Het Zesde Metaal Bis
Voor wie het Zesde Metaal gisteren pas ontdekte in De Laatste Show: herbelees hier het interview met Wannes Cappelle uit onze editie van 28 januari 2009.
‘Ploegsteert is een een abolute aanrader’, bezwoer Michiel De Vlieger gisteren over de nieuwe plaat van het Zesde Metaal, na zijn interview met boegbeeld Wannes Capelle in De Laatste Show. Voor wie de band nu pas ontdekt, ga meteen ook op zoek naar hun debuut akkatamets. ‘Een van de meest onderschatte platen van 2008’, schreven we toen, naar aanleiding van de MIA’s. Herbelees hier het interview met Wannes Cappelle uit onze editie van 28 januari 2009.
‘Oet jo mulle! Mulle toe!’ Op een te groot podium in een bunker annex jeugdhuis in het West-Vlaamse Harelbeke schreeuwt zanger Wannes Cappelle (28) zijn frustratie uit. De directe aanleiding is het aangehouden geroezemoes van een drietal Chiroleden, maar er is meer. Met Akkatemets heeft zijn groep Het Zesde Metaal een dijk van een debuutplaat gemaakt, met genoeg potentiële singles om de ether te plezieren. Alleen: de radiomakers pikken ze niet op. Als hij het uptempo nummer Keuning van de jacht aankondigt, vloekt hij: ‘Dit was onze eerste hit. Enfin, toch op de nachtradio.’ Enkele weken later, in de beslotenheid van zijn Antwerpse flat, is hij iets milder gestemd. Tweede single Appartementje is ondertussen wél een succesnummer op Radio 1, dat scheelt.
Aan welke gedachte klamp je je als debutant vast als je eerste single het niet blijkt te doen? Cappelle: Dat er zovéél goede groepen zijn die je niet op de radio hoort. Zonder me met hem te willen vergelijken: hoe vaak was de muziek van Wannes Van de Velde te horen? Hij is wel altijd koppig zijn eigen ding blijven doen, en is daar uiteindelijk ook voor beloond, denk ik dan. Hetzelfde gevoel heb ik met hedendaagse bands, zoals Sukilove: steengoed, miskend, maar geduldig timmerend.
Na de Radio1-sessie met Raymond van het Groenewoud kreeg je wel complimenten van Boudewijn de Groot. Cappelle: Ik had hem een exemplaar van het album cadeau gedaan. Een paar dagen later kreeg ik een mailtje. Hij vond de arrangementen iets te geforceerd en de melodieën te voor de hand liggend, maar de teksten vond hij verrassend straf. ‘Het is geen gezeik’, zei hij. Dat deed deugd.
Je hebt jezelf ook veel druk op de hals gehaald, door vlak voor de opnames de oorspronkelijke groepsleden van Het Zesde Metaal door professionele muzikanten te vervangen. Cappelle: We waren al een paar jaar bezig, hadden wat succes gekend, maar de twijfel liet me niet los: ik speelde met vrienden voor wie muziek een hobby was, terwijl ik er mijn beroep van wilde maken. Ik heb er een jaar over gedaan voor ik hen uiteindelijk – ik geef het toe – voor een voldongen feit heb gesteld. Eens zover, werd ik keihard. Ik schermde mezelf af voor elke emotie, ook al had ik het pijnlijke gevoel dat ik over lijken ging. Het was zoals in de liefde: je ziet elkaar wel graag, maar je weet dat de relatie op lange termijn geen stand zal houden.
Je hebt er een song over geschreven, ‘Gasten’. Daarin hoop je openlijk dat ze het je vergeven. Cappelle: Ik vrees dat het bij de meesten blijft knagen. En daar kan ik alleen maar begrip voor opbrengen.
Jouw muziek valt onder de noemer ‘dialectpop’. Kun je je vinden in die term? Cappelle: Neen. Omdat ze de klemtoon legt op de taal waarin ik zing, en niet op de muziek die ik maak. Kleinkunst klinkt me anders nog erger in de oren. Jan De Wilde vond die term in zijn tijd al een belediging. Alsof zijn muziek geen Grote Kunst kon zijn. Stel je voor dat Bob Dylan in het Nederlands zou zingen. Zou dat dan ook kleinkunst zijn? Het liefst van al zou ik Akkatements onder het label ‘indie’ terugvinden. Alles wat ik goed vind, ligt in dat rek.
Willem Vermandere is sinds jouw jeugd jouw grote held. Heeft hij al latenweten wat hij van ‘Akkatemets’ vindt? Cappelle: Neen. Vorig jaar deelden we wel een affiche tijdens de Gentse Feesten. Ik heb hem toen gevraagd of hij er wat voor voelde om samen een nummer te brengen. Niet, dus. ( Geeft een perfecte imitatie van Vermandere ) ‘Artiesten die in elkanders succes willen delen, ik ben daar niet zo voor. En ’t is met drums, zeg je? Ne muur van lawaai optrekken: ’t is uit onzekerheid dat je dat doet.’ ( Lacht ) Hij staat niet echt open voor andere dingen, vrees ik.
Vermandere is niet bepaald iemand met wie je als tiener wil uitpakken. Cappelle: Of net wel: met een beetje geluk krijg je er een aparte cool door. ( Lacht ) Ik ben altijd een averechtse geweest. Ik heb een jaar ballet gedanst, heb met mijn vader als schapenherder langs de Leie gestruind, godsdienst-wetenschappen gestudeerd… Alleen mijn korte triatloncarrière past niet in het rijtje ( Cappelle verdedigde op zijn 16e samen met huidig professional Bert Jammaer de driekleur op het EK voor junioren; nvdr ). Al viel ik in dat snobistische milieu ook op omdat ik met een roze tweedehandsfiets rondreed. Het had één groot voordeel: na het zwemmen vond ik hem altijd meteen terug.
Slotvraag: je hebt dit album bekostigd door vijf aandelen ter waarde van 2500 euro aan vrienden en familiete verkopen. Hebben ze al winstopgestreken? Cappelle. Neen. In het contractje staat dat ze één jaar na het break-evenpoint eenmalig een percentage uitbetaald krijgen. Zover zijn we nog lang niet. ( Lacht )
Karel DegraeveLink: De Laatste Show 28 februari 2012
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier