Iceland Airwaves Festivalblog – Dag 3

Wat broeit er zoals in het Muzikale Hoge Noorden? Onze man Dirk Steenhaut blogt vanuit de binnenstad van Reykjavik waar het showcasefestival Iceland Airwaves plaatsvindt.

Wie wil weten of IJsland, na Björk, Sigur Rós, Múm, Emiliana Torrini en GusGus nog meer muzikale verrassingen in petto heeft, vindt het antwoord op Iceland Airwaves. Dit showcasefestival in de binnenstad van Reykjavik wordt al sinds 1999 jaarlijks georganiseerd en lokt steeds meer internationale bezoekers. Niet de minsten overigens, want gerenommeerde bladen als Rolling Stone, Mojo, Dazed & Confused en Metal Hammer sturen steevast verslaggevers op pad om uit te vlooien wat er zoal broeit in het Hoge Noorden. Tja, dan kan Focus Knack niet achterblijven, natuurlijk. De lokale muziekproductie is in de loop der jaren een van de belangrijkste magneten geworden voor het IJslandse toerisme. Geen wonder dus dat Airwaves, waar dit jaar, gespreid over vijf avonden en tien podia, 252 bands te zien zijn, al ruim een maand vooraf was uitverkocht. En dan hebben we het nog niet eens gehad over de talloze optredens op het off-venue-programma. Kortom: als er één ding is dat je op dit moment in Reykjavik nergens kunt vinden, dan is het wel… stilte.

Eymundsson, 19 u.30
Zei ik al dat de bewoners van Reykjavik zich mogen verheugen over de aanwezigheid in hun stad van vier uitstekende boekhandels? Zo heb ik de voorbije jaren al ettelijke uren zoekgemaakt bij de rijkelijk voorziene rekken van Mál & Menning of in de twee grote filialen van Eymundsson. Net zoals bij Fnac kun je er ook terecht voor cd’s en dvd’s en dat laatste is goed nieuws voor wie belangstelling heeft voor IJslandse film. Het eiland heeft al een aantal opmerkelijke cineasten voortgebracht, onder wie de inmiddels naar Denemarken uitgeweken Dagur Kári, die ook bij de groep Slowblow speelt, en Fridrik Thór Fridriksson, bekend van ‘Angels of the Universe’, een film waarvoor Sigur Rós en Hilmar Örn Hilmarsson de soundtrack schreven.
Een van mijn favoriete IJslandse filmmakers is Baltasar Kormákur, een man met Baskische roots die zijn carrière begon als acteur, maar inmiddels al een fiks aantal internationaal gelauwerde werkstukken op zijn naam heeft staan. Het bekendst is hij wellicht van ‘101 Reykjavík’, maar ook ‘The Sea’, ‘Little Trip to Heaven’ en ‘Jar City’ zijn uiterst beklijvend. Sommigen noemen zijn films zwaarwichtig, maar met die omschrijving gaan ze wel voorbij aan Kormákurs zwarte humor en zijn ontwapenende gevoel voor ironie. Bovendien is hij een veelzijdige regisseur die behalve spannende thrillers ook al indringende drama’s en luchtige komedies heeft afgeleverd. Jammer genoeg is zijn werk bij ons moeilijk vindbaar op dvd, waardoor het grote publiek zijn werk nog moet ontdekken. Maar zie, vandaag heb ik geluk: ik stuit op ‘White Night Wedding’ en ‘Reykjavík Rotterdam’, twee films van Baltasar Kormákur die ik nog niet eerder heb gezien. En het kan niet op: op vertoon van mijn polsbandje van Iceland Airwaves krijg ik aan de kassa ook nog eens een reductie van tien procent. Dat klinkt me als muziek in de oren.

Idno, 20 u.50
Slecht nieuws: voor de ingang van Idno, een prachtig theater van het bouwjaar 1897, staat een wachtrij van minstens vijftig meter. Zelfs met mijn ‘priority’-polsbandje mag ik er niet in: “Te vol”, klinkt het onvermurwbaar. Maar na tien minuten knarsetanden weet ik toch binnen te glippen en maar goed ook, want een optreden van Mugison valt onder geen beding te missen. De man is méér dan zomaar een artiest: hij is een fenomeen, een ‘local hero’ die het IJslandse publiek letterlijk hoofd voor hoofd heeft veroverd. Waar de meeste bands zich beperken tot optredens in steden als Reykjavik of Akureyri, trok Mugison enkele jaren geleden naar de kleinste, meest afgelegen dorpen van het eiland. Het heeft hem een loyale schare volgelingen opgeleverd, ook al verklaart het zijn succes slechts ten dele. Mugison is namelijk een bevlogen performer die zijn songs nooit twee keer na elkaar op dezelfde manier vertolkt. Hij is tegelijk geestig en intens, een zotskap die je het ene moment doet schateren en het andere koude rillingen bezorgt. In de VS verzorgde hij in zijn uppie veertig concerten lang in het voorprogramma van Queens of the Stone Age, maar de gevreesde modderkluiten bleven uit: telkens opnieuw sloeg hij de toeschouwers met verstomming.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Mugison begon ooit als laptoptroubadour, met zijn gitaar en batterij elektronica als enige rekwisieten. Sinds zijn cd ‘Mugiboogie’ laat hij zich echter omringen door een band en grossiert hij in zompige rock waarin je beurteling de blues van John Lee Hooker, de soul van Screaming Jay Hawkins en het schuurpapier van Tom Waits hoort doorklinken. De man blijft echter verrassen: vrijdag bediende hij op het podium een elektronische machine van eigen makelij waarvoor hij nog een naam moet verzinnen maar die nu, zo te horen, helemaal op punt staat. Een en ander gaf een vertrouwd nummer als ‘I Want You’ wer een totaal andere klankkleur. Mugi’s songs zijn levende entiteiten, en op het podium knijpt en kneedt hij ze net zo lang tot ze van kleur verschieten of een nieuwe anatomie krijgen. Het zorgde ervoor dat ‘Murr Murr’ en ‘The Pathetic Anthem’, allebei verpakt in gitaristieke prikkeldraad, tot de laatste seconde spannend bleven. Mugison vertelde me onlangs dat zijn volgende plaat er een in het IJslands wordt, en de afsluiter van de set was daar duidelijk al een voorproefje van. Dat er voor de gelegenheid plots een achtkoppig vrouwenkoor zou opduiken, hadden we niet meteen verwacht, maar ach, we hebben de man ook al met zijn vrouw, zijn jongere zus en zijn vader op het podium weten staan. In een rechtvaardige wereld zou Mugison het allang tot wereldster hebben geschopt, maar wie goed zoekt vindt zijn cd’s ‘Lonely Mountain’, ‘Mugimama’ en ‘Mugiboogie’ ook bij ons in de betere platenzaak. Misschien een suggestie voor uw volgende boodschappenlijst?

Nasa, 21 u.40

Bloodgroup handelt in dansbare elektropop en is daarmee in IJsland al verscheidene keren in de prijzen gevallen. Ook de nieuwe cd van het gezelschap, ‘Dry Land’, gaat vlotjes over de toonbank. Even kijken dus of dit muziek is waar we wakker van horen te liggen. De line-up van de groep blijkt te bestaan uit drie synthspelers, een zanger met een beschilderd gezicht, een zangeres en een strijkkwartet. Dat laatste weet, zeker in combinatie met de koele elektronische beats, eventjes de zinnen te prikkelen, maar zodra de stemmen invallen klinken de nummers zo ontstellend banaal dat ik zo snel mogelijk op zoek ga naar de uitgang. Ik mag er niet aan denken ooit een transfusie te krijgen met bloed van een donor met een Bloodgroup van dit type. In IJsland wordt veel goede muziek gemaakt, maar dít hoeven ze nu ook weer niet naar onze streken te exporteren.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Idno, 22u.30
Een kleine twee weken geleden waren ze nog te zien in de Witloofbar van de Brusselse Botanique. Na een drie weken durende Europese tournee zijn ze nu weer thuis: de vier jonge snaken van For A Minor Reflection. Twee bandleden hebben nauwe familiebanden met de gitarist en bassist van Sigur Rós en van hun grote broers hebben ze blijkbaar ook de postrockmicrobe geërfd. Het kwartet bracht tot dusver twee volledig instrumentale langspelers uit: ‘Rise and Shine, the Sun is Up…’ en het vorige maand verschenen ‘Heading Towards Chaos’ (ik bespaar u de onuitspreekbare IJslandse titels). Hoewel geen van beide ontsnapt aan de clichés die de groep, na overmatige blootstelling aan de discografie van Godspeed, Mogwai en Explosions in the Sky bij elkaar heeft gesprokkeld, klinkt haar jongste werkstuk, dank zij de toegenomen rol van piano en strijkers, al veel kleurrijker en gevarieerder dan haar debuut. In Reykjavik speelt For A Minor Reflection bovendien een thuismatch, dus moét er gescoord worden en dat lukt wonderwel. De muzikanten spelen trefzeker, strak en met zoveel appetijt dat ze volledig in hun muziek lijken te verdwijnen. De prachtige beelden van bossen en gletsjers die op een scherm worden geprojecteerd, passen perfect bij de denkbeeldige stroomversnellingen en watervallen in de epische composities, en wanneer de twee gitaristen aan het klavier plaatsnemen voor een opzwepende quatre mains, geven de toeschouwers zich helemaal gewonnen. Een triomf.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Idno, 23u.20
Heeft Airwaves uitsluitend IJslandse muziek te bieden? Zeker niet. Het showcasefestival is weliswaar een belangrijk uitstalraam voor wat er omgaat in de plaatselijke scene, maar de organisatoren hebben ook een prima neus voor wat er broeit in het buitenland. Zo waren bands als The Drums, Klaxons en Architecture in Helsinki, die inmiddels op grote schaal zijn doorgebroken, hier al te zien nog voor u en ik er ooit van hadden gehoord. Dus, wie weet zijn Britse groepen als Codes in the Clouds, Wild Geese, We Aeronauts, Walls of Silver Columns volgend jaar wel ’the talk of the town’? Of hypen we binnen afzienbare tijd Amerikaanse artiesten als Neon Indian, Yuni in Texaco, Dan Deacon, Crocodiles of The Vandelles, die hier tijdens de editie 2010 aandacht komen zoeken. Ook Canada en Denemarken zijn op Iceland Airwaves goed vertegenwoordigd en voor het eerst staat er, met Nive Nielsen, zelfs een Groenlandse inuïtzangeres op het podium. Let wel, geen vrouw uit één stuk die, gewapend met een harpoen en een hondenslee dagelijkop zeehondenjacht trekt, maar een jongedame die in Canada en Londen studeerde, perfect Engels spreekt en een diploma in de visuele antropologie op zak heeft.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

De goedlachse Nielsen zingt bitterzoete, soms speelse liedjes die ze afwisselend begeleidt op een ukulele en een elektrische gitaar. Vanavond wordt ze in de rug gedekt door een puike Belgische band waarin we nogal wat goede bekenden aantreffen: multi-instrumentalist Jan De Vroede en drummer Dago Sondervan maakten ooit deel uit van Think of One. Verder herkennen we gitarist en toetsenman Tom Pintens (ex-Zita Swoon), (slide)gitarist en banjospeler Flip Wauters (The Who-Dads) en bassist Tim Vandenbergh (Sukilove, Briskey). Dit gezelschap geeft songs als ‘Room’, ‘Good for You’ en ‘In My Head’, uit de debuut-cd van Nive Nielsen & Deer Children, extra reliëf, zodat ze live scherper, steviger en soms gederailleerder klinken dan in hun studioversies. Een geestig walsje als ‘Vacuum Cleaner Killer’ gaat er bij het publiek moeiteloos in en ook het slotnummer, waarin plots een klarinet en een tuba opduiken, wordt met geestdrift ontvangen. Nive Nielsen is een artieste die u dus binnenkort zeker moet gaan bekijken tijdens Crossing Border of tijdens het Autumn Fallsfestival in de Brusselse Botanique.

Idno, 0u.10
De Argentijnse Zweed José González was zes jaar geleden al eens solo op Iceland Airwaves te zien. Sindsdien brak bij wereldwijd door met het van The Knife geleende ‘Heartbeats’ en zag hij een van zijn songs zelfs gecoverd door The Gutter Twins. Dat solosucces ging een beetje ten koste van zijn groep Junip, die na de ep ‘Black Refuge’ uit 2005 tijdelijk in het vriesvak verdween. Dit jaar floot González zijn oude makkers echter weer samen, wat onlangs resulteerde in de cd ‘Fields’ en een tournee die hem afgelopen zomer ook naar België bracht. Door de aanwezigheid van een bassist, een drummer én een percussionist klinken de songs van Junip aanzienlijk ritmischer dan wat de zanger normaal in zijn eentje brengt. Bovendien zorgen een orgeltje en een wat jazzy klinkende Fender Rhodespiano ervoor dat zijn introverte songs plots hun spierballen laten rollen. Een begeesterende frontman is José González niet echt, maar ‘Without You’ hult zich in een bezwerende sfeertje dat herinnert aan The Doors en andere Amerikaanse westcoastgroepen uit de sixties. Dit is psychedelische folk met flarden elektronica en, in één song, zelfs gesamplede handclaps. Bij José González? Welja? Dat we dàt nog mogen meemaken!

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Dirk Steenhaut

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content