De eerste volwaardige eigen reeks van Acht is bij vlagen briljant, en gaat af en toe op de bek.
Elke zondag, Acht ***
Toen Dubbelleven van start ging op één, lieten makers en acteurs hier en daar een klaagzang optekenen over het helse tempo waarin de serie was opgenomen. Vanwege het krappe budget had men voor elke aflevering slechts zes draaidagen uit kunnen trekken, en dat is volgens hen toch het absolute minimum. De algemene teneur van die interviews was dat het scenario een pareltje was, maar dat er gewoon te weinig tijd was geweest om er alles uit te halen wat er in zat.
Achteraf bezien lijkt dat toch een iets te optimistische inschatting te zijn geweest, want het zwakke punt van Dubbelleven is net het scenario. Het uitgangspunt intrigeerde nog, maar na een aflevering of twee was de inspiratie al opgedroogd, en sindsdien worden de personages gewoon week na week bestookt met allerlei dramatische wendingen in de hoop er toch nog een beetje leven in te krijgen. We willen de klachten van de makers niet minimaliseren – zes dagen per aflevering ís weinig – maar als men ergens meer tijd hadden kunnen gebruiken, dan toch eerder bij het schrijven.
Monster, de eerste volwaardige eigen fictiereeks van digitale zender Acht, is nog een bewijs dat goede ideeën nog altijd veel meer waard zijn dan een ruim budget. Oké, Jonas Govaerts en Stef Lernous hebben één groot voordeel: hun serie mag er amateuristisch en gebricoleerd uitzien. Het is tenslotte een ode aan de cultcinema en ze wordt ook zogezegd opgenomen door een reportageploeg die komt filmen op de set van regisseur Ad-Harry Shredder – Stanley Kubrick in het diepst van zijn gedachten. Als Tine Van den Wyngaert bezeten raakt en groen slijm overgeeft, is het dus eerder charmant dan irritant dat de vloedgolf niet uit haar mond maar uit haar oksel lijkt te komen.
Maar onder de campy visuele effecten en het overacting zit ook een sterk geschreven reeks met een geweldig hoofdpersonage – een megalomaan de zijn crew bijvoorbeeld de opdracht geeft om een scène achterstevoren te spelen, zodat ze alles in de montage om kunnen draaien – en bij momenten hilarische dialogen. De eerste aflevering was nog een beetje rommelig maar de tweede – waarin Ad-Harry de nazifilm Hitler Needs Woman draaide en onder meer Marc Reynebeau langskwam als historische expert – zat al een stuk strakker in het pak. Die bevatte ook de grappigste scène totnogtoe, een stukje waarin Ad-Harry gekleed in een legerpakje en jarretelles aan zijn kleedmaakster vroeg of hij wel geloofwaardig genoeg als nazi-officier: ‘Kan ik hiermee ongegeneerd miljoenen uitroeien? Stuur ik iedereen naar een kamp en iedereen denkt: Maar natuurlijk, hij zal wel gelijk hebben.’
Is Monster een meesterwerk? Dat nu ook weer niet: door de experimentele aanpak durfde de serie in de minder geïnspireerde scènes weleens te ontaarden in een hoop kabaal en de trailers van de films die Ad zogezegd gemaakt heeft, waren in de twee afleveringen die we gezien hebben vreemd genoeg niet echt grappig. Ze zouden als afsluiter een orgelpunt moeten vormen maar eigenlijk vielen ze een beetje tegen. Als we echter mogen kiezen tussen een geschifte reeks die bij vlagen briljant is en af en toe stevig op de bek gaat of een serie die netjes binnen de lijntjes kleurt en daardoor nooit de middelmaat overstijgt, dan hoeven we niet lang te twijfelen.
Stefaan Werbrouck
Wat vindt u van Monster? Laat het weten!
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier