Richmond Fontaine @ Trix

Met ‘The High Country’ bracht Richmond Fontaine deze maand een ambtieuze ‘liedjesroman’ uit. Daarin beschrijft voorman Willy Vlautin een tragische liefdesgeschiedenis in een besloten houthakkersgemeenschap. De plaat werd zo goed als integraal live voorgesteld in het Antwerpse Trix.

DA GIG: Richmond Fontaine in Trix, Antwerpen op 28/9.

IN EEN ZIN: Americanaband Richmond Fontaine verstond de kunst met zijn songs een spannend verhaal te vertellen dat, qua diepgang, niet voor een literair werk hoefde onder te doen.

HOOGTEPUNTEN: ‘Angus King Tries to Leave the House’, ‘I Can See A Room’, ‘Northline’, ‘Two Alone’.

DIEPTEPUNTEN: geen.

BESTE QUOTE van Willy Vlautin: “Ze hebben hier in Trix een ronduit fantastische kok. Je zou al geneigd zijn bij een bandje te gaan spelen, gewoon om hier mee aan tafel te mogen.”

Bij het horen van de naam Richmond Fontaine denkt Jan Modaal wellicht spontaan aan opspuitend water, maar bij muzikale fijnproevers staat het kwartet uit Portland, Oregon al sinds 1996 bekend als een van de interessantste vertegenwoordigers van het Americanagenre. Zanger, songsmid en gitarist Willy Vlautin wordt overigens ook in literaire kringen gewaardeerd: hij publiceerde tot dusver al drie romans, waarvan de eerste, ‘The Motel Life’, momenteel wordt verfilmd met Stephen Dorff en Kris Kristofferson in de hoofdrollen.

Met zijn band heeft hij inmiddels al een tiental langspelers op de teller staan, en daarvan is ‘The High Country’ de recentste. Het is een ‘rural-noir’-plaat, gebouwd op het verhaal van een mechanicien en een verkoopster van auto-onderdelen. De twee beginnen samen een verdoken relatie en smeden plannen om de deprimerende en bekrompen omgeving waar ze in gevangen zitten voorgoed te ontvluchten. Het wordt echter een gedoemde odyssee die, in Vlautins handen, de allure krijgt van een in geweld en overspel gedrenkte thriller. Richmond Fontaine vertelt het verhaal aan de hand van songs, spoken wordfragmenten en filmische instrumentals en schept daarbij een sfeer die afwisselend herinnert aan het werk van David Lynch en Raymond Carver.

In Antwerpen kreeg de groep versterking van Amy Boone, zangeres bij de Texaanse formatie The Damnations, die vooral tijdens ingetogen liedjes als ‘Let Me Dream of The High Country’ en ‘I Can See A Room’ de aandacht naar zich toe trok. Richmond Fontaine bracht het materiaal uit zijn jongste cd in de volgorde die door de verhaallijn werd gedicteerd, maar zag zichgenoodzaakt ter plekke enkele nummers uit de set te schrappen, omdat blijkbaar niemand de keyboards aan de praat kreeg. De groep nam die tegenslag filosofisch op en trachtte er alsnog het beste van te maken.

In muzikaal opzicht laveerde ze voortdurend tussen potige garagerock (‘The Chainsaw Sea’, ‘Lost in the Trees’) en sobere, akoestische folk (‘The Meeting on the Logging Road’, ‘The Eagles Lodge’). Tijdens de ‘Radio Medley’, een aaneenschakeling van slechte countrysongs waar sommige Amerikaanse radiostations een patent op lijken te hebben, mochten ook bassist Dave Harding en drummer Sean Oldham vocaal een duit in het zakje doen. Paul Breinard zorgde regelmatig voor fijne lapsteelbijdragen, ‘Deciding to Run’ viel op door de mooie meerstemmige samenzang en ‘Angus King Tries to Leave the House’ klonk, dank zij het snijdende gitaarwerk, rauw en intens.

Goed, de toeschouwer moest het zonder de strijkers- en accordeonversieringen stellen en diende zich extra op de teksten te concentreren, wilde hij de draad niet kwijtraken. Maar de lotgevallen van de personages in deze verontrustende fabel waren prikkelend genoeg om je bij de les te houden. Want net als Dylan toont Vautlin aan dat het rockmedium zichwel degelijk tot diepgang leent.

Na ‘The High Country’ speelde Richmond Fontaine, als toegift voor de oudere fans, nog een handvol nummers uit zijn overige platen. Het aanbod varieerde van nerveuze rammelpop (‘1968’, ‘Moving Back Home #2) tot klassieke countryrockers (‘Post to Wire’, ‘Always on the Ride’), maar het sterkst waren het indringende, naar Crazy Horse neigende ‘Northline’ en het belemmende ‘Two Alone’. Een prima concert dus, van een groep die al vijftien jaar lang telkens nieuwe uitdagingen opzoekt. Amper twee weken na The War on Drugs alweer een bewijs dat er in het Amerikaanse ‘heartland’ nog altijd boeiende muziek wordt gemaakt.

Dirk Steenhaut

DE SETLIST: Inventory / The Chainsaw Sea / Let Me Dream Of The High Country / Angus King Tries To Leave the House / The Meeting On The Logging Road / The Eagles Lodge / Radio Medley / Driving Back To The Chainsaw Sea / Lost In The Trees / On A Spree / I Can See A Room / Deciding To Run /The Escape / Leaving // 1968 / Northline / Moving Back Home #2 / Post to Wire / Always on the Ride / Lonnie / Two Alone.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content