Vincent Voeten, comedian én politie-inspecteur: ‘Ik voelde me het laatste jaar meer Gestapo dan flik’

Kristof Dalle Journalist

Let een beetje op wanneer precies u Vincent Voeten, de donkerste van het hele stand-uppersgild, beledigt. Want wat ’s avonds gewoon een heckle is, heet overdag helaas smaad. ‘Politiezone Noorderkempen is voor mij wat de Colruyt voor Philippe Geubels was.’

‘”Topmoppen, Vincent”, zei Erik Van Looy. “Maar zo donker. We kunnen die echt niet gebruiken op tv.” Als ik tegenwoordig grappen voor De slimste mens schrijf, houd ik mezelf dus wat in. Ik probeer het als een schrijfoefening te zien. En niet als commerciële hoererij.’

Allitererende naam. De juiste training. Duister kantje. Een dubbelleven. Het is dat het Vincent Voeten aan een tragisch wordingsverhaal ontbreekt of hij had een aardige superheld kunnen zijn. Voorlopig vrijwaart hij als politie-inspecteur dan maar zone Noorderkempen van geboefte, rapaille en geteisem, terwijl hij ’s avonds op het podium grappen uit de schaduwrijkere hoeken van zijn brein peutert. Programmatoren die volk willen lokken, noemen hem ‘absurd’. Programmatoren die eerlijk zijn, noemen hem ‘donker en een beetje verknipt’.

‘Wacht, ik heb capsules gekocht. Maar ik moet even uitzoeken hoe dat allemaal werkt.’

Vincent Voeten is een man van vele talenten. Koffiezetten is er geen van.

‘Sorry, maar ik drink zelf geen koffie. Of alcohol. En ik rook niet. En heb nog nooit drugs aangeraakt.’

‘Controlefreak?’

Ik ben geen zieke geest, hè. Maar het is zéér leuk om vanaf het podium mensen te laten lachen met onderwerpen die echt niet grappig zijn.

‘Controlefreak. En het lijkt me ook wat lullig om nu nog met drank en drugs te beginnen, nee?’

Sinds hij zich in 2016 meer uit nieuwsgierigheid dan brandende ambitie aan zijn eerste open mic waagde, loopt het aardig met de comedycarrière van Voeten. Een jaar later mocht hij in Utrecht zelfs meteen de Comedy Talent Award in ontvangst nemen. Sindsdien heeft hij onder meer met Michael Van Peel & The Young Ones getourd, het voorprogramma van Jens Dendoncker verzorgd en schrijft hij bijwijlen safe for tv-grappen voor De slimste mens en Philippe Geubels. Vanaf september gaat hij ook de hort op als vast voorprogramma van Alex Agnew. De twee hebben er net een paar try-outs in comedycafé De Joker op zitten. ‘Goede match. Alex en ik brengen iets helemaal anders, maar zijn publiek kan ook wel wat rauwere grappen verdragen. Bovendien kan ik nog wel het een en ander leren van zo’n vakman. Ik had net een nieuwe grap geschreven: “Als er een meisje aangifte komt doen van verkrachting, zal ik altijd aan een vrouwelijke collega vragen om het verhoor te doen. Vrouwen zijn daar simpelweg beter in als wij. Plus, ik verhoor ook niet graag met een stijve.” Die mop verdeelt elke zaal. Alex merkte dat ook en zei me: “Dan is het de kunst om nog harder te gaan.” En dat werkt inderdaad.’

Agnew lijkt op het eerste gezicht inderdaad een betere match dan een gezellige en zelden chargerende Jens Dendoncker.

Vincent Voeten: Nochtans was Jens de eerste die altijd vroeg om mijn grofste materiaal te brengen. Maar dat kreeg ik niet altijd over mijn hart. Want als ik de sfeer torpedeerde, mocht hij alles achteraf weer rechttrekken. (denkt na) ‘Vandaag een dodelijk ongeval moeten vaststellen. Slachtoffer was een kind. En alsof dat nog niet kut genoeg was, was het ook nog eens het kind van een collega. Ik heb dus tegen mijn eigen collega moeten vertellen dat zijn dochtertje was overleden. En dat was, zonder twijfel, het lastigste sms’je uit mijn carrière.’ In comedycafés, voor een geoefend publiek, levert die altijd een lach op. Maar in andere zalen heb ik toch al vrij veel spelden horen vallen. Vroeger was ik arroganter en dacht ik: allemaal mondje open en gewoon slikken. Maar ik mis dat echt destructieve gen dat Jeroen Leenders en Gunter Lamoot bijvoorbeeld wel hebben. Die kunnen er echt van genieten als een show helemaal in het honderd loopt.

Soe Nsuki, Jeroen Verdick, Jade Mintjens, Peter Hens: er loopt een vrij jolige lijn doorheen alle Kempische comedians. Met jouw dead-baby jokes ben jij de anomalie van de streek.

Voeten: De Kempen zijn nu eenmaal zeer volks en gezellig. En is Vlaamse comedy in het algemeen gewoon ook niet vrij vrolijk? Ik weet dat ik de niche ben. In de VS kun je ook leven van die niche, hier is dat minder evident. Ik denk daar vaak over na: als ik na vijf minuten van mijn eerste zaalshow al merk dat niemand op dode kleuters zit te wachten, dan wordt het wel een heel lang uur. En ik heb echt geen schuif met vrolijke toogmoppen om open te trekken. Verhalen vertellen kan ik ook al niet. Secuur uitgewerkte grappen zijn alles wat ik heb.

Je wordt regelmatig vergeleken met de Amerikaanse stand-upper Anthony Jeselnik: donker, compromisloos, ingenieus misleidend en balancerend op alle randjes tegelijk. Kun je je daarin vinden?

Voeten: Jeselnik is behoorlijk geniaal. Ik heb elke show van hem bekeken en woord per woord uitgeschreven.

Vincent Voeten, comedian én politie-inspecteur: 'Ik voelde me het laatste jaar meer Gestapo dan flik'
© Cheyenne Dekeyser

Waarom?

Voeten: Om die mop per mop te analyseren. Hoe bouwt hij ze op? Welke verwachting probeert hij te scheppen? Hoe formuleert hij zijn punchline? ( droog) Dat gaat allemaal redelijk ver, ja.

Je bent niet de enige. Dendoncker houdt schriftjes bij met lettercodes en beoordelingen van élke show die hij ooit heeft gegeven.

Voeten: Jens werkt zeer analytisch, maar ik ben waarschijnlijk nog neurotischer. Zo weet ik zelfs van elke mop hoeveel lettergrepen die telt. Want je moet de juiste cadans bewaken in een show, om het verrassend te houden. Een goede mop heeft honderd lettergrepen of minder. Dan is de ruis er meestal uit. Maar als je dat te strikt volgt, verval je in een drammerig ritme. (glimlacht) Dat vind ik zo leuk aan comedy.

Het huiswerk?

Voeten: De punten en de komma’s. Comedy heeft echt weinig romantisch voor mij. Ben ik jaloers op collega’s die met drie trefwoorden een uur kunnen improviseren? Uiteraard. Maar dat talent heb ik niet. Ik moet het hebben van mijn huiswerk. Zonder al te veel pluimen in mijn eigen gat te willen steken, maar een geslaagde grap schrijven is echt niet evident. Negentig procent van de wereld zal nooit een straffe mop schrijven.

In de regel ligt je podiumpersonage best zo dicht mogelijk bij jezelf. Ik neem aan – enfin: hoop – dat dat voor jou niet opgaat?

Voeten:Misschien moet ik het even benadrukken, maar ik ben geen zieke geest, hè. Ook als agent probeer ik altijd rustig, voornaam en behulpzaam te zijn. Maar het is zéér leuk om op het podium de dark side volledig te omarmen en mensen te laten lachen met onderwerpen die echt niet grappig zijn. De spanning in de zaal wanneer je mensen bijna dwingt om met een bijna ziekelijke mop te lachen, is heerlijk.

Leg je jezelf enige grenzen op?

Voeten: Het zou raar en zeer discriminerend zijn om over bepaalde groepen géén grappen te maken. ‘Maar je mag vandaag toch geen moppen meer maken over zwarten?’ Ah nee? Ik denk van wel. De grap moet wel echt top zijn, want de lat ligt tien keer hoger vandaag, maar ik denk dat ik er nog wel over raak. Op het vlak van comedy zie ik politieke correctheid meer als een uitdaging dan als een probleem.

Naar verluidt moet jij nog maar een ruimte betreden of iedereen wordt meteen rustig.

Voeten: Is dat zo?

Of meteen angstig, volgens een andere bron. Michael Van Peel noemde je de Samuel L. Jackson van de comedy. Welke van die twee is het nu?

Voeten: Comedians zijn vaak vrij extravert onder elkaar – Thomas Smith is de vijftig voorbij, maar heeft de energie van een zesjarig kind – terwijl ik blijkbaar ‘akelig kalm’ ben. Politiecollega’s zeggen: ‘Als je Vincent ooit toch kwaad krijgt, ga dan vooral aan de kant want dan trekt hij zijn wapen.’ Ik ben echt nog nooit in mijn leven kwaad geworden. Nooit. Ben ik een zenuwlijder die ook nog eens vatbaar is voor podiumstress? Zeker. Maar je ziet dat nooit aan mij. Ik kolk gewoon van binnen. (denkt na) En ik kijk gewoon nooit echt vrolijk uit mijn ogen. Van nature ben ik ook eerder een doemdenker. Ik ga er niet onder gebukt, maar het glas is altijd halfleeg, het leven is zo voorbij en niks doet er echt toe. Comedy helpt me gelukkig om dat allemaal wat te relativeren. Dat, en mijn job. Die heeft me op een veilige manier inkijk gegeven in de doffe ellende in de wereld. En er is niks zo ontnuchterend als dagelijks ramptoerist te moeten spelen. Je kunt niet anders dan appreciëren wat je zelf hebt.

Mijn job is soms In de gloria, maar dan echt. Telkens als ik daarover postte op sociale media, kreeg mijn korpschef telefoon. Gelukkig steunt hij mij in mijn comedydroom.

Jade Mintjens bedacht zich dat terwijl andere comedians backstage met haar de draak staken jij je afzijdig houdt of haar zelfs verdedigde. Het woord moraalridder is gevallen.

Voeten:(wegwerpgebaar) Jade kan gerust zichzelf verdedigen. Maar het is niet omdat ik op het podium iedereen erdoor haal dat ik er zelfs maar aan denk om dat in het echte leven ook te doen. Ik schiet al in een kramp als ik nog maar dénk dat ik een vrouw een vervelend gevoel geef. Ik was het type dat vroeger op fuiven met zijn handen in de lucht door de massa stapte, zodat ik zeker niet per ongeluk aan iemands kont zou zitten. ( droog) Dat heeft er ook wel voor gezorgd dat ik jaren niet gemuild heb op fuiven.

***

‘Opr vermoedt dat zijn vriendin vreemdgaat.

Vraagt pol ter plaatse om vaginaal staal af te nemen voor DNA.

Delen opr mee dat dit geen pol taak is.

Opr antwoordt dat we zijn zak mogen opblazen en dat wij allemaal onze job gaan verliezen. Einde citaat.’

‘Mijn job is soms In de gloria, maar dan echt’, zegt Voeten. ‘Na tien jaar moet je al heel hard je best doen om mij nog te verbazen.’ Tot vorig jaar deelde hij die In de gloria-momenten op tijd en stond via social media, maar tegenwoordig blijft het stil. ‘Gedoe mee gekregen’, grinnikt hij. ‘Ik koos nochtans voor oude oproepen en anonimiseerde alles. Maar sinds ik wat meer volgers heb, sta ik op de radar van bepaalde controleorganen. En niet omdat ze fan zijn van mij. (lacht) Dus telkens ik zo’n post schreef, kreeg mijn korpschef telefoon. Die steunt mij gelukkig in mijn comedydroom en zag er soms nog wel de humor van in, maar het bespaart hem een hoop papierwerk nu ik ze niet meer post.’

Had je meteen door dat je je job in je set moest verwerken? Aan aspirerende dertigers vandaag geen gebrek in de stand-upscene, dus het wil al eens helpen als je jezelf kunt vermarkten als ‘duistere flik’.

Voeten: Het heeft even geduurd voor ik het inzag, maar zone Noorderkempen is voor mij wat de Colruyt voor Philippe Geubels was. Iedereen vindt dat ook grappig, omdat ik constant uit die flikkenrol val, en dingen zeg waar ik in uniform meteen voor ontslagen zou worden.

Wil je beide jobs blijven combineren? Al was het maar om die goudmijn aan materiaal niet op te geven.

Voeten: Misschien. Ik ben al vrij snel vier vijfde gaan werken zodat ik elke vrijdag kon spelen. Vorig jaar zou dat halftijds worden, om me te concentreren op die uiteindelijk geannuleerde tour met Jens. Corona heeft wat gerommeld met mijn timing, maar je moet ook niet te snel met een eigen show komen. Ik wil dat die eerste een classic wordt, geen samenraapsel van alles wat ik in mijn beginjaren schreef. Bovendien zit ik soms een week op één heel goede grap te zwoegen. Dat is 15 seconden op het podium. Zo duurt het wel even voor je voldoende materiaal bijeen harkt. Zeker als je het zoals ik zonder ruis of overkoepelende verhaallijn doet. Dat hoeft ook niet. Stand-up is porno voor de lachspieren: niemand zit echt te wachten op een verhaal. En het moet ook allemaal niet te lang duren.

Was een comedycarrière altijd al de grote droom?

Voeten: Ik heb lang gedacht dat mijn professionele toekomst in videogames ontwikkelen lag. Ik had mezelf leren 3D-modelleren en dat lukte zeer aardig. Maar het idee dat ik om te groeien waarschijnlijk naar het buitenland moest trekken, schrok me af.

Na een geslaagde speech – of beter: een setje – op een trouwfeest heb ik me bij Fokke van der Meulen en Bas Birker ingeschreven voor een paar open mics en een workshop. Maar het podium was nooit een doel an sich, eerder de plek waar ik mijn nieuwe moppen kon testen. Ik liep het afgelopen jaar dan ook minder de muren op dan andere comedians. Vooral omdat ik ook nog bij de politie aan de slag was.

Vincent Voeten, comedian én politie-inspecteur: 'Ik voelde me het laatste jaar meer Gestapo dan flik'
© Cheyenne Dekeyser

Hoe heb jij het laatste anderhalf jaar ervaren in de job die je wél nog mocht uitvoeren?

Voeten: Controleren aan de grenzen, toezien op nieuwe en steeds veranderende regeltjes, lockdownfeesten oprollen… Plezant is anders. Ik voelde Gestapo dan flik. 2020 was echt het eerste jaar dat ik soms tegen mijn zin ben gaan werken.

Niemand wordt vrolijk van boetes uitschrijven aan wie nog even de hond uitliet na de avondklok, neem ik aan?

Voeten: Wat ik ook niet deed. Je moet handelen naar de geest van de wet, geen mensen pesten. Ik hou ook niet van collega’s die zich in elke situatie onwrikbaar tonen. Zo ‘verlies’ je alle sympathie, een boete per keer, en plots zijn we allemaal ‘kloteflikken’. Fouten maken is des mensen en ik probeer altijd te snappen waar iets vandaan komt. Zelfs bij een geval van partnergeweld. Een narcistische eikel met een drankprobleem die zijn vrouw al jaren terroriseert? Geen medelijden mee. Maar ik herinner me bijvoorbeeld een Roemeen die hier kwam wonen met zijn vriendinnetje. Zij was liever lui dan moe, hij had meerdere jobs tegelijk om rond te komen. Tot hij op een avond vroeger thuiskwam, haar in bed met zijn beste vriend aantrof en hij beiden een paar petsen verkocht. Ik keur dat ook niet goed, en de wet is de wet, maar je kunt zo iemand wel anders benaderen als je ter plekke komt.

In politieprogramma’s als Niveau 4 druipt de moedeloosheid meestal van het scherm wanneer agenten bijvoorbeeld voor de tigste keer opgeroepen worden voor huiselijk geweld bij hetzelfde gezin. Hoe cynisch ben jij ondertussen geworden?

Voeten:(knikt) Politiewerk kan je echt verzuurd maken. Misschien is dat zelfs de grootste valkuil van deze job. Ik heb er ook even last van gehad. Je droomt van een comedycarrière, maar in plaats daarvan sta je voor de twintigste keer te bemiddelen tussen een man en een vrouw die elkaar al tien jaar de duvel aandoen maar waar nooit iets verandert. Zoiets vreet aan je. Ik had een oudere collega die zich in zo’n situatie gewoon omdraaide en in de combi ging zitten. ‘Los jij het maar op.’ En ik snapte hem. Maar als je dat niet meer kunt opbrengen, moet je zo snel mogelijk naar een andere dienst overschakelen.

De Noorderkempen zijn Minneapolis niet, maar sinds de BLM-woede hier vorig jaar ook oplaaide, lijkt niet iedereen dat onderscheid nog te maken.

Voeten:(wegwerpgebaar) Wij worden wekelijks voor racisten versleten, maar in onze zone zie ik het toch niet, hoor. Vooroordelen zijn echter onvermijdelijk in deze job. Omdat die nu eenmaal zeer vaak bevestigd worden. Als wij ’s nachts in onze zone een Volkswagen Golf met Nederlandse nummerplaat zien rijden met vier jonge Noord-Afrikaanse jongens erin, dan durf ik er ondertussen gif op in te nemen dat er vier op de vijf keer iets niet in de haak is. Dat is rottig voor die vijfde die we ook aan de kant zetten en ik heb begrip voor zijn frustratie, maar onze job is inbrekers en dealers van straat te plukken. Je kunt niet elke wagen tegenhouden, dus wij gaan af op eerdere ervaringen en statistieken.

Is dat ook geen geval van de kip of het ei?

Voeten: Een selffulfilling prophecy, bedoel je?

Simpel voorbeeld: als je morgen structureel roodharige chauffeurs controleert, is de kans groot dat het aantal roodharigen in de criminaliteitsstatistieken op termijn stijgt. Wat je nog meer redenen geeft om roodharigen van de baan te halen, want de statistieken legitimeren dat.

Voeten: Dat klopt. Het is ook een capaciteitsprobleem, natuurlijk: wij kunnen niet iedereen controleren. En zelfs mocht dat wel kunnen: wil jij in zo’n politiestaat leven? Dus maken we onvolmaakte keuzes. Controleren we meer mannen dan vrouwen? Ja. Om de simpele reden dat ik in mijn carrière nog nooit een vrouwelijke inbreker op heterdaad betrapt heb. Of een bejaarde. (droog) Als ik morgen een drugskoerier nodig heb, schakel ik mijn bomma in. Ik duw haar in een mooi BMW’tje – netjes verzekerd en met een Belgische nummerplaat – en stuur haar richting Nederland. ‘Hop bomma, aan 90 per uur rustig naar Nederland.’ Grootmoeders zijn de perfecte drugsezels.

Stand-up is porno voor de lachspieren: niemand zit echt te wachten op een verhaal. En het moet ook allemaal niet te lang duren.

Alles ligt vandaag zo gevoelig, terwijl ik gewoon verwoord wat ik dagelijks zie. Net zoals ik zie dat het vooral jonge mannen zijn die als roekeloze gekken rijden, zie ik bijvoorbeeld ook dat onze werklast en de melding van winkeldiefstallen omhoog gaat als een Roma-groep een woonwagenkamp bij ons in de buurt inpalmt. Net zoals ik grotendeels exotische namen zie in onze drie gevangenissen. Trek ik daar conclusies uit? Daarvoor heb ik niet lang genoeg gestudeerd. Volgens mij heeft dat ook weinig te maken met huidskleur of religie, wel met zaken als milieu en kansarmoede. Maar dat onderwerp gewoon even aanraken zorgt al voor een kramp. Stom toch? We zijn allemaal zeer lafjes geworden. Neem nu ook de vaccinatie van agenten…

Voor QVax op punt stond keek men onder meer naar de politie als er vaccinrestjes waren.

Voeten: Dus kwam er een mailtje van bovenaf met de vraag om ‘discreet om te gaan’ met onze vaccinatie. Terwijl je het publiek ook kunt proberen uit te leggen dat agenten dagelijks met een hoop andere mensen in contact komen, mensen die vaak over hun toeren zijn en geen rekening houden met afstand of mondmaskers. Maar men kiest vandaag liever voor de sluiproutes, om zeker niemand te schofferen. Jammer. (denkt na) Iedereen doet het, hoor. Julie Van den Steen dacht onlangs ook door het stof te moeten omdat ze in een interview haar grootvader niet categoriek had veroordeeld (opa Gerard Soete was betrokken in de afwikkeling van de moord op Patrice Lumbumba, nvdr.). Ik dacht: ‘Kind, kruip toch zo niet. Zeg gewoon: “Over wat hij had uitgevreten werd thuis niet gepraat, en het valt uiteraard niet goed te keuren, maar ik heb hem enkel ervaren als een lieve grootvader.”‘ Klaar. Stop nu toch eens allemaal met krampachtig het midden te houden, uit angst voor wat iemand online er anders van kan vinden.

Jij zit natuurlijk nog in een comfortabele, relatief onbekende positie. Als men eenmaal jouw naam clickbaitwaardig gaat vinden – ‘Vincent Voeten: “Altijd gedoe met Roma en roodharigen!”‘ – wordt het midden houden best verleidelijk. Of op zijn minst rustig.

Voeten:(grinnikt) Ik heb echt schrik dat ik ga inbinden als ik plots geld ruik. ‘Allez Vincent, kak intrekken, voor die Porsche.’ Hopelijk ben ik mans genoeg om vriendelijk te bedanken wanneer iemand me bepaalde kansen biedt, maar wel vraagt om alles af te zwakken. Lastig wel. Je wilt graag je eigen koers varen, maar je wilt ook niet eindigen als de luidste roeper in de woestijn. Zonder publiek, maar wel met lekker veel principes. Ik hoop dat men het van mij blijft pikken. Gewoon omdat ik altijd consequent grof ben gebleven.

Styling: Fiona Rombaut.

Vincent Voeten

Naam Vincent Voeten.

Geboren in 1987 in Turnhout.

Doet zijn ding als stand-upper en politie-inspecteur zone Noorderkempen.

Bekend van zijn overwinning in de Comedy Talent Award, het voorprogramma van Jens Dendoncker, Alex Agnew en Michael Van Peel & The Young Ones.

Bref

Vincent Voeten in 17 korte antwoorden.

Welke poster hing er prominent op jouw puberkamer?

Die van Arnold Schwarzenegger als The Terminator.

Wat is jouw meest onhebbelijke eigenschap?

De afwasmachine reorganiseren nadat mijn vriendin ze heeft ingeladen.

Wat wilde je worden als kind?

Gevechtspiloot. Nog steeds eigenlijk.

Wat is jouw vroegste herinnering?

Ik die Zorro speel met Sloeber – onze Deense dog – als paard van dienst.

Wanneer heb je voor het laatst gehuild?

In 1991, de scène waarin de Terminator zich in het vloeibare staal laat zakken.

Wat is het beste advies dat jouw ouders je ooit hebben gegeven?

Wees lief voor dieren.

Welke levensles wil je zelf doorgeven aan de volgende generatie?

Zoek een job die je leuk vindt, waar je voldoening uit haalt, en die je talenten benut.

Hoe kom je tot rust?

Door te lezen. Kranten, tijdschriften, fictie, non-fictie… Alles behalve Knack, eigenlijk.

Wiens job zou je weleens voor één dag willen overnemen?

Die van een F16-piloot. Welke F16-piloot dat dan juist is, speelt niet zo’n rol.

Welk nieuws maakte je onlangs nog kwaad of triest?

Dat zijn emoties die nieuws zelden bij mij losmaakt. Al vond ik het wel jammer toen ik hoorde dat ik Michael Jackson nooit meer live te zien zou krijgen.

Van welke gewoonte wil je zo snel mogelijk af?

Nagelbijten.

Welke leerkracht blijft je nog altijd bij?

Mevrouw Meeuwsen, mijn vroegere leerkracht biologie. Zij kwam de klas binnen, zei welke hoofdstukken we moesten lezen en legde vervolgens haar hoofd neer op haar bureau voor de resterende vijftig minuten. Ik ben geen psycholoog maar volgens mij spoorde mevrouw Meeuwsen niet helemaal.

Op wie ben je, al dan niet gezond, jaloers?

Op Ryan Gosling, telkens wanneer hij bij het passeren Blake Lively een tik op haar billen geeft.

Wat is jouw dierbaarste bezit?

Ik heb weinig met materiële zaken maar mijn hifi-installatie is me wel dierbaar. Lang van gedroomd, lang voor gespaard.

En wat is het domste dat je ooit gekocht hebt?

Een sapcentrifuge.

Met welk obscuur weetje pak je graag uit?

De tekening die Leonardo DiCaprio in Titanic van Kate Winslet maakt, werd in feite getekend door James Cameron, de regisseur.

Waar zie je jezelf over tien jaar?

Doe maar op een podium.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content