In ‘Boomer’ speelt Jan Van Looveren dat niemand hem nog ziet staan, waardoor iedereen hem weer ziet staan

3 / 5
© Bram Van Landschoot
3 / 5

Programma - Boomer

Wanneer en waar uitgezonden - Nu op Streamz, vanaf 02.09 op VRT 1 en VRT Max

Tine Hens
Tine Hens Journaliste voor Knack

Jezelf – nee, wacht: een uitvergrote versie van jezelf spelen in een fictiereeks? ‘Cringe’, zouden mijn zonen en hun generatiegenoten zeggen. Zeker als je 50-plus bent en je echte vrouw en dochter ook in de reeks je vrouw en dochter spelen, maar een andere naam kregen. Roos heet de, ik vermoed 16-jarige, dochter van Jan Van Looveren in Boomer, in het echt is het Pippa, en zij moet zowat de koningin van de oogrol zijn. Duizend woorden van de vader worden samengebald in één blik van de dochter, waarbij ze een heel spectrum aan emoties bestrijkt. De trage rol voor de verveling, de snelle rol voor de diepe schaamte en de rol met de half geloken oogleden voor de grotere ergernis.

De reeks is een afgeleide van het Frans-Canadese Les Beaux Malaises, dat bedacht, geproduceerd, geschreven en gespeeld werd door de Franse stand-upcomedian Martin Matte. In 44 afleveringen bood Matte een inkijk in zijn leven, met de kleine zorgen en de dagelijkse beslommeringen, iets wat Bart De Pauw hier ook ooit deed met Het geslacht De Pauw. Jezelf te kijk zetten, het schijnt dat het bekende soortgenoten meer mens maakt en als kijker helpt het natuurlijk dat je je misschien herkent in de strubbelingen van een medemens met meer naam en faam dan jijzelf.

In het universum van Jan Van Looveren draagt zijn vrouw zijn achternaam.

‘Uit het leven gegrepen’, zo omschrijft Van Looveren de scènes waarin hij dus – zijn woorden – een uitvergrote versie van zichzelf speelt. Hij is een bescheiden, witte cisman van middelbare leeftijd die worstelt met het moment in zijn leven waarop hij beland is. Dat hij op de pechstrook staat is veel gezegd, maar het lijkt wel alsof iedereen die anders is dan hij hem voorbijraast. Een mens kan in die omstandigheden maar beter besluiten om zijn zwaktes om te buigen in sterktes. Door te lachen met zichzelf, zijn korte lontje, zijn onhebbelijkheden, zijn fricties met het tijdsbestek dat hem omringt, duwt hij zichzelf voorzichtig terug naar het punt waaruit hij verdween: het centrum van de belangstelling. Door te spelen dat niemand je nog ziet staan, ziet iedereen je weer staan.

De reeks begint op een ochtend in huize Van Looveren (in het universum van Jan draagt de vrouw blijkbaar zijn achternaam). Iedereen zit aan de ontbijttafel, de moeder leest, de zoon maakt zijn huiswerk, de dochter bestudeert haar telefoon, de vader zwaait luidruchtig de koelkast open, maar niemand kijkt op. Een luchtbel is hij, minder dan een scheet, want daarbij wordt nog gezegd: ‘Wat riek ik hier?’ In het huis van Jan let niemand op hem. Dat is droevig, maar het wordt helemaal dramatisch als de koffiezetmachine ook nog eens kapot blijkt. ‘Beter herstellen dan nieuw kopen’, onderwijst Van Looveren zijn gezin in de basisbeginselen van de circulaire economie. Ter lering over hoe men krijgt wat men verdient, neemt hij zijn dochter mee naar de elektrozaak waar hij het toestel kocht. Drie dagen te laat om van de voordelen van de garantietermijn te genieten. Maar dat kan toch geen probleem zijn, knipoogt Van Looveren hevig naar de jongen achter de toonbank. Die geeft geen krimp. Regels zijn er om te respecteren. Van Looveren zwaait met zijn status van BV en de ogen van Roos rollen bijna uit haar hoofd.

Dat is de toon van de reeks. Van Looveren doet zich regelmatig belangrijker voor dan hij is, waardoor hij als een ballon uit elkaar spat. Clichés zijn er zoals in iedere sitcom om gerespecteerd te worden, waardoor het geheel even grappig als voorspelbaar is. Verder mag je er niet te diep over nadenken. Want hoe noem je een man die beweert dat hij niets meer mag zeggen en die dan zichzelf speelt in een fictiereeks waarin hij precies dat kan zeggen? Bescheiden, beweert hijzelf.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content