‘Kalimera’, sprak Jani Kazaltzis toen hij een doos aannam van de postbode. ‘Jij spreekt echt Grieks’, reageerde Otto-Jan Ham. ‘Tuurlijk’, antwoordde Jani. Met een diva-achtige flair marcheerde hij met de doos naar het terras achter de villa met zicht op zee. De doos zou beide heren vertellen over wie ze zich de komende drie dagen mochten ontfermen. Want dat is het hele opzet van Viva la feta: een maand lang ontvangen de nieuwe beste vrienden Jani en Otto-Jan bekende mensen op Sifnos en worden ze geacht hun een onvergetelijke tijd te bezorgen. Bekend zijn is nu eenmaal zo vermoeiend dat je regelmatig nood hebt aan dit soort opkikkertjes. Of je nu een wijnkasteel uitbaat of een voorzitter bent van een nationalistische partij, want ja, ook in dit programma mogen politici weer heerlijk uitpakken met hoe sympathiek ze zijn als men ze kritiekloos benadert.
Wat is het leven heerlijk als de rest van de wereld niet bestaat.
Zalig zijn de armen van geest. Toen ik Jani en Otto-Jan zo blij als kinderen een tas van Louis Vuitton, een Frans-Nederlands woordenboek en een schril lachende pop uit de doos zag halen, schoot dit citaat van Jezus me door het hoofd. Het zijn geen eenvoudige tijden. Oorlog in Oekraïne. Op Antarctica is het zo’n dertig graden warmer dan normaal en in de hoorn van Afrika is het droger dan ooit tevoren. Maar kijk, het blijkt dus mogelijk je van al die miserie in de wereld netjes af te sluiten.
Sinds ik de reeks Severance op Apple TV+ volg, waarin mensen hun hersenen laten splitsen zodat ze thuis niet meer weten wat ze op hun werk doen en omgekeerd, vraag ik me af of deze fictie van het opgedeelde brein niet gewoon al realiteit is. Hoe kan je anders denken dat het een geweldig idee is om bekende mensen voor drie dagen over te vliegen naar een eiland? Hoe verklaar je anders dat Jani ‘eih, natuur’ roept en even later ‘heerlijk’ slaakt als hij bovenop een rots naar de beukende zee onder zich staart? Wat is het leven heerlijk als de rest van de wereld niet bestaat of je kan doen alsof je er niets mee te maken hebt.
Maar ook tijdelijke eilandbewoners hebben zo hun zorgen. Katten die eten stelen, bijvoorbeeld, en natuurlijk vragen Jani en Otto-Jan zich met hun gedeelde aanleg tot neurose voortdurend af of hun gast het wel fijn heeft. Ik vermoed dat dit de USP, de unique selling proposition van dit programma was. ‘We willen zo graag mensen behagen dat we wat stuntelig worden en dat is toch wel grappig om naar te kijken, nee? Wij die keihard doen alsof we onszelf zijn?’
Het heet ‘ontwapenend naïef’ zijn. En zo staan Jani en Otto-Jan met een spandoek met ‘welkom Kate Ryan’ op de kade van de veerboot wanneer niet Kate Ryan van de boot stapt, maar ‘dingske’ volgens Otto-Jan en ‘Serine Ahyarararira’ volgens Jani. Serine Ayari dus, stand-upcomedian met het hart op de tong.
Want op het strand heeft Otto-Jan zijn zwembroek nog niet aan of Serine heeft al de linkerhelft van haar hart blootgelegd. Dat ze vroeger dik was, vaak gepest werd en dat de grootste pestkop nu als afwasser werkt. ‘Hebben ze jou veel gepest?’, vraagt Jani aan Otto-Jan die nu wel zijn zwembroek aanheeft. ‘Ik was een Hollander en ik heette Ham. Is gepest worden niet de reden waarom mensen beroemd worden?’ Jani wandelt het strand op en sluit al die geopende harten weer netjes af met de woorden: ‘Ik doe het puur voor het geld.’
Dus ja, Viva la feta kent een bijna hypnotiserend kabbelend ritme van soms wat diepgang en verder veel leutigheid, een beetje zoals te warme tiramisu met te veel alcohol. Al kijk ik wel uit naar de aflevering met Bart De Wever en dan vooral naar het moment waarop Otto-Jan en Jani hem begroeten met: ‘Kalimera Calimero.’ Al is deze vorm van humor ongetwijfeld te scherp voor dit programma, want hè, alles voor de pret!
Maandag 28/3, 20.40, Play 4**
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier