SKaGeN toont ons ongemakkelijk geweten in ‘Vloed’

© David Van Mieghem
Els Van Steenberghe
Els Van Steenberghe Els Van Steenberghe is theaterrecensent.

Paul Verrept schreef een tekst over een idyllisch huis aan zee. SKaGeN vertimmerde de tekst tot een monoloog voor Clara van den Broek. De solo is een intense trip doorheen het hart en het geweten van een vrouw.

The Play = Vloed

Gezelschap = SKaGeN

In een zin = Verstild teksttheater – dat naar het einde toe zich wat verliest in scènebeelden die te veelzeggend willen zijn – over hoe de actualiteit een wig kan drijven tussen twee geliefden.

Hoogtepunt = Het moment net na het ontdekken van dat ene lichaampje op het strand. De stem en de mimiek van Clara van den Broek imploderen, haar lichaam ontspant.

Quote =

‘Zoals je een sok in een sok draait, om ze op te bergen in een lade,

zo kantelt de nacht, draait weg, keert diep in zichzelf, weerspiegelt de wereld.

Buiten is het warm nu, en binnen valt de regen.

Wie hoog klom, zinkt weg in de diepte.

Wie zweefde, waadt nu moeizaam door modderig water.

Wie veel had, kent nu schaarste.

Wie honger had, is voldaan nu, gaat slapen.

Onze boot zinkt’

Meer info: www.skagen.be

In een zee van omgevallen zwarte, neplederen brasseriestoelen en houten cafétafeltjes zit een vrouw op een stoel. Ze draagt een crèmekleurige wikkeljurk, haar haren zijn in een dotje samengebonden. Haar handen liggen in haar schoot, haar benen zijn zedig gekruist. Ze vertelt over haar haat/liefde-verhouding met de Noordzee. En vooral haar tegenstrijdige gevoelens bij wat (en wie) er op het strand aanspoelt, vlak voor het witte huis waar ze met haar geliefde woont.

Paul Verrept schreef een ranke tekst die vertrekt vanuit een beeld dat de meesten onder ons nooit meer van hun netvlies geboend krijgen: een knulletje in een rood T-shirtje en blauw broekje dat dood op een strand ligt. Pas uitgespuwd door de zee. Hij was een van de kinderen die de oversteek naar Europa niet overleefden. In de plaats van nog maar eens de pen in alle ellende te dopen waar de migranten mee te kampen hebben, doopt Verrept zijn pen in de ongemakkelijkheid en de gewetensproblemen waarmee wij, de mensen in Europa, kampen.

Verrept laat de aangespoelde lijven langzaam een wig drijven tusssen de twee bewoners van het witte huis aan zee. De eens zo ideale, stille, tedere liefde buigt, barst en breekt. Dat vertelt van den Broek niet, ze toont het vooral met een frons, een intonatie, een beweging terwijl ze vertelt over de handelingen die uit dat buigen, barsten en breken ontstaan.

‘Dus, we krijgen eens geen moraalles?’, horen we u denken. Nu eens niet, neen. Of toch niet expliciet. SKaGeN kiest resoluut voor het tonen van het barstende geweten en de daardoor barstende liefde. Je voelt mee. Je herkent de wil om iets te betekenen voor de aangespoelde mensen maar ook het onvermogen (of de onwil) om dat daadwerkelijk te doen.

SKaGeN maakt dit verstild portret in een geëxplodeerd taverne-interieur. Waarom een taverne-interieur? Omdat onze samenleving heel lang een soort tavernecultuur was: we aten, dronken, babbelden, amuseerden ons. Nu wordt die tavernementaliteit bedreigd. Mensen vluchten hun land uit en ons land in en dat zorgt voor onrust in de taverne. Dat zou je in het scènebeeld kunnen lezen. Maar evengoed is het decor het resultaat van een hoogoplopende ruzie tussen de ex-geliefden.

Van den Broek zit onder een strakke, rechthoekige en goudkleurige luster waar af en toe videobeelden op worden geprojecteerd. Schaduwen haast. Met haar stem stuurt van den Broek de schaduwen in je hoofd. Schaduwen die verdacht lijken op je ex-geliefde, op dat ene jongetje op het strand, op die ene man in beschermkledij die een dood kind in een lijkzak stopt. Naar het einde toe verliezen de makers zich in scènebeelden die te veelzeggend willen zijn. Dan barst de intimiteit van het stuk.

Vloed mijmert over hoe we omgaan met de vloed aan emoties, mensen en beelden in dit Europa, zonder wereld verbeterend te willen zijn. Paul Verrept zocht en vond woorden die zwanger zijn van knusheid en passie maar ook wankelen van machteloosheid. Zijn tekst draagt Vloed en laat van den Broek in alle initimiteit en soberheid excelleren .

Els Van Steenberghe

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content