S10, de interessantste Nederlandse rapper van het moment: ‘Er is niets cools aan zelfmoord’

'Ik ben niet meer bang of radeloos. Ik ben stabiel in waar ik sta.'
Geert Zagers
Geert Zagers Journalist bij Knack Focus

Denk Eefje de Visser, maar dan op trapbeats.

Er zijn de jongste jaren al heel wat Nederlandse rappers in deze pagina’s gepasseerd en er zullen er ongetwijfeld nog velen volgen, maar S10 – spreek uit: es-tien – is niet de zoveelste in het rijtje. Een jaar geleden, op haar negentiende, mocht ze voor haar debuutalbum Snowsniper een Edison (zeg maar een Nederlandse MIA) voor best alternative oppikken. ‘S10 toont zich met haar debuutalbum een uitzonderlijk talent op zowel muzikaal als tekstueel vlak, terwijl ze op een compleet authentieke manier theatrale invloeden met hiphop mixt’, sprak de jury. ‘S10 geeft op een prachtige manier een stem aan een generatie. Een generatie die opgroeit in een wereld vol twijfel, met een onzekere toekomst, maar zonder de moed te verliezen.’ de Volkskrant hield het in zijn recensie op ‘de meest oorspronkelijke stem in de hedendaagse Nederlandse hiphop’.

Ik hou ervan hoe twee net verschillende talen tegen elkaar schuren, dus ik wilde graag met een Vlaamse artiest werken. Met Zwangere Guy heb ik heel wat raakvlakken.

Dat zijn mooie woorden.

Het een en ander heeft te maken met wat er zich buiten de muziek in haar leven afspeelde. Het Nederlandse 3voor12 volgde haar een jaar lang voor Storm om mij heen, een half uur durende portretdocumentaire (makkelijk online te vinden) over muziek en leven van Stien den Hollander, zoals ze echt heet. Het is een mooi, maar heftig portret. Het laat zien hoe ze als tiener met depressies, psychoses en stemmen in haar hoofd kampte, in de jeugdpsychiatrie opgenomen werd en, mede dankzij de muziek, een weg terug vond.

Het intrigerende is dat je dat ook hoort in haar muziek. Op Antipsychotica, haar eerste ep, opgenomen tijdens die moeilijke periode, hoor je haar als zestienjarige met een door autotune vervormde stem rappen en zingen over donkere, atmosferische soundscapes en desolate trapbeats. Er zit een dagboekachtige eerlijkheid in de manier waarop ze het heeft over er niet meer willen zijn en opgesloten zijn in een isoleercel. ‘Ik ben bang dat ze me ooit weer in een isoleercel gooien omdat ik niet normaal kan doen / Dus nu denk ik de hele tijd in m’n hoofd: doe normaal, doe ik het goed?’ zegt ze in Positief. De traditie van Nick Drake, Kurt Cobain en XXXTentacion is niet ver weg.

Gelukkig is het verhaal van S10 niet dat soort verhaal geworden. Het gaat vandaag goed met haar. Ze hoort nog stemmen, zegt ze, maar het is geen issue meer. En ook dat vertaalt zich naar haar muziek. Op Snowsniper leek ze al weg te evolueren van de rauwheid van haar ep’s. Met Vlinders, dat deze week verschijnt, lijkt ze definitief los te komen van haar mental-health issues en laat ze horen dat ze op haar twintigste een van de interessantste opkomende Nederlandse artiesten tout court is. Hoe ze met taal omspringt, doet denken aan Eefje de Visser. Ze heeft een bijzondere flow, ergens tussen zingend rappen en rappend zingen. Er zit een theatrale, performanceachtige kwaliteit in hoe ze haar muziek brengt die maakt dat je ernaar uitkijkt om haar live te kunnen zien. De indieproducties van Sim Fane, met wie ze nauw samenwerkt, ontstijgen de hiphop. Ze zaten er al niet verlegen om talent, maar met S10 heeft de Nederlandstalige indie- en hiphopwereld een nieuwe naam om te checken.

Ronnie Flex vond de plaat heel vet, zei hij. Waarop ik zei dat ze nog vetter zou zijn als hij zou meedoen.

Moeilijk te googelen wel.

Blijkbaar heeft Samsung ook een Galaxy S10.

Het is misschien raar om te zeggen over een plaat, maar Vlinders klinkt gezonder.

S10: Dat klopt wel, ja. (lacht)

Gelukkiger ook.

S10: Het gaat goed met mij. Ik voel me goed met mezelf. Blijkbaar lukt het me dan niet meer om verdrietige nummers te maken.

De titels van je eerste twee ep’s waren Antipsychotica (2017) en Lithium (2018), naar de medicatie die je moest nemen. Dat deze plaat Vlinders heet, lijkt geen toeval.

S10: Ik vind vlinders een hele mooie metafoor voor de dingen. Je hebt ze in hele kleurrijke, prachtige gedaantes. Maar ze kunnen ook donker zijn en naar nacht en spanning neigen. Een beetje zoals wij mensen heel erg kunnen zijn. Tegelijk staan ze symbool voor groei en ontwikkeling. Het hoeft dus niet meteen op verliefdheid te slaan, zoals veel mensen lijken te denken.

Maar het klopt wel dat het een soort antwoord is. Die eerste platen heb ik heel onbewust gemaakt. Het was een reactie op wat er op dat moment in mijn leven aan het gebeuren was. Achteraf bekeken heeft dat tot een gekke situatie geleid. Mensen weten veel over mijn leven en mijn mentale gezondheid, heel veel intieme details ook, maar tegelijk kennen ze alleen dat stukje van mij. Één periode uit mijn leven. Vlinders is daar een soort aanvulling op. Ik zie het zelf als een soort luisterboek van verhalen. Gelogen gaat bijvoorbeeld over liefdesverdriet. Handen van mijn moeder gaat over hoe je ook als volwassene soms nog heel erg graag een klein kindje wilt zijn, beschermd door je moeder. Het zijn allemaal verschillende verhalen deze keer. Niet meer alleen dat ene verhaal.

Is dat ook de stem van je moeder op het einde van de plaat?

S10: Ja. En dat kleine kindje dat je hoort, ben ik toen ik drie was. Mijn moeder maakte audiotapes met ons toen we klein waren. Deze had ik onlangs teruggevonden, een opname waarop we aan tafel kinderliedjes aan het zingen zijn en ik tegen mijn moeder zeg: ‘Dit is muziek.’ Dat vond ik wel een mooie afsluiter van de plaat.

Je klinkt ook anders op Vlinders. Meer zang, minder rap. Meer piano, minder beats. En je gebruikt ook opvallend veel minder autotune.

S10: Vroeger betekende muziek maken dat ik naar een studio ging, een beetje rondkeek en wat zong of rapte. Nu was dat heel anders. Met Sim Fane, iemand die veel voor me producet, ben ik op zoek gegaan naar hoe ik wilde klinken. De plaat klinkt nog wel echt elektronisch, maar ik heb deze keer veel bewuster keuzes gemaakt. Vroeger had ik bijvoorbeeld schrik om niet genoeg hiphop te zijn. Ik gebruikte ook veel straattaal om hiphop te klinken. Dat soort zorgen heb ik deze keer laten varen.

Met die autotune is dat hetzelfde. Toen ik begon met zingen, zag ik mezelf niet als een goede zangeres. Ik durfde er niet vol voor te gaan, het voelde op de een of andere manier veiliger met autotune. Nu heb ik dat losgelaten en zing ik veel meer. Als ik nu autotune gebruik, is dat voor een reden.

S10, de interessantste Nederlandse rapper van het moment: 'Er is niets cools aan zelfmoord'

Het blijft fascinerend hoe autotune sinds Kanye West en Bon Iver als een soort emotie gebruikt wordt. Het is geen trucje meer, maar het geluid van 21e-eeuwse onthechtheid.

S10: Bon Iver is daar zeker een invloed geweest op mij. Snowsniper eindigt met een verborgen track, een soort duet met autotune, dat door hem geïnspireerd is. Misschien wel mijn favoriete nummer op de plaat ook.

Ik hou van autotune, maar ik heb moeten leren dat je het niet als verbloemend maar net als een versterkend effect moet gebruiken. Handen van mijn moeder is op zich een heel lieflijk, fragiel liedje, maar door autotune te gebruiken krijgt het een heel andere lading.

Het wordt wel steeds moeilijker om je muziek te benoemen. Er zitten indiegitaren in. Je hoort trapbeats. Tegelijk zit het in de traditie van de Nederlandstalige pop – er staat zelfs een knipoog naar Doe Maar op Vlinders.

S10: Ik ben opgegroeid met Sinds 1 dag of 2.

Ben jij daar niet te jong voor?

S10: Blijkbaar niet. (lacht) Ik word nu ondergebracht in de hiphop, wat ik ook begrijp, maar eigenlijk lukt het me gewoon niet zo goed om één genre te zijn. Ik vind te veel dingen vet. Ik vind heel veel sounds van heel verschillende genres vet. Het is niet indie of rap of nederpop: het is een mix van al die dingen.

Er staan een aantal opvallende namen op de featurings van Vlinders. Zwangere Guy en Ronnie Flex, om er twee te noemen.

S10: Ik hou ervan hoe twee net verschillende talen tegen elkaar schuren, dus ik wilde graag met een Vlaamse artiest werken. Met Zwangere Guy heb ik heel wat raakvlakken, denk ik. Een hele warme jongen, maar er zit ook een donkerte in hem. Hij is ook iemand die veel heeft meegemaakt, maar daar iets moois mee probeert te doen. Toen hij toezei, ben ik naar Brussel gegaan en hebben we samen in de studio gezeten. Uiteindelijk is daar Achter ramen uit gekomen.

Het is al laat, het nummer met Ronnie Flex, is pas heel laat op de plaat beland. Vlinders was al grotendeels af toen ik naar zijn studio ging om de plaat te laten horen. Hij vond het heel vet, zei hij. Waarop ik zei dat het nog vetter zou zijn als hij zou meedoen.

Je hoort bijna niet dat hij het is. Vaak wil een featuring zeggen dat iemand een halfuurtje zijn ding over een beat komt doen, maar hier lijken de artiesten zich aan te passen aan jouw wereld.

S10: Daar ben ik zelf ook trots op. Zeker bij iemand van het kaliber van Ronnie Flex: dan verwacht je niet dat hij meestapt in jóúw universum.

Op een bepaald moment kreeg ik in een talkshow vlakaf de vraag hoeveel zelfmoordpogingen ik had ondernomen. Dat was gewoon niet leuk meer.

Misschien heeft het met Storm om mij heen te maken, de docu van 3voor12 waarmee veel mensen je leerden kennen, maar je muziek lijkt heel hard verweven met hoe het met je gaat.

S10: Ik denk dat dat in het begin ook zo was. Ik ben met muziek begonnen in de periode dat het minder goed begon te gaan en dat is lang zo gebleven.

Toen ik dertien was, heb ik een gitaar gekocht. In het begin schreef ik liedjes in het Engels. Dat begon al snel te vervelen en dus ben ik in het Nederlands beginnen te zingen. Toen ik een jaar of vijftien was, kon ik op de middelbare school een soort rapcursus volgen waar je ook een nummer kon opnemen. Zo is Chimi ontstaan, mijn allereerste track. Die hebben we dan op Soundcloud gezet, waar we in geen tijd duizend streams hadden. Een ongelooflijk succes, vond ik dat. Dat heeft uiteindelijk geleid tot Antipsychotica, mijn eerste ep. Noisey wilde daar een interview over doen. Noah’s Ark, een groot Nederlands hiphoplabel, kwam aankloppen. En dan is het best snel beginnen te gaan. Die muziek raakte duidelijk iets bij mensen wat ik niet had verwacht.

In de intro van Antipsychotica spreek je de luisteraar rechtstreeks aan, Positief is bijna een verslag vanuit de isoleercel… Er zit een ongefilterde rauwheid in die plaat.

S10: Ze is ook helemaal opgenomen met GarageBand, ingezongen door de oortjes van mijn iPhone en daarna online gegooid. Ik moest die dingen kwijt. Ik moest kunnen razen. Ik zie het zelf een beetje als boksen. Ik moest het van me af hebben. Ik denk dat muziek dat heel lang voor mij is geweest: een soort boksen.

Sinds wanneer is ze dat niet meer?

S10: Het is nog steeds een beetje boksen, hoor, alleen niet meer op een nare manier. Ik doe het nu niet meer omdat ik me slecht voel. Ik doe het omdat ik er blij van wordt. Muziek maken is het leukste wat er is.

Halverwege de opnames van Snowsniper, mijn eerste full album, is het onbewuste er wat uit gegaan. Het begon beter met mij te gaan, waardoor ik me ook dingen begon te realiseren. Mentale gezondheid is een groot thema rondom mij. Nog altijd krijg ik dagelijks berichten op Instagram van mensen die hetzelfde hebben meegemaakt of hulp zoeken. Maar het is zoals ik daarnet zei: mijn problemen met mentale gezondheid zijn maar vijf procent van wie ik ben. Vandaag is het voor mij geen issue meer. Dan is het heel raar om daarmee vereenzelvigd te worden. Op een bepaald moment kreeg ik in een talkshow vlakaf de vraag hoeveel zelfmoordpogingen ik had ondernomen. Dat was gewoon niet leuk meer. Toen ik die nummers allemaal online gooide, deed ik dat niet bewust. Ik wilde het gewoon kwijt.

Hoe luister je zelf naar die eerste ep’s?

S10: Niet.

Niet?

S10: Die eerste twee kan ik niet meer opzetten. Ik vind het te lastig om te horen. Ik speel er ook niks live van, want dan sta ik op het podium te denken: ‘Jeetje, wat heftig allemaal.’ Dat is lastig soms, want ik merk dat heel veel mensen daar heel veel aan hebben gehad. Maar voor mij klopt het niet meer.

Zeker in de hiphop en de pop is er de jongste jaren meer openheid dan ooit over verslaving, depressie en zelfmoord. Tegelijk wordt er vandaag meer dan ooit gewaarschuwd dat zulke onderwerpen een trigger kunnen zijn voor luisteraars die met die problemen kampen. Hoe kijk jij daarnaar?

S10: Dat is heel dubbel. Ik denk dat dat soort muziek heel veel kan helpen. Dat merk ik ook in de reacties op mijn muziek. Maar tegelijk klopt het wel dat het triggerend kan werken. Bij mij was dat toch zo. In mijn slechte periodes luisterde ik heel veel naar verdrietige of kwade muziek. Heel veel emo als Bring Me the Horizon of Pierce the Veil. Heel veel Lana Del Rey ook. Nummers als Summertime Sadness of Born to Die. Prachtige muziek, maar als ik eerlijk ben, heeft dat me niet altijd goed gedaan. Er zit een negatieve energie in die je ook dieper kan duwen.

Ik hou van trieste muziek. Ik heb het alleen moeilijk met dat romantiseren. Dan is het heel snel onecht en gevaarlijk.

Zeker de alternatieve wereld heeft een enorme traditie op dat vlak, van Nick Drake over Nirvana tot Lil Peep, waar haast achteloos naar gekeken wordt. Meer zelfs: depressie en tristesse zijn al een halve eeuw lang een manier om artiesten in de markt te zetten.

S10: Ja, ook daar zit ik wat mee. Ik hou van trieste muziek. Ik vind het bijzonder. Ik heb bijvoorbeeld heel veel naar Nick Drake en Kurt Cobain geluisterd. Ergens had ik er veel aan om te horen dat mensen als zij, hoe verdrietig ze ook zijn, daarmee iets in hun muziek hebben kunnen doen. Het is ook niet gratuit. Ik denk dat we allemaal op een bepaald moment in ons leven het moeilijk hebben en dat die muziek daar dan een rol in kan spelen. Ik heb het alleen moeilijk met dat romantiseren. Het mag geen imago worden, zoals vroeger heel vaak gebeurde. Dan is het heel snel onecht en gevaarlijk. Er is niets cools aan zelfmoord. Niet willen leven is niets moois. Het is verschrikkelijk.

Voel je daar als artiest ook een verantwoordelijkheid bij?

S10: Ik denk niet dat je daarin als artiest verantwoordelijkheid hebt. Natuurlijk niet. Maar ik merk dat ik er zelf wel mee bezig ben. Ten tijde van Snowsniper heb ik er bewust voor gekozen om bepaalde woorden niet meer in mijn nummers te gebruiken, omdat ze triggerend kunnen werken. Ik waak er ook over dat er in mijn nummers een soort hoop zit, ook al zijn ze verdrietig.

Maar dat is dus niet mijn verantwoordelijkheid. Ik ben niets verschuldigd aan de mensen die naar mijn muziek luisteren. Het is gewoon mijn vrije keuze. Ook al omdat het voor mij beter is om zulke muziek niet te maken. Anders moet ik ze honderd keer opnieuw op een podium spelen en word ik er elke keer opnieuw ingetrokken.

Is dat wat Vlinders is? Een soort loskomen van die traditie?

S10: Ik denk het wel, ja. Ik ben niet meer bang of radeloos. Ik ben stabiel in waar ik sta en ik heb het gevoel dat dat best zo kan blijven als ik verder ga zoals ik bezig ben.

Nog één ding: je bent wel heel lastig om te googelen.

S10: Ja, dat is me ook opgevallen. Sinds Samsung een Galaxy S10 heeft uitgebracht, is het veel moeilijker geworden om me online te vinden. Het helpt als je me gewoon een paar keer googelt. Het gaat veel makkelijker als ik eenmaal in je algoritme zit. (lacht)

Vlinders

Uit op 13/11 via Noah’s Ark/Universal.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content