In de Zuid-Afrikaanse savanne staan Karl Meesters en Nathalie Meskens naast een jeep. ‘Het is hier goed stil’, zegt Nathalie. ‘Dat heb je goed opgemerkt’, antwoordt Karl. Het had het begin kunnen zijn van een mop, maar het is het openingsbeeld van het nieuwe seizoen van Niks te zien. Opnieuw rijgt Karl de vliegreizen aan elkaar om met een muzikant de muziek van een streek of ander land te ontdekken. Je verwacht dan een diepe duik in cultuur en geschiedenis, maar de tijd is natuurlijk beperkt en er is ook duidelijk voor gekozen om het veilig te houden en de politiek uit het lied te halen. In Zuid-Afrika gaat het dus niet over protestliederen uit de townships, niet over aangebrande, koloniale liederen uit de Vlaamse liederendatabank, niet over traditionele muziek van de Zulu over de Venda en de Xhosa (ik lees dit ook maar op Wikipedia). Wel wordt Nathalie ingewijd in war cries op een rugbyveld. ‘Want,’ zo doceert Karl, ‘rugby heeft een zeer verbindende rol gespeeld.’
Vanuit hun villa met zicht op de oceaan, dalen Nathalie en Karl af om zich kortstondig onder te dompelen in de chants van het rugbyteam van de Wynberg High School. Geen idee waarom precies deze school gekozen werd. Misschien lag ze gewoon om de hoek. Ook over het hoe en wat van die war cries, waar de teksten vandaan komen, wordt verder niets verteld. De jongens zetten hun kelen open, zwepen elkaar op, Karl en Nathalie deinen lustig mee en stoten op aangeven van de kapiteins een oerkreet uit. Kippenvel, wordt er gezegd.
Tussendoor tast Karl behoedzaam het muzikale pad van Nathalie af. Ze vertelt hoe ze als twaalfjarige op straat zong, dat ze rapte met haar vriendinnen en perfect rijmende teksten schreef als ‘ik heb stress en snijd me met een mes’, maar later gaat het ook over het einde van haar exclusiviteitscontract bij VTM en dat het toch wat ‘mottig’ is dat leeftijd daarbij een rol – misschien wel de hoofdrol – speelt. Vrouwen van 40, zo blijkt maar weer, worden schijnbaar minder interessant.
Gelukkig herinnerde Karl zich nog net op tijd dat dit programma toch vooral over muziek gaat.
Een mens zou bijna vergeten dat dit niet Die huis is, maar Niks te zien. Het is dan ook even geleden dat er nog iets muzikaals in het gastland ontdekt werd. En dat zal nog wel een tijdje duren, want Karl wil eerst dat Nathalie hem leert surfen. De golven staan hoog, er zijn slechts twee andere surfers te zien. Nathalie twijfelt of het wel te verantwoorden is om een slechtziende man op een surfplank te hijsen, maar dit is het soort humor waar Karl van houdt, en daar komen die twee andere surfers al aangelopen, zij zullen Karl en Nathalie begeleiden. Oef!
Even hoopte ik dat het over de onderwaterwereld zou gaan, over alle geluiden waarmee vissen, walvissen, dolfijnen, kreeften, krabben met elkaar communiceren omdat je aan ogen amper iets hebt als je onder de zeespiegel leeft. Maar Karl en Nathalie houden het bij surfen, waarbij Nathalie dankzij een duikbril met verduisterde glazen even blind op de golven peddelt als Karl. Later zal ze het omschrijven als een aangrijpende ervaring.
Gelukkig herinnerde Karl zich nog net op tijd dat dit programma toch vooral over muziek gaat en tijdens het verplichte nummertje van de safaritocht onderwijst hij Nathalie over de ware oorsprong van The Lion Sleeps Tonight van The Tokens. Solomon Linda bracht het in 1939 uit als Mbube, wat in het Zulu ‘leeuw’ of ‘je bent een leeuw’ kan betekenen, waarop de andere passagiers in de jeep allemaal in zingen uitbarsten en het oorspronkelijke lied brengen. Het is prachtig. In Niks te zien zou een pak meer te beleven en te zien zijn, mochten er meer van dit soort momenten zijn. In plaats van te graven naar de zielenroerselen van de gast, had men beter wat dieper gegraven naar de muzikale wortels van het gastland.