Some kind of jazz

© gf

In de laatste aflevering van Record Collector schenken we aandacht aan vier albums waar af en toe een contrabas op te horen valt.

Frank Zappa verkondigde dat jazz nooit echt stierf, maar ten hoogste een raar geurtje had. In ieder geval bleek die geur genoeg appetijtelijk om artiesten om aan het einde van de twintigste eeuw met jazz-invloeden te laten stoeien. Deze week, én voor het laatst, schenken we aandacht aan vier albums waar af en toe een contrabas op te horen valt.

Annette Peacock – The Perfect Release (1979)

Miss Peacock trouwt op haar negentiende met jazz-artiest Gary Peacock die op dat moment regelmatig met Miles Davis, Herbie Hancock en Sonny Rollins in de studio te vinden is. Een paar jaar later krijgt Annette Peacock een eerste synthesizer van Robert Moog zelve cadeau, en dat is voldoende om in 1968 een eerste plaat op te nemen. Vijf platen verder brengt ze in 1979 het magistrale The Perfect Release uit, en ondertussen neemt goed volk als David Bowie en Brian Eno haar songs op.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Talk Talk – Laughing Stock (1991)

De Engelse band Talk Talk wordt in 1981 door zanger Mark Hollis opgericht. Debuutalbum The Party’s Over haalt net een top veertig in de Engelse charts, maar in 1984 breekt de groep definitief door met de single It’s A Shame. De relatie met platenfirma EMI verzuurt, en na ellenlange onderhandelingen tekent Talk Talk een nieuw contract met Polydor Records voor twee albums. De laatste plaat, Laughing Stock komt uit op het jazz-label Verve, maar breekt geen potten. Een jaar later houdt Talk Talk het voor bekeken.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Jan Akkerman – Tabernakel (1974)

De Nederlandse gitarist Jan Akkerman vormt begin de jaren zeventig de kern van de progrock-band Focus. In 1973 roept het magazine Melody Maker Akkerman uit tot “beste gitarist ter wereld”. Op zijn solo-debuut Tabernakel gaat de gitarist aan de slag met klassieke muziek van ondermeer John Dowland. Single House Of The King, dat al eerder door Focus was uitgebracht, behaalt een top twintig notering in de Nederlandse charts. Op de Akkerman-versie valt echter enkel het instrumentale deel te horen.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Ekseption – Ekseption 3 (1970)

De Nederlandse rockband The Jokers veranderen hun naam in 1967 in Ekseption (let op de progressieve spelling !), en tekenen gelijk een platencontract met Phonogram. De band tourt vijf jaar onafgebroken in Europa, en hun muzikale stijl, waarbij rock, jazz en klassiek vermengd wordt, slaat aan. In 1970 winnen ze hun eerste Edison Award, en arrangeren ze, onder invloed van The Nice vooral klassieke muziek naar hapklare rocksongs. In datzelfde jaar nemen ze Ekseption 3 op, en scoren ze een enorme hit met Peace Planet, een bewerking van de Suite n°2 van Bach.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Francis Weyns

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content