Slaapkamerheremiet James Blake zette diverse werelden op zijn kop, en wist daar zowel u als ons danig mee te pakken.
WHAT’S THE FUZZ? Een baardloos, beduusd jongmens dat dames met renommee zoals Joni Mitchell en Feist covert. Uitstékend covert. Laat maar komen, zeggen wij dan. James Blake maakt geen muziek voor de radio maar wordt er wel op gedraaid. Dubstep – de donkere, vochtige kelder van de betere pop vandaag – is zijn ding, jazeker. Maar hij is ook zoveel méér. Hij is een bedaard pointillist, geen impulsieveling die zich van grote vegen bedient – ook al legt hij er zijn subwoofers wel modderdik op. Hij maakt muziek met stilte, zoekt koortsig naar klanken die niet bestaan , en hoeveel doen er vandaag nog die moeite? Te weinig, veel te weinig.
TOCH NIET BETER DE TOOG OPGEZOCHT? Wie niet eerst om het storende geblaat van Anouk op het hoofdpodium heenkon, of om het voortdurende massale getater onder de toekijkenden, of om de donderset die Queens Of The Stone Age in het slotkwartier op datzelfde Main Stage aanstaken, ja, die had de Marquee maar moeten vermijden. Toch prijzen wij ons gelukkig dat we erbij waren. Goed, de setting – drie bleke Britten op een krukje – was die van een jazzclubje op een regenachtige namiddag, en de winkels buiten zijn gesloten. Maar hoor James Blake zijn mond opentrekken en je herkent de frasering van Jackie Wilson, van William Bell, of van eender welke zwetende soulgrootheid die u maar kunt bedenken. Ja, Blake zette diverse werelden op zijn kop. Hij gebruikte stemvervormers waarvan we het bestaan niet kenden. De Stratocastergitaar van zijn medestander klonk bijlange niet zoals de maker ervan het had bedoeld. Stemsamples werden met een droge drumtik opgeroepen. Allemaal bestudeerd, o ja, maar wél van een ziel en bonkend hart voorzien. Het als een zwavelstokje opgloeiende ‘I Never Learnt To Share’, het verstilde (en daarom op een zomerfestival zo vloekende) ‘Lindisfarne’, het in ketels en pannen-techno uitmondende ‘CMYK’: het ráákte een mens.
HET YOUTUBEMOMENT? Die ene tel waarop Blake het openingsakkoord van zijn geroemde Feistcover ‘Limit To Your Love’ uit zijn klavier lichtte, er metéén een hoog bakvissengegil losbarstte, en de gitarist één wenkbrauw optrok zo van ‘daar zul je het weer hebben’. Another day at the office!
(Kurt Blondeel)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier