De legendarische filmheld David Niven verenigde vele talenten in zich: acteertalent, raconteur, beroeps-Brit en aimabele fantast. En zwaar geschapen, buitte hij ook een andere gave ten volle uit. Door R. Ferdinandusse

GRAHAM LORD ‘NIV. THE AUTHORISED BIOGRAPHY OF DAVID NIVEN’

ORION, 356 BLZ., E17,95

Als we David Niven (1910-1983) mogen geloven, had Greta Garbo helemaal geen grote voeten. Jaloerse types, schreef hij, hebben altijd wel wat op de schoonheid van vrouwen aan te merken, maar Garbo was zo onaantastbaar mooi dat de enige plek waar ze over konden zeuren, haar voeten waren. Hoewel Niven wél moest toegeven dat Garbo aanleiding gaf: ‘Ze had de ongelukkige gewoonte haar voeten op te bergen in zulke ontzaglijk grote bruine platte schoenen, dat het leek alsof ze zich op landingsvaartuigen voortbewoog.’

Mooi opgeschreven, maar is het waar? Greta Garbo was, toen Niven in Hollywood woonde, een tijdje een huisvriendin die ook vaak van zijn zwembad gebruikmaakte. (Dat deed ze ongekleed: ‘De eerste naakte vrouw die mijn twee zoons zagen, was Greta Garbo.’) Het zou dus best kunnen dat Niven, om Garbo een plezier te doen, probeerde haar voeten kleiner te maken. En dát weer voor een groot publiek, want Nivens autobiografische boeken waren, juist door de vele filmsteranekdoten, gigantische bestsellers. In 1971 schreef hij The Moon’s a Balloon (waarvan binnen een paar jaar vijf miljoen exemplaren werden verkocht) en enkele jaren later volgde Bring on the Empty Horses, dat het Garbo-verhaal bevat én dezelfde oplage haalde. (De titel van het boek is trouwens ook een filmanekdote: Michael Curtiz, beroemd regisseur van Hongaarse afkomst maar slecht in Engels, regisseerde David Niven en Errol Flynn in de befaamde film The Charge of the Light Brigade (1936). En beval, per megafoon, de opkomst van een aantal gezadelde strijdrossen, maar zonder ruiter, met de kreet: ‘Bring on the empty horses!’)

David Niven was een meester in het vertellen van anekdotes en leuke verhalen. Hij noteerde ze ook allemaal in schriftjes, zodat hij beschikte over een gigantisch repertoire. Hij was, wat de Engelsen zo mooi een raconteur noemen, een eindeloze verteller. Cary Grant omschreef zijn verhalen als marvellous rearrangements of the truth. Eén van Nivens lievelingsverhalen was zijn verslag van een polowedstrijd, waarbij zijn polohamer per ongeluk in de anus van het paard van zijn tegenstander terechtkwam. Het paard sloeg verschrikt op hol en klemde zo wanhopig de billen bij elkaar, dat Niven werd meegesleept. Aanvankelijk was die tegenstander een Engelse generaal op Malta, maar toen Niven in Hollywood het verhaal ging vertellen, werd Darryl F. Zanuck, de baas van 20th Century Fox, zijn pologenoot. Als Niven over zijn jeugd vertelde, benadrukte hij altijd dat hij met zijn moeder in de diepste armoede leefde, maar in feite waren ze tamelijk rijk. Hij wist, als afgestudeerde aan de hogere krijgsschool, veel van wapens, maar vond het kleurrijker om te beweren dat hij zijn wapenkennis in Mexico had opgedaan, waar hij opstandelingen getraind zou hebben.

David Niven heeft 91 films gemaakt, de eerste in 1935 en de laatste in 1982. In vrijwel al zijn rollen speelde hij dé Engelsman. Hij was een soort beroeps-Brit. Dat hij in 1939 onmiddellijk naar Engeland terugkeerde om in de wereldoorlog mee te vechten, verhoogde zijn populariteit; na 1945 werd hij door de regering zelfs gebruikt als een onofficiële public relations-man voor Groot-Brittannië.

Het langdurige succes van zijn autobiografische boeken is ongetwijfeld de reden dat het zo lang geduurd heeft voor iemand zich aan een stevige biografie heeft gezet. Maar nu die er is, heerst er ook enige verbijstering: de super-Brit blijkt een aimabele fantast. Niv – de biografie die Graham Lord maakte – leest als een voortdurende correctie. Het gebeurde wél, maar dit was anders en dat deugde ook niet. Toch blijven de belangrijkste feiten uit zijn leven onaangetast. Nivens eerste standplaats als beroepsmilitair was inderdaad Malta en zijn voornaamste hobby daar was inderdaad het ’s nachts beslapen van vrouwen van zeeofficieren als hun man ergens aan boord van een schip de Middellandse Zee bewaakte. Anekdote: een kapitein liet Niven op zijn kantoor komen en vroeg: ‘Niven, hou je veel van mijn vrouw?’ Niven, stotterend: ‘No, no, not at all. ‘ Waarop de kapitein: ‘Hou dan op met dat steeds tegen haar te zeggen. Ze wordt er zo zenuwachtig van.’ Op een nacht keerde een schip zo onverwacht terug, dat Niven gedwongen was zich enige uren in een gangkast te verstoppen. Daarna installeerde hij, met zijn vriend Trubshawe, bij de haven een husbandometer, een sirenesysteem dat, in alle bedden te horen, hen waarschuwde als marineschepen ’s nachts binnenliepen.

Maar het militaire leven beviel Niven niet. Hij nam ontslag en kondigde tijdens het afscheidsdiner aan dat hij naar Hollywood ging om filmster te worden. Basis voor dat besluit was zijn succes als raconteur en het feit dat hij als scholier ook een paar keer met succes op de planken stond.

Via Canada en New York voer hij naar Los Angeles. Onderweg deed zijn boot Havana aan, waar hij elke avond bij Sloppy Joe aan de bar zat. Op de verhalen die Niven daar hoorde, baseerde hij de uitgebreide machinegeweertrainingen die hij tijdens zijn verblijf op Cuba aan de Batista-rebellen zou hebben gegeven – en die kort daarop in zijn studiobiografie zo’n voorname plaats innamen, ná een werkelijk glorieus verblijf in een Canadees houthakkerskamp. In Hollywood werd hij ‘door zijn charme’ snel opgenomen in de Britse kolonie. De Engelse regisseur Edmund Goulding introduceerde hem bij Sam Goldwyn, die hem een contract gaf. De Engelse, in India geboren, actrice Merle Oberon sloot hem zelfs in haar armen. Ze hielp hem aan kleine rolletjes en dus werd hij Mister Oberon genoemd. Laurence Olivier zei zelfs dat hij ‘Merles gigolo’ was, maar nadat ze gedrieën in Emily Brontës Wuthering Heights (1939) speelden, werden Olivier en Niven erg goeie vrienden.

Nivens Hollywoodcarrière verliep steeds voorspoediger: een lange reeks aardige films, waaronder The Light Brigade, The Prisoner of Zenda, Raffles en – in 1938, zijn doorbraak naar roem – The Dawn Patrol. Maar aan Merle had hij niet genoeg, hij sliep ook met anderen, onder wie Marlene Dietrich. Anekdote: filmster Claudette Colbert vroeg ooit aan David Niven wie in Hollywood de (zijn) beste minnares was geweest. Niven: ‘Your black maid.’Die seksuele drift had – dat suggereert de biograaf onomwonden – ook iets te maken met de omvang van Nivens geslacht. Acteur Patrick Macnee (ja, hij speelde John Steed in de tv-serie The Avengers) mag uitleggen dat Niven niet alleen een lange, maar vooral een zeer brede penis had. En Nivens buurman op Cap Ferrat, de kunstschilder William Feilding, vertelde jaren later dat de acteur, naakt in zijn zwembad, zo’n stevige tonk bleek te bezitten dat zijn dochtertjes, vijf of zes jaar oud, er (om beurten) aan mochten hangen en rondzwaaien; waarbij Niven grijnzend zei: ‘Better get them used to a decent size at an early age!’

David Nivens allergrootste liefde was een jong meisje dat hij in 1940 in Londen ontmoette: Primula Rollo. Hij was dertig, zij tweeëntwintig, hij noemde haar Primmie, ze waren erg gelukkig en kregen twee zoontjes, David en James. Na de oorlog gingen ze gevieren naar Hollywood. Vrijwel meteen werden ze uitgenodigd voor een feestje bij Tyrone Power thuis, waar op de late avond Sardines werd gespeeld – een toen populair spelletje. Alle lichten gaan uit, één speler verstopt zich, de anderen gaan zoeken; wie hem/haar vindt, verstopt zich daar ook, totdat uiteindelijk alle spelers als sardines bij elkaar in de verbergplaats liggen. Maar Primmie vergiste zich in het donker in een deur, en viel, buitelend over een stenen trap, de kelder in. Ze stierf tijdens de operatie die haar gekraakte schedel moest redden. Kort daarvoor zei ze tegen Niven haar laatste woorden: ‘O jee, hier worden we nooit meer uitgenodigd.’

Haar dood was voor de filmster zo’n zware slag dat hij er, volgens vrienden, nooit meer overheen is gekomen. Maar ook het directe effect was niet aangenaam: hij kreeg een vrijwel permanente erectie – wat gezien lengte en breedte al erg was – die gepaard ging met een onverzadigbare lust. Geen vrouw was veilig. De naaiende Niven was het gesprek van de dag. Binnen een paar weken zat hij bij de psychiater; daarna kon hij uitleggen wat hij met al die vrouwen deed: ‘ I am anaesthetising myself through certain parts of my anatomy. ‘ Met therapie, hard werken, en steun van vrienden ging het na enige tijd weer beter. Al kwam later die drift nog wel eens terug. Bijvoorbeeld, toen Niven met zijn zoon, David jr., op vakantie was in Hawaii. Niven was er toen van overtuigd dat zijn tweede vrouw, Hjördis, vreemd ging. Met als resultaat, volgens David jr., dat zijn vader toen ‘door de meisjes van Honolulu heen ging als een machete door de ananas’.

Hjördis Tersmeden. Zweeds model. Hij was zevenendertig, zij achtentwintig. Samen vormden ze een golden celebrity couple. Zij was zó mooi dat ze binnen een jaar op de cover van Time stond. In alle filmboeken viel altijd te lezen dat ze voortreffelijk bij elkaar pasten en dat zij dé stabiele factor in zijn filmsterleven was. Maar deze biograaf maakt aan dat sprookje snel een einde. Hjördis trouwde met Niven omdat ze, als Zweedse, een tweede Garbo wilde worden. Hij hield dat met alle macht tegen omdat hij – terecht – vond dat ze als actrice gruwelijk slecht was. Hij wilde haar, na zijn ervaringen met Primmie, als lief huisvrouwtje. Kocht voor dat doel een chalet in het Zwitserse Château-d’Oex. Zijn carrière ging goed (Around the World in 80 Days; The Guns of Navarone), dus ging zij vreemd. Hij kreeg een oscar voor zijn rol in Separate Tables, dus liep ze bij hem weg. Ze raakten bevriend met Jack en Jackie Kennedy – dus liet Hjördis zich tijdens een tocht met het presidentiële jacht door JFK in zijn kooi slepen. Ze raakten, nadat Niven ook nog eens een villa op Cap Ferrat kocht, bevriend met Rainier en Grace van Monaco. Anekdote: in Hollywood had Niven een korte relatie met Grace Kelly gehad. En dát zou de reden zijn dat hij – op een vrolijke middag, op Rainiers vrolijke vraag van wie hij in Hollywood de beste blow-job had gehad – joviaal antwoordde: ‘Ah! Grace!’ En dat hij, pas toen hij het verschrikte gezicht van Rainier zag, even joviaal riep (doelend op de beroemde revueartieste): ‘Gracie! Die ken je toch wel? Gracie Fields!

Tegen zijn zeventigste werd Niven zwaar ziek, hij kreeg motor neuron disease, wat betekent dat zijn brein zijn spieren niet meer kon sturen. Het begon met niet meer kunnen lopen (hij kreeg zijn hiel niet omhoog) en op een gegeven moment kon hij ook niet meer lachen. Anekdote: in Château-d’Oex ontmoet hij een vriend die roept: ‘Hé, Niv, how the hell are you?’ Niven probeert te zeggen: ‘I’ve g-got this m-motor neu… ‘ Waarop de vriend doorloopt met de uitroep: ‘I’ve got a new motor too. A Mercedes’– en de ramp was dat Niven niet meer kon lachen; hij probeerde het, maar stikte er bijna in.

Na zijn dood maakte Hjördis bekend dat ze met prins Rainier ging trouwen (hij liet dat tegenspreken), en dat ze niet naast Niven begraven wilde worden – ze wou voorgoed vrij zijn.

David Niven heeft zijn hele leven de perfecte Brit gespeeld. In een paar films was hij briljant: Separate Tables, Dawn Patrol, Bonjour Tristesse, The Guns of Navarone. Maar ook in deze simpele, koel concluderende biografie is hij doeltreffend, op het huiveringwekkende af, aanwezig. © Vrij Nederland

Door R. Ferdinandusse

David Niven ging door de meisjes van Honolulu heen als een machete door de ananas.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content