Damien Rice @ Cactusfestival: Treurnis in het park

© Damon De Backer

De tweede dag van het Cactusfestival werd afgesloten door Damien Rice, een Ierse singer-songwriter die in Vlaanderen op een devoot, in hoofdzaak vrouwelijk publiek kan rekenen. Tijdens zijn optreden kon je in het Minnewaterpark dan ook op de koppen lopen.

De 42-jarige Rice staat bekend als de troubadour van de Gevoelige Ziel en het feit dat hij de massa in zijn eentje te lijf ging, met zijn akoestische gitaar als enige gezel, droeg uiteraard nog bij tot zijn kwetsbare imago. Het succes van zijn eerste twee langspelers, ‘O’ en ‘9’, was voor de getormenteerde zanger niet bepaald een cadeau. Het werkte verstikkend, woog op zijn relaties en veroorzaakte een writers’ block die acht jaar aanhield. Pas in 2014 kwam hij, na een lange stilte, met ‘My Favourite Faded Fantasy’ op de proppen en begon alles weer van voor af aan. Alleen bleek de Ier intussen iets beter gewapend om met het leven in de schijnwerpers om te gaan. Sindsdien hebben we van Damien Rice zowel uitstekende als pijnlijk pathetische concerten meegemaakt. Zijn passage op Cactus bevond zich daar ergens tussenin.

Zoals we weten van Quentin Tarantino: wat overdreven wordt, kun je niet meer au su0026#xE9;rieux nemen.

Voor alle duidelijkheid: ook wij vinden dat Rice een aantal prachtsongs heeft geschreven, en wanneer hij die bracht in alle soberheid, zoals ‘Cannonball’, ‘The Greatest Bastard’ of ‘Nine Crimes’, wist hij ons zonder al te veel moeite goedkeurend geknor te ontlokken. Maar net zo vaak bezondigde Damien Rice zich aan overacting. Net omdat hij solo op het podium stond, was hij geneigd bepaalde details tot absurde proporties uit te vergroten en de treurnis er iets te dik op te leggen. Maar zoals we weten van Quentin Tarantino: wat overdreven wordt, kun je niet meer au sérieux nemen.

Rice had een loop station meegebracht, wat hem toeliet in één nummer diverse laagjes stem en gitaar aan te brengen (een enkele keer speelde hij ook harmonium en tijdens ‘It Takes A Lot To Know A Man’, beroerde hij zelfs zowel een cimbaal als een klarinet). Dat werkte de ene keer al beter dan de andere, en iets soortgelijks gold voor de effectpedaaltjes waarmee hij systematisch de klank van zijn gitaar vervormde.

Voorts dient gezegd dat niet alle liedjes van Damien Rice even sterk waren. Wat de zanger in Brugge bezielde om, bijvoorbeeld, ‘The Professor & La fille danse’ in zijn set te smokkelen, is ons een raadsel. Daar stond tegenover dat ‘Volcano’, waarin hij het publiek in drie verschillende koren opsplitste, elk met zijn eigen vocale partij, bijzonder geslaagd overkwam. En met de enige bis, waarvoor hij zijn fans liet kiezen tussen ‘Amie’ en ‘The Blower’s Daughter’ (het laatste nummer haalde het met vlag en wimpel), eindigde de avond sowieso in schoonheid.

Iedere vogel zingt zoals hij gebekt is en Damien Rice zal vermoedelijk niet meer veranderen. Je moet hem dus nemen zoals hij is, met zijn goede en minder goede kanten. Naar het volume van het applaus achteraf te oordelen, hadden de toeschouwers vooral de eerste gehoord. Op zo’n moment doet onze eigen mening dus bitter weinig ter zake.

Hoogtepunten: ‘Cannonball’, ‘Volcano’, ‘The Blower’s Daughter’.

Dirk Steenhaut

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content