Het culturele menu van Femke Gyselinck: ‘Ik laat Joni Mitchell trouwen met Frank Zappa’
Danseres en choreografe Femke Gyselinck speelde het voorbije anderhalve jaar samen met haar drummende broer Lander (Stuff) in de duovoorstelling Flamer. De komende maanden broedt ze op een nieuw stuk.
In Flamer betraden Lander en jij al dansend en drummend elkaars terrein. Hoe kwamen jullie daarbij?
Femke Gyselinck: Lander danst gewoon heel graag, mijn droom was altijd om in een band te spelen. Daaruit is die speels-serieuze voorstelling ontstaan, een combinatie van muziek en choreografie. Dat we broer en zus zijn heeft ons eigenlijk niet beziggehouden. Mensen denken dat wij van kindsbeen af al samen muziek maakten, maar dat was niet zo. Ik ben vijf jaar ouder dan Lander. Veel meer dan de cavia eten geven en zijn kot uitkuisen, deden we niet samen. (lacht)
Tot voor kort was je artistiek medewerker van Rosas. Het komende jaar wijd je je aan een nieuw project.
Gyselinck: Daarvoor ben ik aan het lezen geslagen: twee biografieën van Joni Mitchell en eentje van Frank Zappa, in combinatie met Weg met Eddy Bellegueule van Édouard Louis en Stefan Zweigs De wereld van gisteren. Tegelijk, ja. Ik kan heel veel zin hebben in mooie taal, dan lees ik vier pagina’s Zweig. Als ik daarna nog honger heb naar iets meeslepends en narratiefs, vind ik dat bij Édouard Louis. Waarna ik tot slot Joni Mitchell verder probeer te vatten. Dan ben ik voldaan en ga ik slapen. (lacht)
Benieuwd hoe je dat allemaal in een voorstelling zult verwerken. Jijzelf allicht ook.
Gyselinck: Dit is inderdaad nog maar de onderzoeksfase. Door veel over Joni Mitchell te lezen en haar platen te beluisteren stijgt mijn bewondering voor haar als artieste. Mensen wilden dat ze een folkzangeresje werd, maar ze is altijd blijven zoeken naar haar muzikale taal, waarbij ze de lat heel hoog legde. Ze bleef ook twijfelen aan haar rol: was ze nu schilder, dichter, zangeres of gitariste? Ik probeer haar een gedwongen huwelijk te laten aangaan met Frank Zappa. Afwachten of dat zal lukken!
In het Gentse Kask geef je ook les beweging aan studenten performing arts.
Gyselinck: Daarbij werk ik met liedjes die ik zelf graag hoor. Als iets me ligt, brengt dat een fysieke respons teweeg en beluister ik die nummers obsessief: omdat ik geen muzikante ben, moet ik iets heel vaak horen om te weten hoe het in elkaar zit. Voorbeeldjes? The Station van Oneohtrix Point Never, een nummer dat hij voor Usher had geschreven, maar die heeft geweigerd het in te zingen. Speciaal, maar prachtig. Molasses van Hiatus Kaiyote, iets tussen jazz en pop in, heb ik zelf in een solo gebruikt. Maar wat ik zeker wil vermelden, is de onlinemix die Stefanie Van Rompaey van Het Effekt voor het Belgische label Stroom heeft gemaakt. Je vindt die op de website van The Word Radio. Daarin verwerkt ze zowel heel verschillende muziek als fragmenten uit film en tekst. Zo krijg je een bepaald verhaal dat heel goed past bij mijn innerlijke wereld: als ik die mix hoor, voel ik me minder alleen op deze wereld. (lacht)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier