Met Golden Sand brengt Aldo Struyf zijn eerst single uit onder een nieuwe naam, Happy Nightmare. Een project dat er wellicht niet was gekomen zonder een duwtje in de rug van regisseur Jonas Govaerts.
Aldo Struyf is een man van vele projecten. Hij speelt regelmatig mee met Millionaire en was een tijdje bandleider van Mark Lanegan. Daarnaast richtte hij zelf verschillende groepen op, waaronder Crayon Sun en Creature With the Atom Brain. Toch was het ondertussen weer enkele jaren geleden dat de Antwerpse muzikant iets nieuws uitbracht. Tot nu.
‘Tegenwoordig is het heel moeilijk om een naam te vinden die nog niet gebruikt is. Dan beginnen mensen rare tekens of cijfers te gebruiken.’
Met de single Golden Sand lanceert Struyf zijn nieuwe project Happy Nightmare. Over de vraag waarom hij de nood voelde om iets nieuws uit de grond te stampen, doet hij laconiek: ‘Omdat alle andere projecten ondertussen voorbij waren. (lacht) En dan ben ik niet iemand om iets ouds terug te gaan oprapen. Bovendien was het materiaal heel uiteenlopend, waardoor ik het niet zomaar aan pakweg Crayon Sun kon verbinden.’
De bandnaam is geïnspireerd op het album Happy Nightmare Baby van Opal, de band die later Mazzy Star zou worden. Maar dat wil verder niet zeggen dat Happy Nightmare als Opal zou klinken. ‘Tegenwoordig is het heel moeilijk om een naam te vinden die nog niet gebruikt is. Dan beginnen mensen rare tekens of cijfers te gebruiken, maar ik wilde een oldskool bandnaam. En Happy Nightmare Baby is voor mij een plaat met een unieke sfeer, iets wat je niet zo snel terugvindt. Vandaar dit eerbetoon. Maar qua muziek schiet mijn eigen Happy Nightmare een beetje alle kanten uit. Een beetje zoals een album van Ween.’
‘Er komt nu eenmaal zo veel muziek uit, ik vroeg me af wie er nog op mij zat te wachten.’
In Golden Sand krijgen we nu een eerste voorsmaakje. Het is een broeierige stonerrocksong, die volgens Struyf helemaal anders klinkt dan het poppy nummer dat hij ondertussen ook aan het afwerken is.
Schminken als Mark Lanegan
Doorheen de jaren heeft Struyf heel wat muzikale ideeën bij elkaar geschreven, zonder per se iets af te werken. Daarvoor had hij druk van buitenaf nodig. Die kwam er in de vorm van Jonas Govaerts, regisseur van de films Welp en H4z4rd en gitarist bij The Hickey Underworld. Govaerts vertelt dat hij en Struyf elkaar al lang kennen. ‘In 1993 waren Younes (Faltakh, zanger-gitarist van The Hickey Underworld, nvdr.) en ik 13 jaar oud. Tijdens onze middagpauze op de middelbare school hadden we altijd zo’n vijftig minuten om in de stad naar platenwinkel Brabo te gaan, waar Aldo een van de imposante mensen achter de toog was. Younes en ik lachen onder elkaar nog vaak dat we daar al onze gehoorschade hebben opgelopen, omdat de hoofdtelefoons waarmee je platen kon luisteren in Brabo zo luid stonden.’
Gehoorschade daargelaten, door allebei in bands te spelen liepen Govaerts en Struyf elkaar regelmatig tegen het lijf in het festivalcircuit. ‘En verder is Antwerpen gewoon heel klein.’ Zo ontstond er een wisselwerking. Struyf rekruteerde enkele leden van The Hickey Underworld om met Creature With the Atom Brain op tournee te gaan, in het voorprogramma van Alice in Chains. Govaerts regisseerde dan weer een videoclip voor de band van Struyf, voor het nummer Black Rider Run. ‘Mark Lanegan zingt op dat nummer, maar uiteraard kreeg ik die niet voor mijn camera. Dan heb ik mezelf laten schminken als zingend skelet om een beetje op Lanegan te lijken, en daardoor is het een cultclip geworden’, lacht Govaerts.
Monsterlijke slang
Struyf werd door Govaerts aangezet om zijn nieuwe nummers onder de naam Happy Nightmare af te werken. ‘We hadden al een tijdje gepraat over een nieuwe clip. Doordat Jonas dat zag zitten, dacht ik: fuck it, ik heb hier zoveel materiaal liggen, tijd om nog eens iets uit te brengen. Want zonder die extra motivatie was de release er wellicht niet gekomen. Er komt nu eenmaal zo veel muziek uit, ik vroeg me af wie er nog op mij zat te wachten.’
Met Jonas Govaerts zat er alvast één iemand te wachten. ‘Aldo maakt heel filmische muziek waar ik meteen beelden bij zie. Bovendien hoeft hij zelf niet per se in de clip voor te komen, wat voor mij ook fijn is. Eigenlijk is zo’n videoclip voor mij een excuus om een nieuwe kortfilm te maken.’
Voor Golden Sand is dat een mini-film noir geworden. In een groezelig café zien we een mysterieuze man op een bierviltje een vrouw schetsen, waarna ze als een soort hallucinatie in de asbak verschijnt.
De video lijkt te suggereren dat het hoofdpersonage de vrouw iets heeft aangedaan, met een mysterieus symbool dat naar een soort sekte hint.
‘Je zit dicht in de buurt van wat ik voor ogen had,’ beaamt Govaerts. ‘Dat symbool heb ik al eens in een eerder project gebruikt, maar ik ga niet verklappen waar. Als je zin hebt om daarin te duiken, ontstaat er een hele mythologie die Aldo en ik in de toekomst nog verder uit kunnen diepen.’
In feite is het concept voor de clip geboren in de asbak, waarin de assen op het einde een eigen leven beginnen te leiden. ‘Op YouTube was ik het experiment “sugar snake” tegengekomen. Met de juiste ingrediënten kan je een soort monsterlijke slang opwekken, en dat wilde ik graag eens filmen. (lacht) Verder ben je als regisseur van lowbudgetclips altijd op zoek naar coole plaatsen om te filmen. Zo belandde ik in de Blikfabriek in Hoboken, die een Blade Runner-achtige, cementen bar heeft. Daar zag ik inderdaad meteen iemand in film noir-stijl aan een tafeltje zitten. De danseres in de asbak is dan weer een combinatie van ‘the lady in the radiator’ uit Eraserhead, Prinses Leia en de film Shock Corridor. In die laatste film krijgt het hoofdpersonage ook waanbeelden van zijn ex, een danseres, die in het klein op zijn borst begint te dansen.’
Lil Olibol
Die danseres valt in de aftiteling ook op door haar naam: Lilith D’Licious. Govaerts verwijst naar haar als een burlesque-kennis. ‘Sinds corona probeer ik zo weinig mogelijk achter mijn computer te zitten en veel meer uit te gaan of concerten mee te pikken. Een van de dingen die ik zo ontdekt heb is de Dinsdagclub, een soort anarchistisch cabaret van Vital Baeken. Daar heb ik Lilith regelmatig gezien, maar ze deed elke keer iets anders. Wel merkte ik dat het heel erg op cinema geïnspireerd was, dus ik wilde graag eens met haar samenwerken. Ik moest alleen uitzoeken hoe ze echt heet, maar eens ik haar kon contacteren was ze heel fijn om mee samen te werken.
Lilith D’Licious is niet de enige opvallende naam in de credits. Een van de figuranten in het begin van de clip is een Antwerpse artiest met het pseudoniem Lil Olibol. ‘Via Instagram had ik een oproep gedaan om figuranten te vinden. Iemand had die beantwoord, en die persoon nam Lil Olibol mee. Die was heel duidelijk dat hij als Lil Olibol in de aftiteling wilde staan. En als die man zo door het leven wil gaan, dan is dat maar zo. Zoals Aldo al zei: het is niet makkelijk om nog een naam te vinden, en dan spreekt Lil Olibol zeker tot de verbeelding. (lacht)’