
In beeld: twintig prikkelende expotips van Knack
Laten we wel wezen, wie Ensor in Orsay niet heeft gezien, die had tijdens dit jubeljaar net iets te weinig reden om te feesten. De expo van Herwig Todts (een samenwerking van het KMSKA, ING België, de Vlaamse Kunstcollectie en BOZAR) en Hareng Saur (MSK Gent in samenwerking met SMAK) kunnen dat rechttrekken. In Hareng Saur gaat men op zoek naar Ensors actuele waarde en zijn plaats ten opzichte van hedendaagse kunstenaars. In Ensor ontmaskerd probeert men in het hoofd van de man te kijken. Waarom koos hij voor maskers?
Anselm Kiefer (1945) is één van knapste levende kunstenaars in Europa. Makkelijk is zijn werk nooit. Het KMSKA en het MuHKA brengen een overzicht van zijn hermetisch oeuvre. In een leeg KMSKA – men sluit voor de verbouwingswerken – toont men zijn kunst vanaf het jaar 1980. Afwachten.
Till-Holger Borchert (conservator van het Groeningemuseum) maakt geen evidente tentoonstellingen. Kijken we naar De eeuw van Van Eyck, Memling en het portret of Karel de Stoute, dan zien we stuk voor stuk expo’s van internationale klasse. In Van Eyck tot Dürer willen hij en zijn medecurator Antje-Fee Köllermann de tour de force van De eeuw van Van Eyck herhalen. Men wil uitleggen hoe de Primitieven het oosten beïnvloed hebben en daarbij een voor het grote publiek onbekende kunstwereld toegankelijk maken. Stof genoeg om wel vijf expo’s mee te vullen en misschien wel dé najaarstentoonstelling.
Jan Gossaert (1478-1532) is de scharnierende figuur tussen Jan van Eyck en Peter Paul Rubens. Gossaert was één van de weinigen die aan het begin van de zestiende eeuw Van Eyck op technisch vlak konden evenaren. Daarenboven geldt hij als één van de belangrijkste vernieuwers. Nieuwe thema’s uit de Italiaanse renaissance introduceerde hij bij ons. Zijn eigenzinnige adaptaties van de mythologie en de delicate psychologie van moeder en kind maken van hem een belangrijk figuur, maar eentje die niet de bekendheid geniet die hem toekomt. Het Metropolitan restaureerde Portret van een man uit het KMSKA. Nu blijkt de maker geen navolger, maar Gossaert zelf te zijn. Als campagnebeeld mag het portret straks het New Yorkse straatbeeld opfleuren. Dit wordt naar alle waarschijnlijkheid een expo om van te snoepen.
Amateurkiekjes vormen de kern van deze biënnale. Nieuwsgierig hoe deze familiefoto’s in confrontatie met werken van Belgische en internationale fotografen op onze manier van kijken inwerken.
Samen met het FotoMuseum Antwerpen en dat van Charleroi weeft Bozar een tapijt met het werk van Belgische fotografen van 1980 tot nu. Geen historisch overzicht, maar een geëngageerde interpretatie van thema’s en onderwerpen.
Een monument in de hedendaagse fotografie. De Canadees is niet meer weg te denken uit de recente fotogeschiedenis. Deze expositie wordt interessant, omdat zijn oeuvre in dialoog gaat met andere hedendaagse kunstenaars, fotografen en cineasten.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier