Dertien leeuwinnen, één bodybuilder en oneindig veel levenslust, dat biedt ‘Het Hamiltoncomplex’

theatervoorstelling 'Het Hamiltoncomplex', een productie van HETPALEIS en Sontag. Regie Lies Pauwels. Dertien meisjes van dertien en een bodybuilder. over overgangen. © Fred Debrock
Els Van Steenberghe
Els Van Steenberghe Els Van Steenberghe is theaterrecensent.

HETPALEIS opent het nieuwe theaterseizoen weelderig met Het Hamiltoncomplex, een héél genereuze collagevoorstelling van Lies Pauwels met dertien meisjes in de hoofdrol van hun leven: die van ontluikende vrouw.

The Play =HETPALEIS en Sontag

Gezelschap = Het Hamiltoncomplex

In een zin = Het Hamiltoncomplex is een frivool ingekleed en iets te vol pleidooi van dertien dertienjarige dames. Een pleidooi voor het recht meisje te mogen zijn, dromen te mogen koesteren én in een toekomst te mogen geloven waarin die dromen werkelijkheid kunnen worden. Er wordt getierd, gefluisterd, gezongen, gecommandeerd, gesmeekt, gevloekt en gefaket. Huilen doet het publiek wel…

Hoogtepunt = Ineens is de scène leeg. Op dat ene meisje na. Ze ruimt de rode pumps op die de andere meisjes achterlieten en lonkt naar de bodybuilder-in-maatpak. Hij wandelt tot bij haar, helpt haar recht en nodigt haar uit ten dans. En dan… Misschien niet alleen het hoogtepunt van de voorstelling maar van het hele seizoen.

Quote = ‘Zijn er pedofielen in de zaal?’

Meer info: www.hetpaleis.be

‘O neen, niet weer’, klinkt het met een zucht én een grijns die voorpret verraadt. Een van de dertien meisjes staat op de scène naast de bodybuilder-in-maatpak. Ze zucht én grijnst terwijl de man haar elegant bij de handen vasthoudt. Dan strekt hij zijn linkerbeen en laat haar sierlijk op het been glijden om haar vervolgens weer omhoog te trekken en boven zijn hoofd te tillen. Zijn gezicht is vertrokken van ontroering. Zij glundert. Het publiek zou graag mee glunderen maar vecht vooral collectief tegen de tranen. Waarom, in godsnaam?

Misschien omdat zij anders is dan een doorsneemeisje – geboren met een lijf en hoofd die afwijken van de norm – en omdat we beseffen dat in onze op dekselse perfectie kickende samenleving zulk een intieme wals met een leeuw van een man voor haar amper is weggelegd? De scène is het hart van Lies Pauwels’ bonte Het Hamiltoncomplex en toont in alle eenvoud de complexiteit van ‘een dertienjarige dame zijn’: je droomt over de toekomst, je beleeft dromen, je laat anderen dromen maar er ontstaan ook scheurtjes in sommige kinderdromen en je beseft dat er nog ontzettend veel werk is aan de wereld om er een droomplek van te maken. Én je ontdekt naast het schatje ook de leeuwin in jezelf. De komende jaren wordt het zoeken naar een evenwicht tussen die twee.

Die zoektocht voltrekt zich bij Pauwels in een geweldig barok decor. Een vloer met een motiefje dat herinnert aan tegelvloeren uit de jaren vijftig, enkele (ionische) zuilen, een romantisch landschapsschilderij – haast weggeplukt uit het oeuvre van Auguste Renoir – als achtergrond en een levensgrote, plastic eenhoorn die door de meisjes wordt geknuffeld en bereden. Zijden gordijnen in wijnkleuren zijn de coulissen. En een regenboog van kleurige, glinsterende slingers en knuffelbeertjes maakt dit utopische meisjesparadijs af. In dat warme decor tasten de meisjes – dan eens uitgedost in kanten sprookjesjurkjes en snoepkleurige pruiken, dan als maagden met bloemenkronen, als Roodkapjes, verpleegsters of als vamps – de grenzen van zichzelf af. De bodybuilder is hun beschermheer én hun respectvolle danspartner. Hij ziet in hen al de vrouwen die ze zullen worden maar kijkt haast nederig weg wanneer hij die vrouw in een flits herkent. Zo toont Pauwels prachtig de begeerte (én de beschaamdheid voor die begeerte) die mannen al eens voelen wanneer ze naar ‘verse meisjes’ kijken.

Een soundtrack vol pop-, musical-, film- en operanummers die het hart doen trillen, stuwt de meisjes – die namen als ‘Gift’, ‘Lovely’ en ‘Queen’ dragen – van oogstrelend tafereel naar nog schoner tafereel. Al dansend, al keffend, al loerend, al gillend maar evengoed al betogend. Want naast pracht en praal bulkt de voorstelling ook van het engagement. Pauwels laat de fdan eens ilosofische, dan amoureuze liedteksten projecteren op twee televisieschermen in de zaal én laat een van de jongedames een imposante monoloog afsteken – die eerder uit horten en stoten en kreten dan uit zinnen bestaat – waarin zowel levenslust als doodsangst weerklinkt. En een van de grappigste scènes is meteen een van de gruwelijkste want een verwijzing naar kindhuwelijken. De humor komt trouwens niet altijd even geslaagd uit de verf tijdens dit overdonderend (over)volle stuk (even vol als een puberhart, misschien?). Die volheid is helemaal Pauwels, al flirt ze hier met het gevaar een kakofonie van standpunten tegen van alles en nog wat te formuleren. Zonder meer. En de volheid lijkt de groep wat te verstijven. De jongedames staan nog iets te behoedzaam en te ‘cool’ – zoals Hollywooddiva’s en topmodellen het hen voortonen – op de scène. Premièrestress? Of puberstress?

Gelukkig is er die ene andere. Goddank koos Pauwels niet enkel voor ranke deernen maar ook voor dat andere meisje. Al is het teleurstellend dat zij soms letterlijk bij de decorstukken wordt geplaatst of zelfs in de coulissen blijft. Metaforisch voor hoe onze samenleving met zulke mensen omgaat, dat wel. Dit meisje kan niet cool zijn, zij kan enkel zichzelf zijn. Zonder schroom. Voor de meesten onder ons is dat een levensopdracht die begint van zodra je dertien wordt en roze ineens niet meer jouw lievelingskleur mag zijn, kinderarbeid wél nog blijkt te bestaan (net als oorlogen, verdomme) en je stiekem droomt van je eerste slow met een leeuw van een man.

Smaakmaker:

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Els Van Steenberghe

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content