Suikerrock, dag 1: lang voorprogramma voor nostalgisch Deep Purple
De openingsdag van de dertigste editie van Suikerrock, het driedaagse stadsfestival in Tienen, stond in het teken van de rock-‘n-roll. Drie Belgen rolden de rode loper uit voor een nostalgisch Deep Purple.
“Do you love the nazi’s?” We staan op de Grote Markt van Tienen, de zelfverklaarde tintelende stad. “We hate fascist cops!” Rondom ons zien we vooral veertigplussers, met versleten jeansvesten, zonnebrillen (nochtans verschuilt de zon zich overwegend achter de wolken) en zwarte bandshirts van Led Zeppelin, AC/DC, Channel Zero, Nirvana, Deep Purple, en het Hard Rock Café. “Politicians make a mess, in bloody bloody Belgium!” De rode draad van de openingsdag van Suikerrock hoeven we niet uit te leggen, zeker?
“You fucking bastard!” Het is Ludo Mariman van The Kids die voortdurend loopt te vloeken, weliswaar onder begeleiding van luide drums en gitaren. Vloeken doen The Kids al ruim veertig jaar. Aangezien het jongste album van de Belgische oerpunkers in 1985 verscheen, heeft iedereen onder de negenenveertig The Kids indertijd niet op volwassen leeftijd meegemaakt. Maar hier zíjn veel mensen van in en boven de vijftig: punk is oud geworden, en met het genre ook zijn luisteraars.
Aangezien de band sinds 1985 niets nieuws heeft uitgebracht – dat zou de identiteit van The Kids verpesten, vertelde frontman Mariman eerder dit jaar aan Knack Focus -, toert ze al decennia lang met hetzelfde songmateriaal, en ook dezelfde covers (ook dit keer een heerlijk rammelende 12XU van Wire, en een luid meegezongen If The Kids Are United van Sham 69).
Middenvingers opsteken
Een voorspelbare set, dus, maar vreemd genoeg klinkt hij toch fris. In deze politiek correcte tijden doet het deugd om eens te shockeren, een ferme schop tegen een paar schenen te geven. Zeker als dat aan de hand van aanstekelijke hooks gedaan wordt. En aanstekelijk, dat zijn The Kids wel: niet alleen de hit There Will Be No Next Time werd gretig meegezongen, ook No Monarchy, Rock Over Belgium en Fascist Cops. Tijdens dat laatste nummer springt een toeschouwer het podium op, om er met zijn middelvingers in de lucht rond te hoppen. Mariman lacht, en ondertussen zien we Ben Crabbé aan de zijkant van het podium air drums spelen, breed grijnzend.
Next up: The Sore Losers. De vier Limburgse dertigers spelen gitaarmuziek die ouder klinkt dan die van The Kids. Gehuld in het zwart, inclusief leren jassen en zonnebrillen, inspireert The Sore Losers zich op hardrock uit de seventies. Denk Led Zeppelin, Cream, The Stooges en ja: ook Deep Purple.
Radar Love
The Sore Losers starten strak, met een stompend Blood Moon Shining van hun laatste worp Skydogs. Maar ook na de drie daaropvolgende muzikale sloopkogels, klappen slechts de voorste tien rijen op commando mee. En zelfs aan dat front wordt gepraat.
Of het publiek is hier alleen voor headliner Deep Purple, of The Sore Losers hebben een mindere dag. We gokken op dat eerste, aangezien de band, en dan vooral gitarist Cedric Maes, zich volledig in het concert smijt.
Maar The Sore Losers verliezen niet graag, en hebben dan ook nog een troef achter de hand. Uit het niets start een opzwepende, herkenbare baslijn. “Komaan!” roept frontman Jan Straetemans.
“We zijn hier voor The Kids-fans, de Zornik-fans én de Purple-fans! Komaaaan!” Radar Love van Golden Earring wordt inzet. Een zwakke plek van het publiek, zo blijkt, want iedereen schiet wakker en brult gretig mee. Tijdens de knallers Beyond Repair, Silver Seas en MC5’s Kick Out The Jams wordt er ook in de achterste uithoeken van de Grote Markt geapplaudisseerd. Het werd tijd.
Lauw
Na een klein halfuurtje is het aan Zornik om de harten op de Grote Markt te winnen. De Limburgse band rond Koen Buyse haalde de finale van Humo’s Rock Rally in 2000, en scoorde een resem hits in de daaropvolgende jaren. In 2015 verscheen hun zevende album Blinded By The Diamonds, een terugkeer naar hun rockjaren na een akoestisch uitstapje.
“Ça va een beetje?” vraagt Buyse. De reactie van het publiek valt hoogstens lauw te noemen. “Niet echt, blijkbaar. Maar dat wordt wel beter.” De band speelt foutloos, daar niet van, en Buyse doet zijn uiterste best om het publiek mee te krijgen. Hij roept en schreeuwt, spurt het podium rond en speelt elke bekende Zornik-song. Maar de vonk slaat niet over. En dan worden ze nog overvallen door pech ook: Believe In Me verdrinkt in feedback, het resultaat van een slecht functionerende micro.
Niet dat er geen mooie momenten zijn. Scared Of Yourself bezit nog steeds die giftige angel, en het elektronische Backseat doet de grond daveren. Maar Zornik speelt geen memorabel optreden, en dat wordt vooral duidelijk op het eind. Tijdens afsluiter Goodbye valt de begeleiding stil, en vraagt Koen Buyse meermaals aan het publiek om het refrein na te zingen. De respons was zo mager, dat wij het uit medelijden haast in ons hoofd haalden driedubbel zo luid mee te zingen.
Deep Purple
Vele iconische artiesten die hun carrière begonnen voor 1975 zijn aan hun laatste tournees begonnen. Sommige doen dat voor het geld – we noemen geen namen; kuch, kuch, AC/DC, kuch -, anderen hebben wel degelijk nog iets te zeggen, denk maar aan Neil Young, Paul Simon of David Gilmour, eerder deze week nog op dezelfde Grote Markt van Tienen te zien. Deep Purple, rond 1970 pioniers van hardrock en heavy metal, behoort tot een derde categorie: ze spelen gewoon héél graag.
Een strijdmars genaamd Mars, The Bringer Of War – Simon Rattles interpretatie van Gustav Holts – galmt door de boxen wanneer de vijf Britten het podium beklimmen. “Oh, what a shame, I hoped it would be raining,” aldus Ian Gillan. Er is nog geen noot gespeeld, maar Deep Purples missie is al duidelijk: episch knallen.
Dat lukt af en toe, een beetje. De instrumentale begeleiding is consistent en strak, maar Gillans stem heeft met de jaren toch aan kracht ingeboet. Child In Time speelt Deep Purple om die reden al lang niet meer, maar ook op de minder uitdagende opener Highway Star klinken Gillans uithalen veeleer geknepen dan verschroeiend.
Als Gillan het optreden niet kan dragen, moeten de muzikanten het maar doen. Dus wordt er gesoleerd. Véél gesoleerd. Elk lied krijgt minstens één solo van gitarist Steve Morse én van toetsenist Don Airey, twee muzikanten die respectievelijk pas sinds 1994 en 2002 in Deep Purple zitten. Gillan laat zich gaan op de mondharmonica, en bassist Roger Glover krijgt ook vijf minuutjes faam. Resultaat: het is vaak onduidelijk welk nummer er nu precies bezig is.
Maar het lijkt de menigte niet te deren. Het publiek blijkt wel degelijk enkel naar de Grote Markt afgezakt voor Deep Purple, en de drie Belgische bands vooraf bleken één lang voorprogramma. De man naast ons, een veertiger met een bandana, belt een vriend en laat hem per telefoon meegenieten van Strange Kind Of Woman. Even verderop zien we een vader zijn zoon innig omhelzen. De nostalgie doet zijn werk.
Smoke On The Water krijgt het luidste applaus van de dag, en het galopperende Black Night sluit dag één van Suikerrock af. Zaterdag staat België centraal, met opkomende artiesten als Alice On The Roof en Noémie Wolfs, en gevestigde waarden dEUS en Balthazar. Tot dan!
Joshua Migneau
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier