‘Dans le pays d’hiver’ van Silvia Costa: mysterieus en een beetje kil

Dans le pays d'hiver van Silvia Costa, met Laura Dondoli, My Prim en Silvia Costa © Simon Gosselin
Lotte Philipsen
Lotte Philipsen Journalist KnackWeekend.be

Silvia Costa, de rechterhand van Romeo Castellucci, doet met ‘Dans le pays d’hiver’ voor het eerst ons land aan met een eigen voorstelling. Daarvoor neemt ze haar kijker mee naar de Griekse godenwereld voor enkele grote levensvragen. Prachtig qua enscenering, maar ook afstandelijk.

De Italiaanse Silvia Costa is een allround artistiek talent. Ze is regisseur, actrice, schrijfster en scenografe. Sinds 2006 werkt Costa samen met Romeo Castellucci als artistieke rechterhand en performer. Tijdens het Love at first Sight festival toont de theatermaakster voor het eerst eigen werk in België.

De inspiratiebron voor ‘Dans le pays d’hiver’ is het boek ‘Gesprekken met Leuco’ (1949) van Cesare Pavese. Het is niet zijn bekendste werk, maar Costa stelt dat het in zijn eigen ogen waarschijnlijk erg belangrijk was, aangezien het gevonden werd in de hotelkamer waarin hij zelfmoord pleegde. In dit boek laat Pavese figuren uit de Griekse mythologie in dialoog gaan over de grote levensvragen rond ons lot als mens op aarde, de dood, de geboorte, de noodzaak van pijn en de dierlijkheid in de mens.

Voor Costa is poëzie een antigif voor de snelle communicatie die onze levens beheerst. Het eerste beeld dat ze ons voorschotelt maakt meteen duidelijk dat haar voorstelling een ander ritme introduceert. Een puntige wijzer van een klok beweegt vervaarlijk snel boven het podium, tot een goddelijke hand de wijzer grijpt en er een speer van maakt. De tijd wordt stilgezet en we treden een andere, fabelachtige wereld binnen.

Taal, object, geluid en beweging staan in de voorstelling naast elkaar, maar omdat we de taal niet verstaan vertoont de samenhang barsten

De wereld op het podium wordt bevolkt door drie bovenaardse creaturen, goden vanop de berg Olympus. Zij beelden de verhalen van Pavese uit in poëtische woorden, bewegingen, rituelen en symbolen. Symmetrisch en gracieus bewegen de godinnen zich voort terwijl ze filosoferen over de levens van de mensen daar beneden.

Lost in Translation

Hoewel het ritme traag is, valt het toch niet mee om alle beladen beelden te vatten. Naast verwijzingen die achtergrondkennis vereisen, spreken de actrices ook louter Italiaans. Een prachtige taal, die mooi aansluit bij het thema, maar voor Belgen meestal niet vlot te verstaan. De boventitels bieden soelaas, maar zorgen er ook voor dat de toeschouwer een groot deel van de actie op het podium mist. Het is bovendien niet de soort tekst waar je zinnen van kunt overslaan. Taal, object, geluid en beweging staan in de voorstelling in principe naast elkaar, maar omdat we de taal niet verstaan vertoont de samenhang barsten. Of het komt doordat we lost in translation zijn of door de statische beelden: het winterland van Silva – hoe mooi en mysterieus ook – blijft een kille, afstandelijke wereld.

We geraken verdwaald als toeschouwers tussen de mythen van weleer en de nijpende realiteit waarin we ons nu bevinden

Wanneer er grote vragen worden gesteld over leven en dood, over geboren worden en sterven, ga je als kijker automatisch op zoek naar een link met onze maatschappij vandaag. De symboliek van de brandende heuvels en overstromingen die mensen de dood in sleuren is daarom moeilijk los te koppelen van de huidige klimaatcrisis. Die trekt de kijker terug de realiteit in, terwijl op het podium het poëtische, cultische spel verdergaat. Ook zo geraken we verdwaald als toeschouwers: tussen de mythen van weleer en de nijpende realiteit waar we ons nu in bevinden.

De momenten dat beeld, taal en geluid erin slagen om de focus volledig vast te houden, is het wel mogelijk om je als kijker te verplaatsen in de regels en wetten van het winterland. Zullen we allemaal samen een cursus Italiaans volgen tegen de volgende voorstelling van Costa? Wie weet geven we ons dan zonder tegenstribbelen over aan haar poëzie.

Love at First Sight

Deze voorstelling werd vertoond tijdens de vierde editie van het festival Love at First Sight. Verspreid over Antwerpen tonen (jonge) makers er wat ze in hun mars hebben. Het festival, waar het werk van jonge podiumkunstenaars centraal staat, wordt georganiseerd door een tijdelijke alliantie van Arenberg, De Singel, Zuidpool, Toneelhuis, De Studio, Kultuurfactorij Monty, d e t h e a t e r m a k e r, Troubleyn/Jan Fabre, Kavka en Rataplan.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content