‘Metissen van België’ belicht een voorzichtig verzwegen en zwartgeblakerde bladzijde uit onze geschiedenis

4 / 5
© National
4 / 5

Programma - Metissen van België

Wanneer en waar uitgezonden - Canvas, dinsdag 21/6, 21.20

Tine Hens
Tine Hens Journaliste voor Knack

Ze waren kinderen van de zonde, al trof hun witte vaders geen schuld: de moeders waren hoeren (geweest). Na de onafhankelijkheid begin jaren zestig werden honderden metiskinderen bij hun moeders weggehaald en naar België verscheept. Ze kwamen in weeshuizen terecht of regen de opvanggezinnen aan elkaar. Op de vraag waarom zuster Lutgardis, moeder-overste van het weeshuis in Save, vond dat dat het beste was, antwoordde ze dat ‘de kinderen veracht werden door blanken, maar nog meer door de Afrikanen’. Onderhuids sluimerde nog steeds haar overtuiging dat een kind altijd beter af is in een goed – lees: katholiek – wit gezin dan bij een zondige moeder in Afrika. De koloniale tijd was gebaseerd op strikt onderscheid, tussen zwart en wit. Het bestaan van metissen was in dat onderscheid ondenkbaar. Kortom, de kinderen mochten al blij en dankbaar zijn dat de Belgische staat zich over hen ontfermde.

‘Ik had een completer mens kunnen zijn’, zucht Jaak, een van de metiskinderen van het weeshuis in Save. ‘Als men je identiteit afneemt, wie ben je dan?’

De verplichte dankbaarheid baarde tal van misvormde en geamputeerde levens. Als Jaak, aan wie de eerste aflevering is opgehangen, zijn vroegste herinneringen oprakelt, overheerst een schrijnend gevoel van gemis en misplaatstheid. Hij werd weggerukt uit zijn land, de namen van zijn ouders werden hem ontnomen. Pas later, toen de dossiers in 2015 werden opengesteld, bleek dat ze al die tijd bekend waren. ‘Ik had een completer mens kunnen zijn’, zucht hij. ‘Als men je identiteit afneemt, wie ben je dan?’

De pijn, moest Jaak vaststellen, kronkelde door de generaties. Omdat hij vroeg had geleerd dat het beter was niemand te zijn, kon hij moeilijk iemand voor zijn kinderen zijn. Het verdriet dat hem verteerde, woekerde verder in zijn kinderen. Dat hij nu met zijn zoon naar Rwanda reist, naar zijn geboortedorp Gisenyi, naar het weeshuis in Save waar hij zijn moeder zag vertrekken om haar nooit meer terug te zien, is deels een tocht naar zichzelf, maar ook een reis om het gewicht van het verleden van de schouders van het heden, van zijn kleinkinderen, te tillen. ‘Mijn kinderen heb ik niet helemaal kunnen redden’, zegt hij op het einde. Een mislukte vader, zo voelt hij zich. ‘Ik hoop dat het met mijn kleinkinderen lukt.’ Aarzelend slaat hij een arm om de schouders van zijn zoon. Het voelt onwennig aan, maar hoe langer de arm van de vader op de schouders van de zoon rust, hoe meer beiden ontspannen.

Tientallen metissen komen in deze documentairereeks aan het woord. Ze vertellen ingetogen, soms met een krak in de stem, hoe ze hun levens verloren en als grijze muizen door de wereld slopen. Ze werden geduld, maar zelden geliefd. ‘Ik werd als een zak tussen andere metiskinderen gedropt’, herinnert Julie zich de dag waarop ze bij haar grootmoeder werd weggehaald. ‘Als we braaf waren, waren we blank, als we stout waren, waren we zwart’, weet Georges nog. De conclusie is duidelijk: het was nooit goed. ‘Echt stevig sta je niet op je voeten’, merkt Jaak op. En dus leerde hij snel om zich onzichtbaar te maken, om als mens te vervagen.

Ook al is Metissen van België niet gemaakt door dezelfde ploeg als Kinderen van de collaboratie, Kinderen van het verzet of Kinderen van de kolonie, de serie past perfect in dat documentaire rijtje dat voorzichtig verzwegen en zwartgeblakerde bladzijden uit onze geschiedenis belicht. Het verhaal van de metissen is op alle vlakken schrijnend en exemplarisch. Het getuigt van een misplaatst superioriteitsgevoel van de kolonisator en toont de wonden die dat heeft geslagen bij kinderen die geboren werden als speelbal van een geschiedenis die hen oversteeg. Ze waren de symbolen van iets wat niet kon en mocht bestaan: seks tussen een witte man en een zwarte vrouw. Of zoals voormalig Belgisch premier Joseph Pholien het placht te verwoorden: ‘God schiep de blanke en de zwarte man. De duivel schiep de metis.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content