De cultuurtips van Mark Coenen: ‘Alex Agnew voor wie in een dipje zit’
Een mens koopt een tweede huis in het land als een laars en maakt daarbij toeren mee. Dat, maar dat niet alleen, is de grondslag van Mark Coenens boekdebuut Italië voor idioten.
Aanvankelijk denkt de lezer – terecht – dat je wat gekheden over je Italiaanse avonturen zult verkopen, maar gaandeweg dringt de ernst binnen.
Mark Coenen: Er komen een heel aantal lijnen uit mijn leven in samen, ja. Ik ben nu 61, en ik denk niet dat ik dit boek op mijn dertigste had kunnen schrijven. Ik had er enige levenservaring voor nodig maar ook, tja, ziektebeelden. Het stond op voorhand vast dat de condition humaine erin zou sluipen. Daarbij: ik zet mensen graag op het verkeerde been. (lacht)
Los van het boek typeer je jezelf als een passief cultuurmens.
Coenen: In de zin dat ik geen toneelstukken afloop, maar wel alles met een geïnteresseerd oog volg. Het laatste dat me geweldig gefrappeerd heeft, is Be Careful What You Wish For, de voorstelling van Alex Agnew, die ik met mijn zoon van vijftien ben gaan bekijken. Twee uur samen in een deuk liggen bij al die vuile woorden, dat was een fantastisch verbindend gevoel. (lacht) Agnew is ook een ongelofelijke meester in timing. Hij grijpt iets vast om het volledig binnenstebuiten te keren. Ik kan iedereen die in een dipje zit aanraden om naar hem te gaan kijken. Je komt als een herboren mens buiten.
Maar we begrijpen dat je toch vooral binnen blijft.
Coenen: Ik ben een couchpotato, ja. Bovendien moeten mijn jongere kinderen in hun drukke weekends overal naartoe gereden worden. Dat gaat ten koste van tijd voor mezelf, maar dat is niet erg, want ik lees wel veel en schrijf ook elke week een stukje over muziek voor Humo. Zo heb ik de voorbije weken heel goeie platen gehoord van Bon Iver, Arno en Stef Kamil Carlens. Ze hebben nauwelijks iets gemeen, behalve misschien een gelaagdheid, zowel qua inhoud als muziek. Nu goed, Stef Kamil en Bon Iver zijn allebei een soort klankentapper. En Arno brengt traditioneel blues met zeewater gebrouwen. Ik ben een statutaire fan. Een onderschat element in zijn werk is dat hij supergrappig is, en dat komt er deze keer goed uit. Moest er verder ook iets van bewegend beeld zijn?
Moeten moet hier niks.
Coenen: Na mijn televisieperiode (Coenen was Canvas-nethoofd van 2011 tot 2014, nvdr.) ben ik enigszins afgekickt van tv. Ik kijk nog trouw naar De afspraak en Terzake, dat wel. Maar vooral die reeks over Frank Vandenbroucke, Ik ben God niet, is mij afgelopen voorjaar geweldig meegevallen. Dat was bij wijze van spreken een soapopera in documentairevorm, heel sterk van montage en inhoud. Het was ook een vondst om Brihang de teksten te laten inspreken: je kreeg het gevoel dat je Vandenbroucke zelf hoorde. Ik heb ook enorm genoten van 63 Up, de jongste afleveringen in die reeks van Michael Apted. Het beste tv-format aller, aller, aller tijden! In al die mensen die hij sinds 1964 om de zeven jaar opzoekt, zie je in feite ook je eigen leven passeren – zij het gelukkig niet helemaal. Heel ontroerend, respectvol, subtiel… Kijk, dáárvoor is het medium uitgevonden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier