‘NATIONALISTEN ZIJN ONNOZEL’

Kelly Macdonald, bekend van Trainspotting, No Country for Old Men en Boardwalk Empire mag voor de rebelse Merida nog eens haar eigen Schotse tongval gebruiken.

Was het moeilijk om op je 36e de stem van een puberende prinses na te bootsen?

KELLY MACDONALD: Het tienertimbre ging vanzelf. Als mijn moeder de film voor het eerst bekijkt, zal ze schrikken: ik denk dat mijn ‘Mom!’ nog net hetzelfde klinkt als vroeger. Merida’s opstandig toontje was een grotere uitdaging. Ik was tijdens mijn tienerjaren veel braver: ik heb nooit gerebelleerd, daar was ik veel te onzeker voor.

Toch ging je voor je acteerdebuut in Trainspotting onmiddellijk uit de kleren.

MACDONALD:It was the chance of a lifetime. Ik droomde al heel lang van een carrière als actrice. Ik heb mijn ouders meermaals vervloekt omdat ze niet in Los Angeles woonden. (lacht) In ons milieu vond je immers niemand die met acteren zijn brood verdiende. Ik had dus veel over voor die rol.

Na die film leek je wel van het toneel verdwenen.

MACDONALD: Ik heb in verschillende films en series meegespeeld, maar het heeft enkele jaren geduurd voordat mensen me echt serieus begonnen te nemen. Toen vond ik dat verschrikkelijk, nu zie ik het als een zegen. Als ik het onmiddellijk tot Hollywoods next big thing had geschopt, hadden ze me ondertussen waarschijnlijk alweer uitgespuwd.

Terug naar Brave: kon je je Schots accent ten volle etaleren of moest je je af en toe inhouden?

MACDONALD: Het was een kwestie van geven en nemen. Ik ben erin geslaagd een paar uitdrukkingen binnen te smokkelen die alleen rasechte Schotten verstaan. Af en toe werd ik ook op de vingers getikt als ik te ver dreigde te gaan. Pixar maakt nu eenmaal familiefilms. (lacht)

Was het leuk samenwerken met fellow Scots Billy Connolly en Robbie Coltrane?

MACDONALD: Ik heb de rest van de cast nog niet ontmoet. Je werkt allemaal apart. Mijn eerste opnamesessie was niet voor de poes. Opeens stond ik daar moederziel alleen in een gigantische studio in Los Angeles. Met alleen Mark Andrews en de producenten die zaten toe te kijken. Er bestaan minder intimiderende werkomstandigheden. (lacht)

Veel collega’s noemen stemmenwerk nochtans de puurste vorm van acteren.

MACDONALD: Wat mij betreft is het de moeilijkste vorm. De stemmen van de andere acteurs kreeg ik niet te horen, ik kon dus alleen gissen naar hoe ze klonken. Bovendien moest ik de alsmaar vreemdere geluiden voortbrengen: vallen, meppen, grommen, noem maar op. Ik heb vaak gedacht: waarom kan niemand anders dit doen?

In No Country for Old Men klonk je Amerikaans, in Boardwalk Empire Iers en in Brave Schots. Wordt dat soms niet ingewikkeld?

MACDONALD: Amerikaans is alweer een tijdje geleden. De laatste maanden switch ik tussen Brits, Schots en Iers. Alleen het Iers blijft me soms achtervolgen omdat de draaiperiode van een seizoen Boardwalk Empire zo lang is. Het gebeurt dat ik me met een Ierse tongval excuseer als ik op straat iemand omverloop.

Je woont al enkele jaren in New York. Mis je je geboorteland niet?

MACDONALD: Ben je gek! Het regent hier écht elke dag. Bovendien huiver ik als ik terugdenk aan mijn tijd op Skye. Dat schiereiland leek wel een decor uit Lord of the Rings. En dan heb ik het over het land van de slechteriken, het duistere Mordor.

De Scottish National Party zal het graag horen.

MACDONALD: Ik ben geen patriot. Ik vind dat Schotse nationalisme een beetje onnozel. Is er iets vervelender – en kneuteriger – dan kerels die constant ‘Proud to be Scottish!’ staan te scanderen?

(S.T.)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content