Australische sampletovenaars The Avalanches mikken op de sterren met hun derde album
Een mixtape samenstellen voor buitenaardse beschavingen vindt The Avalanches onbegonnen werk – behalve dan dat dat bad-ass debuut van Wu-Tang Clan erop moet staan – maar stichtend lid Robbie Chater ziet wel iets in een eigen astronautencarrière.
Twintig jaar na de release van hun legendarische debuut Since I Left You mikken de Australische sampletovenaars van The Avalanches op de sterren met hun derde album, We Will Always Love You. ‘Die ‘always’ mag je zeer letterlijk nemen’, legt Robbie Chater uit. ‘Een paar jaar geleden las ik in een artikel hoe radio- en geluidsgolven voor altijd in de ruimte blijven rondzweven. Mocht je de planeet aarde van ver bekijken, dan is die omgeven door zingende geesten, een soort dampkring van alle muziek die ooit is uitgezonden. Dat vonden we een mooie gedachte, die mooi aansluit bij het idee dat elke muzikant tot lang na zijn dood voortleeft in zijn muziek en dat je door oude platen te samplen die muziek en dat leven een heel nieuwe wending geeft. Zo zijn we dus bij een album over sterfelijkheid, het hiernamaals en oneindige liefde terechtgekomen – we zijn al wat ouder intussen, en dan denk je dus meer na over zulke dingen. (lacht)‘
Van ver bekeken is de aarde omgeven door een soort dampkring van alle muziek die ooit is uitgezonden. Dat vonden we een mooie gedachte.
Die oneindige liefde zit ook in de keuze voor het beeld op de albumcover: een foto van wetenschapsauteur Ann Druyan. Chater: ‘Ann is de weduwe van Carl Sagan, de wereldberoemde astronoom en kosmoloog. Ze leerden elkaar kennen toen ze samen aan het Voyager Interstellar Message Project van NASA werkten. Daarmee werden in 1977, samen met de sondes Voyager 1 en 2, twee gouden grammofoonplaten de ruimte in geschoten. Op die platen, bedoeld voor eventuele buitenaardse beschavingen, staat allerlei informatie over onze planeet: natuur- en dierengeluiden, begroetingen in verschillende talen, muziekfragmenten van Beethoven, Chuck Berry, Afrikaanse percussionisten, enzovoort. Een mixtape van het leven op aarde, eigenlijk. Ann en Carl werden verliefd op elkaar tijdens het samenstellen van die platen en Carl vroeg haar uiteindelijk ten huwelijk. De dag nadien hebben ze ook de hartslag en een hersenscan van Ann opgenomen en mee op die plaat gezet. En zo zweeft er dus een hartslag en de hersengolven van een verliefde, dolgelukkige vrouw door de kosmos, waarschijnlijk voor eeuwig en altijd. Noem me een ouderwetse romanticus, maar ik vond dat meteen een prachtig verhaal. En toen vonden we die sample van The Roches, een meidentrio uit de seventies, die ‘we will always love you’ zingen (in hun culthit Hammond Song, nvdr.) en was de cirkel rond. Zo ontstaan platen van The Avalanches: een hele hoop losse eindjes die we aan elkaar knopen tot er een thema of verhaal ontstaat.’
Wat losse eindjes aan elkaar knopen en oude platen nieuw leven inblazen, kan The Avalanches stevige adelbrieven voorleggen. Chater schatte destijds dat ze voor Since I Left You zo’n 3500 samples gebruikt hadden. (Andere bronnen hielden het eerder op 900, maar in elk geval waren het er héél veel.) Al dat onoverzichtelijke bronmateriaal mengden ze met disco, soul en allerlei andere vertrouwde klanken, en dat doen ze eigenlijk nog steeds. Wat daar ondertussen bij gekomen is, is het aantal gasten op hun platen. Bijlange niet zoveel als hun samples, maar toch: op We Will Always Love You hoort u bijdragen van onder meer Jamie xx, Mick Jones van The Clash, Neneh Cherry, Kurt Vile, Tricky en ene Sananda Maitreya. Die laatste was eind jaren tachtig, voor hij zijn naam veranderde, wereldberoemd als Terence Trent D’Arby.
Hoe ben je bij hem terechtgekomen?
Robbie Chater: Ik heb hem gewoon ge-e-maild. (lacht) Sindsdien zijn we pennenvrienden en krijg ik de meest prachtige, diepzinnige mails van hem en zijn echtgenote. Mooie mens, hoor, met nog steeds een fenomenale stem. Zo’n persoonlijke connectie hebben we nodig om met iemand te werken. Tricky en Mick Jones zijn oude helden van me, maar als we niet overeen zouden komen, persoonlijk niet op één lijn zouden zitten, dan kunnen we ook niet samenwerken. (grijnst) Hoe leuk het ook is om te mailen of te messagen met zulke legendes.
Door je platencollectie grasduinen en er gastartiesten uit plukken: een luxe, niet?
Robbie Chater: Ik heb enkele jaren geleden bijna mijn hele collectie verkocht of weggegeven. Na de release van ons tweede album Wildflower (2016) ging het niet goed met me. Al sinds mijn tienerjaren worstel ik met alcohol, en in 2017 heb ik voor de zoveelste keer een afkickprogramma gevolgd. Mijn leven hing aan een zijden draadje. Toen ik dat programma succesvol afgerond had, had ik nood aan een nieuwe start, aan zuurstof, en behalve de oude folkplaten van mijn vader heb ik toen mijn hele vinylcollectie van de hand gedaan. Griezelig, maar ook bevrijdend.
In muziek haal je niet de beste resultaten door overdreven je best te doen of heel hard na te denken.
Eind november was het twintig jaar geleden dat jullie debuut Since I Left You uitkwam, een album dat onverwacht uitgroeide tot een hit en een hedendaagse klassieker. Hoe kijk je nu terug op die beginperiode?
Chater: Als een bevreemdend, vaag avontuur van enkele jongens die dankzij muziek uit hun isolement braken. Melbourne is het uiteinde van de planeet, hè, en muziek was onze manier om de wereld te verkennen, om tussen onze oren te ontsnappen. Met al die geflipte tweedehandsplaten die we gebruikten, zochten we de grenzen op, maakten we a far-out thing from a far-out place. Tot we dankzij die muziek ineens ook fysiek de wereld rondreisden. Ik weet nog hoe we een keer in Duitsland landden, recht naar de rode loper van de MTV Europe Music Awards werden gebracht en we plots het podium op moesten omdat de clip bij de titeltrack van Since I Left You in de prijzen was gevallen. Pink presenteerde die award, en backstage vertelde Jay-Z ons dat hij fan van het album was. Behoorlijk overweldigend, zeker voor een verlegen jongen uit de outback.
De liveshows van The Avalanches waren toen een nogal wilde affaire, waar regelmatig blutsen, builen en gebroken botten aan te pas kwamen. Jullie waren de zorgeloze bende die de wereld aan het begin van het nieuwe millennium nodig had.
Chater: Inderdaad. En het was een geweldige manier om op te groeien en de wereld te leren kennen. Maar dat feestje kon uiteraard niet blijven duren. Toen het tijd werd om aan een tweede plaat te beginnen dachten we: ‘Oké, die eerste ging makkelijk. Als we goed ons best doen kan die tweede alleen maar tien keer béter worden.’ Het heeft uiteindelijk zestien jaar geduurd tot die opvolger, Wildflower, er kwam. Te veel je best doen kan dus ook. (lacht) Dat was de grote creatieve les van die tweede plaat: in muziek haal je niet de beste resultaten door overdreven je best te doen of heel hard na te denken. Het moet van elders komen, van een andere, speciale plek.
De kosmos?
Chater: Ik ben natuurlijk geneigd ‘ja’ te antwoorden, maar een soort collectief onderbewustzijn moet volstaan. (grinnikt)
Als jij vandaag een gouden Voyager-plaat mocht samenstellen, welke muziek zou er dan zeker op moeten?
Chater: Oh my god, doe me dat niet aan! Ik zou járen zoet zijn met het samenstellen van de perfecte mixtape. Anderzijds… Weet je, misschien moet Enter the Wu-Tang (36 Chambers) er in zijn geheel op. Stel je voor, een alien uit een ver sterrenstelsel die voor het eerst de Wu-Tang Clan hoort. Die denkt wel twee keer na voor hij de aarde gaat koloniseren. (lacht)
Stel dat NASA ooit besluit een groep muzikanten en dj’s de ruimte in te knallen, zou je dan zelf het heelal willen verkennen?
Chater:Zonder enige twijfel. Ik meen het. Daar moet ik slechts één seconde over nadenken. Zelfs als het een enkele reis zou zijn en het zou betekenen dat ik nooit meer naar de aarde kan terugkeren, zou ik met veel plezier aan zo’n oneindige expeditie deelnemen. Forever lost in space: what a way to go, man.
We Will Always Love You
Uit bij Modular/Universal.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
The Avalanches
Ontstaat eind jaren negentig in Melbourne uit de as van punkband Alarm 115.
Brengt in 2000 debuut Since I Left You uit, samengesteld uit schier ontelbare samples.
Wacht vervolgens zestien jaar om een opvolger uit te brengen: Wildflower.
Wordt dankzij hun psychedelische samplepuzzels vaak vergeleken met DJ Shadow, en de Beastie Boys ten tijde van Paul’s Boutique (1989).
Bestaat tegenwoordig uit Robbie Chater (l.) en Tony Di Blasi (r.), met Andy Szekeres als officieus derde lid.
Werkt op zijn nieuwe album We Will Always Love You samen met onder meer Jamie xx, Clash-gitarist Mick Jones, Leon Bridges, Blood Orange, Kurt Vile, MGMT, Tricky, Neneh Cherry, Terence Trent D’Arby en Rivers Cuomo van Weezer.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier