Je titel Under the City Lies a Sea doet wat denken aan de romancyclus van A.F. Th. van der Heijden, Onder het plaveisel het moeras. Hoe kwam jij erbij?

STINE SAMPERS: De volledige titel luidde oorspronkelijk ‘Under the City Lies the Sea Where All the Melancholics Find Their Tears’, naar een dichtregel die ik ooit schreef toen ik zestien was. Het duidt voor mij op een soort onzichtbaar verbond tussen verschillende mensen in een stad. Dat is wat al mijn foto’s aan elkaar verbindt. Ik creëer imaginaire plotlijnen tussen mensen, dingen en plaatsen. Ik toon een soort intimiteit die bij veel mensen zo gelijkend is. Ze worden ontroerd door dezelfde dingen, dezelfde stad – of dezelfde wereld. Die gelijkenissen zijn dan de zee, die onder de oppervlakte ligt. Door die intieme momenten in een serie foto’s te tonen maak ik verbindingen tussen mensen.

Je blijft een zwak hebben voor jongvolwassen meisjes. Liefst zonder broek.

SAMPERS: Is dat zo? Dat zal aan jouw ogen liggen. Ik fotografeer mijn modellen in een veilige, bekende omgeving, vaak bij mij thuis of bij hen thuis. En ik wil hen portretteren zoals ze daar zijn, zonder opsmuk. Die intimiteit vertaalt zich ook in de kleren die ze dragen. Dat kan een sloppy T-shirt zijn of ondergoed of gewoon een jurk waar ze zich mooi in voelen. Ik hou ook van het moment waarop een meisje een vrouw wordt en van de dubbelheid die dat met zich meebrengt. In elke vrouw sluimert nog altijd dat klein meisje. Daarom bijvoorbeeld de geschaafde knie: dat kom je tegen als kind, niet als volwassene, en juist dat moment waarop je terug naar je jeugd gekatapulteerd wordt, boeit me.

Mannen fotograferen vind ik moeilijker. Ik merk dat ik bij mannen meer in detail ga fotograferen: handen, schouder, een nek. Het lichaam fragmenteren. Misschien dat ik op die manier het mannelijke ook weer onderuithaal. Het is toch vooral het vrouwelijke dat mij interesseert, ook bij mannen.

Straks vertrek je naar Los Angeles, voor de LA Art Book Fair. De toekomst blijft lonken.

SAMPERS: Ik ben pas twintig – ik zal al blij zijn als ik daar een bar binnen mag. Natuurlijk is zoiets fijn, maar daarmee ben ik er nog niet, verre van. Ook voor mij ligt de toekomst nog helemaal open, en die hoeft niet per se enkel om fotografie te draaien, waar ik trouwens ook nog heel wat te leren heb. Ik ben me aan het voorbereiden op een toelatingsproef voor drama en speel met het idee om een kunstcollectief op te richten – ik heb nog tijd om alles te overpeinzen, en ik ga die tijd nemen.

(R.S.)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content