Een unieke animatiefilm over een hand: ‘Geloof me, dit pitchen was moeilijk’

J'ai perdu mon corps
Sven Hollebeke
Sven Hollebeke Medewerker Focus.be

Origineel zijn, kan het wel nog? Is niet alles recyclage van recyclage? De Franse animatiefilm J’ai perdu mon corps, over de zoektocht van een hand naar zijn lichaam, slaagt erin te verbazen in zowel zijn opzet als uitvoering. Handen op elkaar!

Toen animatiegoochelaar Jérémy Clapin een half decennium geleden zijn idee voor zijn regiedebuut voorlegde aan producers, leek het een verre, onmogelijke droom. Met de roman Happy Hand van Amélie Poulain-scenarist Guillaume Laurant onder de arm wilde Clapin een grotesk en emotioneel verhaal vertellen van een afgehakte hand die wanhopig herenigd wil worden met zijn lichaam. Het klinkt nog altijd te bizar voor woorden, ook al is J’ai perdu mon corps nu gewoon te zien op Film Fest Gent. ‘Om dit te pitchen, moest ik focussen op wat ik wilde vertellen: een dubbel liefdesverhaal’, vertelt Clapin in Gent. ‘Het ene is grotesk, tussen de hand en het lichaam, en het andere traditioneel, tussen een meisje en een jongen.

J’ai perdu mon corps werd op handen gedragen in Cannes en schoot als eerste animatiefilm de hoofdvogel afschoot in de prestigieuze nevencompetitie La Semaine de la Critique. Clapin en zijn team orkestreerden een surreële odyssee van een hand door de minder glorieuze straten van Parijs, langs daken, vuilniswagens, babykamers, voorbijrazende metro’s en agressieve duiven. Maar ook het menselijke verhaal over liefde, verdriet en spijt treft doel. Centraal staat Naoufel, een jongeman die uit Noord-Afrika is gevlucht en wat onhandig een meisje het hof probeert te maken.

De filmmaker heeft trouwens de hand geschapen naar zijn eigen exemplaar: ‘Op de hand zie je een moedervlek. Die had ik vroeger ook, op dezelfde plaats. Ik heb die vaak proberen weg te wassen. En ja, enfin, ’t is me gelukt want ik heb ze niet meer.’ Clapin is een man van details en steekt dat ook niet weg. Elke schoorsteen, elke dakgoot en elk beeld is van belang. ‘De details die overal in de film zitten, maakt het geheel groter dan de som van de delen. Het draait niet enkel om wat je vertelt, maar ook hoe je het vertelt.’

Naoufel, het personage naar wie de hand op zoek is, is iemand van allochtone afkomst. Was dat belangrijk?

Clapin: Niet per se. Het was vooral belangrijk dat Naoufel in een ruimte belandde die anders is dan die van zijn kindertijd. Hij is het paradijs kwijtgespeeld. Het kon wel evengoed een Rus of een Chinees zijn, zolang hij maar zijn ‘plek’ verloren was. Waar ik van hou, is om een personage uit, in dit geval, Noord-Afrika niet te definiëren via zijn immigratieverleden. Hun vluchtverhalen is niet het enige dat ze te vertellen hebben. Je moet de aanwezigheid van personages niet verantwoorden door hun religie of afkomst.

Je animatiestijl is een mix van 3D-computeranimatie en 2D-tekeningen.

Clapin: Ik werk altijd volgens mijn eigen filosofie. Wat ik graag doe, is vaak het omgekeerde van wat de computersoftware verwacht. Ik zoek naar realisme zonder fotorealistisch te hoeven zijn. Ook neem ik wat afstand tot de realiteit om zo mijn poëzie door te kunnen drukken.

Op visueel vlak was mijn ambitie torenhoog. Het moest een schilderij zijn met picturale kwaliteiten, het midden houdend tussen een foto en een tekening. Uiteraard zijn de schilderijen van Edward Hopper een grote invloed, maar bovenal wou ik mijn eigen referentie zijn. Ik wil me niet gevangen voelen in een stijl. En wat ik al zeker niet wou, was een kille CGI-film maken. Het moest menselijk zijn. Bruut en fragiel tegelijk. Een volledig ‘clean’ beeld zou niet gewerkt hebben.

Je schetst een beeld van Parijs dat we niet gewoon zijn: niet de romantische stad waarop de wereld verliefd is, wel donkere steegjes, riolen en daken.

Clapin: Het perspectief van de hand liet ons toe om Parijs in een volledig ander licht te zien. De hand beweegt over voetpaden en daken, iets waar voorbijgangers niet op letten. Bovendien wilde ik poëzie brengen naar de plaatsen in Parijs waar meestal geen plaats is voor poëzie. Man, wat heb ik veel rondgewandeld in Parijs voor deze film (lacht)!

Het hoofdpersonage Naoufel is, in tegenstelling tot in het boek, een sound recorder. Een bewuste keuze?

Clapin: Dat was inderdaad mijn beslissing. Enerzijds heb je de hand die een tactiele relatie heeft met de wereld rondom hem. De eenzame Naoufel had ook iets nodig om in contact te blijven met de wereld: geluid. Daarom koos ik er ook voor om hem een meisje te laten ontmoeten via een parlofoon. Het is het geluid en de stem die hem redden van de uitzichtloosheid. Verliefd worden op een stem, lekker old school!

Je film zal ook verschijnen op Netflix, een deal die je sloot in Cannes.

Clapin: De deal gebeurde middenin het festival van Cannes. We hadden toen nog geen prijs gewonnen. Mijn producer en ik kregen een offer you can’t refuse! Eigenlijk was ik best wel bang dat de film waar ik zo hard aan had gewerkt niet in de zalen zou verschijnen. Maar aan de andere kant: net omdat ik er zoveel tijd en passie heb ingestoken, wilde ik een soort van release verzekeren. Trouwens, Netflix geeft meer en meer om auteurscinema!

Tot slot, kunnen we het er nu voor eeuwig eover ens zijn dat animatie niet enkel iets is voor kinderen?

Clapin: Absoluut. Alleen is het zo dat ik niet denk in termen van volwassenen- of kinderfilm. Animatie is een techniek, geen genre. Toevallig is mijn verhaal verteld via animatie. Maar dit is geen verhaal voor kinderen.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content