Nadine Labaki ziet films maken als een plicht: ‘Wij zijn de echte criminelen’

In 'Capharnaüm' klaagt een 12-jarig jongetje zijn ouders aan omdat ze hem ter wereld hebben gebracht. © Capharnaüm
Sven Hollebeke
Sven Hollebeke Medewerker Focus.be

De Libanese Nadine Labaki werd enkele maanden geleden de eerste Arabische vrouw die in Cannes een belangrijke prijs meegraaide. Hoewel ze een haat-liefdeverhouding onderhoudt met haar land is ze een toonbeeld van strijdvaardig activisme. ‘Ik wil blijven in Libanon en werken aan verandering!’

Vandaag trekken we met zijn allen naar de stembus. Zou het van regisseur Nadine Labaki afhangen dan zou ze iedere onwettig afwezige bij de kraag grijpen en meesleuren tot in het stemhokje. De Libanese is een vurige, eloquente dame die haar tomeloze ongenoegen niet verbergt. Met haar films wil ze een figuurlijke praatstok creëren opdat die vlijtig wordt doorgegeven. ‘Just talk. It’s as simple as that!‘ Haar derde langspeelfilm, Capharnaüm, is een empathisch, bijna miserabilistisch portret van een – vermoedelijk – 12-jarig jongetje die zijn ouders aanklaagt omdat ze hem ter wereld hebben gebracht. Zelfs de Italiaanse neorealisten zouden in zichzelf gekeerd naar huis trekken na het zien van Labaki’s tot activisme aanzettende probleemfilm.

Capharnaüm won de Juryprijs op het voorbije filmfestival van Cannes, een primeur voor een Arabische vrouw. Belangrijker dan de artistieke erkenning, was dat de straatkinderen in Beiroet eindelijk een stem kregen. Een van die kinderen is Zain Al Rafeea, die het gelijknamige hoofdpersonage speelt. Als u dacht dat MacCaulay Culkin van Home Alone de kroon spant wat kindacteurs betreft, dan zult u wellicht te veel de kerstfilm gezien hebben en die gedachte teniet doen als u Zain en Treasure (een acterende baby) in beeld ziet verschijnen. Zowat alle castleden zijn niet-professionelen die veeleer zichzelf zijn dan een geënsceneerd personage.

Het midden van de film waarin Zain en Yonas (zo heet Treasure in de film) door de sloppenwijken van de hoofdstad dwalen bevat een even hartverscheurend beeld – al ligt een traan nooit ver van een lach – als dat van de huilende vader met zijn zoon in De Sica’s Ladri di biciclette: een verweesde Zain trekt Yonas voort in een kookpot op een skateboard. De dunne lijn tussen fictie en realiteit, versterkt door de documentaire stijl, is een pijnlijke vaststelling. Labaki wil haar woede omzetten in activistische cinema met een hart voor de kwetsbare groepen in de samenleving.

Ik wou mijn film Capharnaüm noemen naar het vervloekte Bijbelse stadje, omdat ik vind dat we in een staat van complete chaos leven.

Nadine Labaki

Waarom wou u het verhaal vertellen van een jongetje die zijn ouders aanklaagt omdat ze hem op de wereld hebben gebracht?

Nadine Labaki: Het is geïnspireerd op allerlei dingen die ik zag in mijn land. Straatkinderen zijn een deel van het dagelijkse leven, je ziet ze overal. Je voelt empathie voor hen of niet. Je kunt beslissen om gewoon verder te wandelen. Wij zijn de echte criminelen. We kijken weg en laten ze hulpeloos achter. We doen dit elke dag. We negeren dat ze misbruikt, geslagen en gedood worden of dat ze honger lijden. Hoe blijven wij eigenlijk leven?!

Waarom heet de film ‘Capharnaüm’? Naar de oude Bijbelse stad?

Labaki: Capharnaüm was een stadje vervloekt door Jezus. Hun lot zou helser zijn dan dat van Sodom en Gomorra. Doorheen de geschiedenis is het woord gebruikt om te verwijzen naar een staat van chaos of wanorde. Ik wou mijn film die naam geven omdat ik vind dat we in een staat van complete chaos leven.

Is de aanklacht van het jongetje bedoelt als een symbool, veeleer dan iets realistisch?

Labaki: Ja en dat is gebaseerd op de vertelsels van de kinderen die ik ontmoette. Ik deed tonnen research en praatte met lijdende kinderen. Telkens vroeg ik hen ‘ben je gelukkig?’ De meesten zeiden: ‘Neen, ik wou dat ik dood was.’ Ze gebruikten die exacte woorden. Sommigen hadden al zelfmoordpogingen ondernomen. Ze wisten niet of ze die dag misbruikt of geslagen gingen worden of waarom ze op aarde waren gebracht. ‘Waarom ben ik in deze situatie? Waarom? Waarom?!’, zeiden ze steeds. Zij betalen de hoogste prijs van de fouten die we maken, onze oorlogen, conflicten en onze incompetente regeringen. Niemand vindt oplossingen voor hen. Zonder papieren besta je niet of leef je in de marginaliteit. Je hebt geen rechten en bent onzichtbaar. Het raakte me toen de kinderen zichzelf ‘parasieten’ noemden. ‘Ik ben een stuk vuil, een niemand.’ Ze weten zelfs hun leeftijd niet. Nooit zijn ze gecelebreerd geweest of kregen ze te horen dat ze belangrijk zijn. Ik wou die woede vertalen in iets. En dat bleek een kind te zijn dat niet alleen zijn ouders, maar ook het hele systeem aanklacht.

Ziet u uw film als een deel van de oplossing, als een stap richting evolutie?

Labaki: Voor mij is het een manier om het onderwerp bespreekbaar te maken. Politieke toespraken bevatten statistieken en abstracte problematiek, maar een film kan iets humaniseren en tastbaar maken. Het geeft iets of iemand een gezicht. Bij een film heb je niet de keuze om weg te kijken. Je zit in die donkere zaal en wordt halvelings gedwongen om te kijken. Ik kan films maken, dus is het mijn plicht om via dit medium mensen te activeren.

Bij een film heb je niet de keuze om weg te kijken. Ik kan films maken, dus is het mijn plicht om via dit medium mensen te activeren.

Labaki

Zain Al Rafeea is een natuurkracht. Hoe was hij op set en hoeveel ervan is (non-)ficite?

Labaki: Zain is wie je ziet. Hij is een stoer kind dat opgroeide op straat en nooit een school vanbinnen heeft gezien. Hij moest vechten om in leven te blijven. Hij is volwassen ook al is hij nog een kind. Zijn kindertijd is van hem afgenomen. Het enige verschil met de Zain in de film is dat hij wel liefdevolle ouders heeft. Zain had het gevoel dat hij op een missie was. Hij vond niet dat we iets oplegden. Hij wou een stem zijn voor alle kinderen. We wilden tijdens de opnames niet te veel tussenkomen. Veel was improvisatie.

Uw film heeft waarschijnlijk de meest memorabele babyperformance ooit. Hoe heeft u dat voor elkaar gekregen?

Labaki: (lacht) Ik heb ook geen flauw idee! Alhoewel (peinzend), voor mij is het simpel: je moet kinderen liefde en vertrouwen geven. Wanneer je weet wat er zorgt voor bepaalde emoties dan wordt het makkelijker. Ik ben een moeder en weet dus wel iets van kinderen. Je moet vooral aanwezig zijn en weten hoe je moet reageren. Sommigen vinden de performance een mirakel en dat is het ook, maar eigenlijk is het gewoon logica van een moeder.

Nadine Labaki tijdens het filmfestival van Cannes in 2018
Nadine Labaki tijdens het filmfestival van Cannes in 2018© REUTERS

Mag ik dit een politieke film noemen van een politieke filmmaker?

Labaki: Als je met politiek bedoelt ‘een verandering teweegbrengen’, dan ja. Ik geloof in de kracht van kunst. Het kan een impact hebben op het systeem. Kunst moet meer effect hebben op beslissingen, wetten of mensen. Wetten zijn geschreven door mensen en veelal niet in steen. Wetten kunnen veranderen! Echter, daar hebben we alternatieve perspectieven of denkpaden voor nodig, zoals cinema. Politiek heeft kunst nodig.

Hoe kijkt u als filmmaker naar Libanon?

Labaki: Ik denk dat het mijn plicht is daar te blijven en een verandering op poten te zetten. Observeren volstaat niet, men moet actie ondernemen. Ik heb een haat-liefdeverhouding met mijn thuisland. Ik kon al lang geleden beslist hebben te vertrekken want er gaat niets zoals ik het wil. Het zou gemakkelijk zijn om naar een land te verhuizen waar er minder problemen zijn. Toch wil ik blijven en werken aan die verandering!

Ik heb een haat-liefdeverhouding met mijn thuisland. Toch wil ik blijven en werken aan die verandering.

Labaki

De lijn tussen fictie en realiteit is dun. Sommige castleden werden gearresteerd omdat ze geen papieren hadden.

Labaki: De actrice die Rahil speelt werd gearresteerd enkele dagen na de opnames van scène waarin ze ook gearresteerd werd, ongelooflijk triest toch? Ze is een vluchtelinge zonder papieren. De politie pakte samen met haar ook de ouders van de baby op. De scènes waarin de baby moederloos is, zijn pure realiteit, want op dat moment zaten de ouders in de gevangenis. Zelfs ik vond het een bittere pil om te slikken, we waren gewoonweg de waarheid aan het filmen. De casting director nam de baby mee naar huis en zorgde voor haar gedurende drie weken. De hele crew werd een familie, tot op vandaag. Zain leeft nu in Noorwegen met zijn ouders en heeft voor de eerste keer een school bezocht.

Hoe kijkt u naar de evolutie in de filmindustrie? Meer en meer vrouwen komen op het voorplan en kunnen hun stem laten horen.

Labaki: Hier ben ik heel optimistisch over. Natuurlijk is er nog een hele weg af te leggen, maar dat er een debat is gestart, is al een goede zaak. This is the way to do it. Ik hoop dat we binnen een enkele jaren zelfs niet meer hoeven te praten over deze problematiek of feminisme. Eigenlijk zou feminisme niet nodig moeten zijn, we zijn allen gelijk.

Ik hoop dat we binnen een enkele jaren zelfs niet meer hoeven te praten over deze problematiek of feminisme. Eigenlijk zou feminisme niet nodig moeten zijn, we zijn allen gelijk.

Labaki

Wat hoopt u dat kijkers meenemen van deze film?

Labaki: Dat er gepraat moet worden. Ze moeten zeggen: ‘We kunnen zo niet verder. Er moet iets veranderen.’

Hoe zou u de kracht van cinema omschrijven?

Labaki: Cinema kan empathie opwekken. Het is al meermaals bewezen dat cinema een significante impact kan hebben op de mens en het systeem.

Capharnaüm is nog twee keer te zien op Film Fest Gent, op zondag 14 en maandag 15 oktober in de Kinepolis.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content