Les Ardentes dag 1: Hete kolen, gezapig sfeertje
De eerste dag van deze jubileumeditie van Les Ardentes trok zich traag op gang onder een zachte zon en met een overaanbod aan hiphopbeats op de affiche.
Wachten op Lamar. Het stond al tijdens de namiddag in verschillende variaties te lezen – in het Frans, Nederlands en Engels – op de videoborden die live door het publiek geschreven tweets projecteerden. Kendrick Lamar, de meest gerespecteerde rapper van het moment, is volgens de organisatie het ideale cadeau aan zichzelf en zijn publiek om deze tiende editie van het festival in de bloemetjes te zetten.
Maar voor King Kendrick audiëntie hield werd het publiek opgewarmd door een schare minder grote hiphopnamen uit verschillende windstreken. La Smala, bijvoorbeeld, zes mecs de Bruxelles die in de Luikse voertaal berichten uit de hoofdstad. Une Murmure dans le Vent, heet hun debuutplaat, maar mompelen doen de heren hoegenaamd niet. Hun ratelende, op elkaar inspelende rapstijl doet even denken aan de verbale pingpongspelletjes van de Beastie Boys, maar legt na drie nummers de achillespees van de Franse rap bloot: heel veel woorden, gebracht boven eentonige, weinig originele beats en een gebrek aan catchy hooks. Charisma werden ze jammer genoeg ook niet toebedeelt. Dan maar een streepje Bob Marley’s Could You Be Loved door de boxen knallen, daar doe je jong en oud altijd een plezier mee.
Piepjong, moeten we zeggen. De gemiddelde leeftijd op de eerste rijen schatten we niet hoger dan 15, 16 jaar. Kids die braaf op commando zwaaien of springen. De rattenvanger van Hamelen zet vandaag geen blokfluit maar een draadloze microfoon aan zijn lippen.
Dan maar eens kijken wat August Alsina er van bakt in het overdekte deel van het festivalterrein. Alsina, afkomstig uit New Orleans, behoort tot de nieuwe lichting r&b-zangers. Het hiphopmagazine XXL schreef over zijn debuut Testimony: ’truly a testament to a new era in R&B that shifts safe lyrics to smooth street tales’. Het muziekblad Spin omschrijft hem als ‘a sensitive romantic with a crime-haunted past’.
Kan best zijn, maar daar was op Les Ardentes weinig van te merken. Meneer Alsina liet een half uur op zich wachten, terwijl een kermis-dj bij wijze van opwarming hitjes aan elkaar reeg. House of Pain, Big Sean, Nirvana en platte eurohouse. Wanneer de r&b-adonis zich eindelijk liet zien leek hij meer naast dan op de juiste toonaard te zingen, en zijn drummer meer naast dan op de maat te kloppen. Wij onthouden heel veel kapsones en vier paar welgevormde, trillende vrouwenbillen in kort geknipte hotpants. Next!
De volgende naam op het programma was Flatbush Zombies, een raptrio uit Brooklyn. Hun album Clockwork Indigo werd naar eigen zeggen geïnspireerd door het bekijken van Stanley Kubricks A Clockwork Orange tijdens een LSD-trip. Meechy Darko, Zombie Juice en Erick “Arc” Elliott zien er uit als drie slechteriken uit een Batmanfilm, hun maniakale, trashy hiphopvariant bevatte veel vuur maar weinig afwisseling. Leuk om even naar te kijken – Zombie Juice stuitert over het podium als een kruising tussen de Kerstman en Tupac Shakur – maar zonder LSD misschien toch ietsje te doorsnee.
Weinig animo, intussen, verderop in de zaal, voor Stuff. De Gentse virtuozen stonden wat ongelukkig geprogrammeerd in Luik. Vroeg op de dag, in een veel te grote zaal, voor een publiek dat maar weinig leek te begrijpen van hun eclectische jazzfusion. Technische mankementen smoorden een potentiële vonk in de kiem. Op Couleur Café lukte het wel – you win some, you lose some, volgende keer beter. Op Gent Jazz, bijvoorbeeld, volgende week zaterdag.
Tijd voor Starflam dan, de haast legendarische, herenigde hiphopcrew die in Luik een thuismatch kwam spelen. Een vlagje van de Standard-ultra’s lag netjes over de dj-booth gespreid. Energie en grinta hebben de veteranen nog te over, maar met een publiek dat de jaren negentig grotendeels in de wieg en de kinderbuggy doorbracht hadden de heren de grootste moeite om de Vurige Stede in beweging te krijgen, alle verbale flexibiliteit en aanstekelijke beats ten spijt. Net als op Couleur Café kwam Christa Jérome mee zingen, en met vereende krachten bouwde Starfam naar het eind toe toch een bescheiden feestje. De geur van zweet hing over het Parc Astrid, maar was voornamelijk van het podium afkomstig.
‘Nog twee uur wachten op Kendrick’, lezen we op de videoschermen. Intussen wandelt het jonge volkje gezapig heen en weer, er steeds meer als F1-coureurs uitziend. Petje van Coke of Promixus achterstevoren, zonnebril van Pure FM op de neus, kleeftattoo van Jupiler op de bil of de bovenarm. Waar is de tijd dat de jeugd zich niet zo makkelijk liet brandmerken? Ook voor The House of Bull of in Casa Bacardi vonden we geen antwoord op die vraag.
En waar is de tijd dat rappers simpelweg Ice T of Chuck D. heetten? Struikel gerust over de naam: Rae Srummerd. De twee jonge snaken uit Tupelo, Mississippi, vormden de laatste horde voor wie intussen met de ogen dicht #kendricklamar kon typen op z’n smartphone.
Twee springveren zijn het, die jongens van Rae Srummerd – achterstevoren leest het trouwens vlotter: Ear Drummers. ‘We brought hoes to the party / We fuck bad bitches only / We brought drugs to the party / We just fucked up the party’ – en hup, ambiance!
Drie nummers ver en er duikt er al eentje in bloot bovenlijf het publiek in. ‘Somebody come tip her, she’s dancing like a stripper / Somebody come get her, she’s feeling all the liquor’. Gelukkig voegden de broertjes Khalif ‘Swae Lee’ en Aaquil ‘Slim Jimmy’ Brown de daad niet bij het woord door een deerne uit het publiek te plukken, of ze kregen het met de zedenpolitie aan de stok. Puberaal vertier, maar het ging er in als vlotte koek. Soort zoekt soort, en daar is niks mis mee.
Intussen had het gros van het publiek blaren als rijpe tomaten op hun aangebrande gat. ‘Nog tien minuten wachten op Lamar’, lezen we op de videoschermen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier