vorige zomer terugkwam van Zwitserland: helemaal kapot. Je ziet dat aan het programma: het is niet vrijblijvend gemaakt.

Het is merkwaardig hoe Sven er altijd in slaagt om zichzelf te zijn op tv. Hij speelt nooit een rolletje. In de eerste aflevering van Hotel Römantiek arriveerde hij al dj’end op een boerenkar. Dan zie ik echt mijn broer staan. Dat is misschien wel zijn grootste gave: altijd en overal Sven zijn.

SVEN DE LEIJER: Ik kan ook niet anders. In mijn begindagen bij De ideale wereld heb ik wel eens geacteerd in een filmpje: ik kon dat niet. Je ziet het heel hard als ik iets tegen mijn zin doe.

Ik kan me voorstellen dat je Hotel Römantiek ook zou maken als er geen camera’s bij waren.

SVEN DE LEIJER: (lacht) Waarschijnlijk wel, ja. Het is misschien wel het programma dat het meest aansluit bij wat ik tof vind. Ik praat graag met oudere mensen. Ik doe graag dingen met groepen – ik ben net iets te lang in de scouts blijven hangen om nog kampen mee te kunnen organiseren. Er zit een mooie maatschappelijke kant aan – eenzaamheid bij ouderen. Het klopte voor mij.

Er lijkt wel een zeker ironisch waas te hangen over alle programma’s waar je in opduikt.

SVEN DE LEIJER: Ironie? In Hotel Römantiek? Daar ben ik het helemaal niet mee eens. Ja, er zit humor in het programma, maar ik meen elke letter van wat ik erin zeg.

Ook als je op de Super Nintendo een tornooi Mortal Kombat voor zestigplussers organiseert?

SVEN DE LEIJER: Zelfs dan, ja. Wat moeten we anders doen? Bingoavonden organiseren? Zo kennen we oudere mensen al. Dan is het toch veel toffer om hen iets totaal anders te laten doen? Het was net om dat soort beeldvorming tegen te gaan dat we het programma gemaakt hebben. De kandidaten hadden een actiever leven dan ik. Dan wil je laten zien dat oud worden meer is dan een hoop clichés. En dat werkt ook. Ik ben zelf een stuk minder bang om oud te worden sinds Hotel Römantiek.

In Transit en Hotel Römantiek: het lijken wel niet meteen programma’s die uit één en dezelfde familie komen.

SVEN DE LEIJER: Nu doe je het klinken alsof we de Herman Van Molle en Frank Galan van Tervuren zijn. (lacht) Zó veel verschillen we nu ook niet.

KURT DE LEIJER: We zijn andere types en zitten in verschillende werelden. Maar er zijn genoeg dingen die ons binden.

Zoals?

KURT DE LEIJER: We komen wekelijks bij elkaar over de vloer. We delen een vriendenkring. We hebben alle twee een liefde voor muziek, concerten…

SVEN DE LEIJER: Kroketten.

Kroketten?

SVEN DE LEIJER: De trots van de familie de Leijer: de betere kroket. Op elke receptie hebben we wel een doos bij.

KURT DE LEIJER: Ons mama maakt kroketten voor restaurants en particulieren. Vandaar.

SVEN DE LEIJER: Daar liggen onze roots, eigenlijk. Toen we jong waren, hadden onze ouders een traiteurwinkel in Brussel. Vader was de kok, moeder deed de winkel. Twintig jaar geleden is papa ernstig ziek geworden. Op de dagen dat hij goed was, maakte hij kroketten in de garage – hij had er een mini-industriëlekeuken geïnstalleerd. Nadat hij gestorven is, is ons mama dat verder blijven doen. Voor een stuk als nagedachtenis. En ze doet dat nu nog altijd, weliswaar op een iets rustiger tempo.

KURT DE LEIJER: Garnaalkroketten.be. Voor al uw handgemaakte kaas-, kip-, krab- en garnaalkroketten.

SVEN DE LEIJER: Er is ook een dessertkroket. Een soort smoutebolachtige kroket met vulling van rijstpap. Ideaal met een bolletje ijs en een coulis van frambozen. Absolute aanrader.

Wat voor jeugd hebben jullie hier gehad?

KURT DE LEIJER: Een heel normale Tervuurse jeugd, denk ik.

SVEN DE LEIJER: We waren wel niet de beste speelmaatjes. Kurt was degene die boven op zijn kamer uren aan een stuk een wereld in Playmobil in elkaar kon steken. Ik was degene die even naar boven kwam, alles omsmeet en dan weer beneden ging rond dabberen. Dat vat het wel wat samen.

KURT DE LEIJER: Laat ons zeggen dat we elk creatief waren op een ándere manier.

SVEN DE LEIJER: We waren ook allebei niet de beste schoolgangers. Ik liep veel weg op school om in de vitrine van de traiteurwinkel te gaan zitten. Vond ik veel plezanter.

Was dat het plan ook? De familiezaak overnemen?

SVEN DE LEIJER: Als klein manneke wel. Maar toen het echt aan de orde kwam, was ik al veel ouder en zat ik al in een andere werksfeer.

KURT DE LEIJER: We hadden een tante die als programmatrice werkte voor de Studio Filmtheaters. Die wereld trok veel harder aan mij. Ik weet nog dat ik als veertienjarige Do the Right Thing van Spike Lee ging kijken. Dat broeierige grootstadsgevoel: dat wilde ik ook.

Op mijn zestiende liep ik wat verloren op de humaniora – ik was nog maar eens blijven zitten – en ben ik audiovisuele vorming gaan studeren aan Sint-Lukas in Brussel. Voor het eerst had ik het gevoel dat ik op mijn plaats zat. De hele klas zat vol outsiders en drop-outs. Ik haalde goede rapporten. En zo heb ik hiphop leren kennen. Het is wat ik daarnet zei: voor mij was dat een heel positieve kracht. Het verbond mensen en culturen. Ik heb me megafanatiek in die wereld gestort. Skaten, rappen, naar concerten gaan, platenwinkels afschuimen: ik heb jarenlang niets anders gedaan.

SVEN DE LEIJER: Dat was helemaal zíjn ding. Ik heb ooit lang haar gehad, maar meer rebellie zat er niet in mij.

Wat hebben jullie gestudeerd?

SVEN DE LEIJER: Niks, eigenlijk. In het middelbaar was ik al een paar keer blijven zitten. Na wat ambras met het PMS (nu de CLB’s, nvdr.) heb ik dan even graduaat elektromechanica geprobeerd – ik had al eens een vijs vastgedraaid, vandaar – maar na anderhalve dag was het duidelijk dat dat niks voor mij was. Ik wilde eigenlijk iets met events doen – ik organiseerde wat fuiven hier in Tervuren – maar dat bestond niet als studierichting. Ondertussen was ik in een café beginnen te werken, ’t Savoorke, ook in Tervuren. Rob Vanoudenhoven kwam daar geregeld over de vloer voor brainstorms met mensen van Woestijnvis. Hij heeft me overtuigd om het eens te proberen als publieksopwarmer. En zo is de bal aan het rollen gegaan.

KURT DE LEIJER: Eigenlijk was hij daar altijd al voor in de wieg gelegd. Ik denk niet dat ik ooit één discussie van Sven gewonnen heb: hij kan te goed praten. En dat entertainen heeft er ook altijd in gezeten.

Maar om op je vraag terug te komen: ik ben na het middelbaar regie gaan studeren aan Sint-Lukas – het jaar van Fien Troch, Dimitri Karakatsanis en Mathias Coppens. Twee jaar ging dat heel goed, maar in het derde ben ik gestopt en in de reclamewereld beginnen te werken, aanvankelijk als koffiezetter – ik denk dat ik alle mogelijke jobs in het vak heb gedaan voor ik regisseur werd. Ik denk dat onze ouders zich lang zorgen over mij hebben gemaakt. Pas toen mijn eerste videoclips op tv kwamen, had onze pa zoiets van: ‘Ah, hij is terechtgekomen.’

Ik zie Sven denken: ‘Pas op wat je zegt.’

KURT DE LEIJER: Hij praat daar niet zo graag over.

SVEN DE LEIJER: Toch niet in interviews, nee. Mijn werk komt op tv en daarover mag je vragen wat je wil. Maar ik voel geen nood om met mijn leven daarbuiten uit te pakken. En zeker niet met mijn vader. Ik had een goede band met hem. Hij is gestorven. Te vroeg. Maar hoe of wat, dat is van ons.

KURT DE LEIJER: Dat is typisch Sven. De grootste babbelaar, maar ook de introvertste van ons twee.

SVEN DE LEIJER: Het is niet omdat je een grote mond hebt, dat je ook veel zegt.

KURT DE LEIJER: Het rare is dat je met het ouder worden duidelijker beseft hoe sterk die familieband doorwerkt. Ik heb me veel meer afgezet tegen onze ouders dan Sven, maar we hebben alle twee heel veel van hen overgenomen. We delen allebei een liefde voor autorijden. Dat komt van onze vader.

Autorijden?

SVEN DE LEIJER: Ik heb de gênante gewoonte af en toe gewoon in mijn auto rond te rijden met muziek op.

Zonder bestemming?

SVEN DE LEIJER: Zonder bestemming. Gewoon cruisen. Vorige zondag ben ik naar Dinant gereden en terug. Ik heb een iPod met 10.000 nummers op die dan in shufflemodus staat. Per uur mag ik vijf keer een nummer overslaan. En aangezien ik autistisch genoeg ben om me daar ook echt aan te houden, wil dat zeggen dat ik al eens in de auto zit met Ich bin wie du.

Ich bin wie du.

SVEN DE LEIJER: Dat gebeurt, hè. Maar evengoed kan het met A Tribe Called Quest of De Mens zijn. De shuffle kiest.

Gewoon om het beeld compleet te maken: met wat voor auto rij je?

SVEN DE LEIJER: Nu is het heel gênant aan het worden, maar ik heb een passie voor oude terreinwagens. Ik rij met een Mercedes G – het soort jeep zoals je ze als kind tekent. Maar voor alle duidelijkheid: ik compenseer. Ik heb bewust geen open haard laten zetten, reis nauwelijks met het vliegtuig en eet weinig vlees.

Hebben jullie ooit samengewerkt?

SVEN DE LEIJER: Op tv-vlak niet, nee. Maar tot twee jaar geleden hadden we wel samen een dj-collectief: Discosluts. Geen gehucht in Vlaanderen of we hebben er wel op een pensenkermis, scoutsfuif of zomerfestivalletje gespeeld. Een beetje in de stijl van Discobar Galaxie. Ik draaide, Kurt was de MC.

Om een of andere reden had ik het eerder omgekeerd verwacht.

SVEN DE LEIJER: Je bent niet de enige. Nadat ik voor De laatste show was beginnen te werken, dachten veel mensen dat ik de flauwe plezante was die mopjes kwam vertellen, terwijl mijn broer zou draaien. Niet de enige verwarring trouwens. De naam ‘Discosluts’ deed vermoeden dat we disco draaiden. Wat we niet deden. Het gebeurde al eens dat er verklede discodames vooraan stonden met een héél teleurgesteld gezicht.

Dat dj’en dateert al van voor ik op tv kwam. Ik ben beginnen te draaien toen ik een jaar of veertien was. Kurt had zijn hiphop en ik had mijn dj’en. Het ding is: als ik ergens mijn tanden in zet, doe ik het ook helemaal. Na een jaar of twee stond mijn kamer stampvol rookmachines en stroboscopen. Elke vrijdag- of zaterdagnacht moesten mijn ouders twee of drie keer naar een of andere fuif rijden om al mijn materiaal te kunnen vervoeren.

KURT DE LEIJER: Ik ging vaak mee als zijn babysit. Ik was drie jaar ouder en wilde vooral zorgen dat er geen zat krapuul mijn kleine broer kwam lastigvallen. Ik rapte ondertussen ook bij The Livest, een livehiphopband, geïnspireerd op The Roots – Lefto heeft er ooit nog bij gezeten. Na een tijdje ben ik dat ook bij Sven beginnen te doen. Ik was MC K, hij was IIBop.

SVEN DE LEIJER: Voor de kenners: dat was een verwijzing naar de Bop, mijn droombrommer op dat moment. Een soort Dax, maar dan van Yamaha.

Eigenlijk was dat dj’en ook entertainen, maar dan van achter de draaitafel. Technisch was ik niet de sterkste, maar ik wist wel hoe ik een zaal moest meekrijgen. En daar ging het me om. Het moment waarop een zaal van stilstand naar beweging gaat: dat vind ik nog altijd het coolste moment ooit.

KURT DE LEIJER: Dat is ook hoe we weer wat naar elkaar toe gegroeid zijn. Als pubers waren we kat en hond. Elk in onze eigen wereld. Maar honderden zatte en rare avonden en honderden nachtelijke terugritten samen: dat schept een band.

Ik zie het Herman Van Molle en Frank Galan niet meteen doen.

KURT DE LEIJER: (lacht) Niet meteen, nee. Maar toch: broers zijn is iets speciaal. Je weet dat je dat altijd zult blijven. En dat is het belangrijkste. We hebben in ons leven heel veel verschillende bochten genomen, maar op een of andere manier komt het uiteindelijk toch altijd weer samen. Ik bedoel: straks zijn we alle twee op Canvas te zien. Hij in De ideale wereld; ik met Lefto – In Transit. Dat had ik tien jaar geleden nooit kunnen voorspellen. Ons vader zou ons nu eens bezig moeten zien.

SVEN DE LEIJER: Nu ben je er wel veel gewicht aan aan het hangen.

KURT DE LEIJER: Dat mag toch?

SVEN DE LEIJER: Ja. Maar je hangt er nu wel veel gewicht aan.

Het begint me duidelijk te worden hoe de verhoudingen tussen jullie zitten.

SVEN DE LEIJER: Onze geboortekaartjes gaven het al weg. Bij Kurt stond vooraan: ‘Omdat we geloven in een wereld die beter kan’ of zo – iets heel filosofisch alleszins. Bij mij hadden ze een soort reclamefolder ontworpen. ‘We hebben goed nieuws voor u’, stond er op de flap, en als je dat dan opendeed: ‘Hoera, het is een jongen!’

KURT DE LEIJER: Ik denk dat dat min of meer de essentie is, inderdaad. (lacht)

LEFTO – IN TRANSIT

Vanaf 26/3 om 21.50 uur elke zondag op Canvas

DE IDEALE WERELD

Als Sporza niet in de weg zit, van maandag tot donderdag rond 22 uur op Canvas.

door Geert Zagers – foto’s Filip Naudts

‘Kurt kon vroeger uren aan een stuk op zijn kamer een Playmobil-wereld in elkaar steken. Ik was degene die even naar boven kwam en alles omversmeet.’ – Sven de Leijer

‘Ik denk niet dat ik ooit één discussie van Sven gewonnen heb: hij kan te goed praten. En dat entertainen heeft er ook altijd in gezeten.’ – Kurt de Leijer

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content