S.M.A.K. verwerft slaapkamer Daniel Buren

Precies 25 jaar na Chambres d’Amis verwerft het S.M.A.K. het kunstwerk dat Daniel Buren er tentoon stelde.

De publieke wederhelft van de private kamer die de Franse kunstenaar Daniel Buren een kwarteeuw geleden voor Chambres d’Amis maakte, is definitief verworven voor het S.M.A.K., en wordt er trots geëxposeerd.

Precies 25 jaar geleden sloot Chambres d’Amis de deuren, een internationale stadsexpo met kunst in de woningen van 50 Gentenaars, naar een concept van Jan Hoet en het toenmalige Museum van Hedendaagse Kunst, nu S.M.A.K. Een gedenkwaardige verjaardag, en hij komt niet alleen.

De Vlaamse Gemeenschap en de Stad Gent betalen nu immers elk de helft van een niet bekendgemaakte som voor de fel besproken bijdrage van de Franse kunstenaar Daniel Buren. Het gaat om de ‘publieke’ kamer die hij toen inrichtte, een exacte kopie van de ‘private’ die hij tezelfdertijd installeerde bij de verzamelaar Anton Herbert.

Kritiek op concept

Een beetje geschiedenis. Daniel Buren (1938) voert al 50 jaar interventies uit op specifieke plekken (‘in situ’). Daarbij maakt hij steevast gebruik van wat hij zijn ‘visuele werktuig’ noemt: streepmotieven, afwisselend witte en gekleurde, met een vaste breedte van 8,7 centimeter. Dat is de standaardmaat voor de stof waarmee hij werkt, luifeldoek. De Fransman, gekozen voor Chambres d’Amis, was het niet eens met het grondprincipe van die expo: hij bekritiseerde Hoets optie om kunstenaars werk te laten maken en tonen bij particulieren.

Kunstwerken krijgen pas betekenis via het museum, vond Buren. Bovendien ging het particuliere karakter van Chambres d’Amis sowieso verloren: de gastenkamers stonden immers onder het toezicht van suppoosten, en de massale belangstelling (‘voyeurs’, dixit Buren) zou de bewoners uit hun huizen jagen. Hij anticipeerde op de dubbelzinnige situatie met een dubbele interventie.

Gelukkig lot

De kunstenaar kende de vermaarde verzamelaar Anton Herbert. In diens woning behing hij de diagonaal doorgesneden helft van een gastenkamer met wit-paars gestreept papier, zodat die in tweeën werd verdeeld. In de tapijtenzaal van het Museum voor Schone Kunsten realiseerde hij een identieke reconstructie van de gastenkamer, met de andere helft van de strepen. Zo werden de twee halve werken verenigd tot één: ‘Le Décor et son Double’, een machtig en listig werk, beheerd door een private (Herbert) en een publieke eigenaar (Hoet).

Toen die twee het met elkaar aan de stok kregen, gingen de poppen aan het dansen. De museumhelft van de kamer ging verloren, tot Anton Herbert er in 2000 de rechten van kocht. Maar intussen heeft Philippe Van Cauteren, Hoets opvolger in het S.M.A.K., de goede relatie met de verzamelaar hersteld.

Hij vond hem, met het akkoord van Buren, bereid om het publieke part opnieuw aan het museum te verkopen. Het S.M.A.K. heeft ook de toestemming om ‘Le Décor et son Double’ waar dan ook op te stellen. Om te beginnen, en met de nodige trots, een jaar lang in eigen huis. Een gelukkig lot voor een tijdloos, mooi en complex meesterwerk.

Luk Lambrecht

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content