De nieuwe ‘stunt’ van Schauvliege

Diep in de toverhoed tasten en extra miljoenen bovenhalen, dat blijkt hét talent van een Vlaamse cultuurminister. Na Bert Anciaux (SP.A), die de truc uithaalde tijdens de subsidieronde van 2009, toont ook Schauvliege haar goochelkunsten. Indrukwekkend én onrustwekkend…Een analyse.

Na alle heisa over het publiceren van de cultuursubsidie-adviezen (een daad van half-transparant bestuur) keurde de Vlaamse Regering op vrijdag 22 juni 2012 het voorstel goed van Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur Joke Schauvliege (CD&V) voor de meerjarige subsidiëring van organisaties die binnen het Kunstendecreet een subsidieaanvraag indienden voor de periode 2013-2016. Dat voorstel is vooral een financiële stunt die zonder de heisa niet mogelijk was geweest.

SLUWE STUNT

Schauvliege speelde het spel slim. Ze verklaarde van meet af aan te zullen snoeien om de versnippering van de kunstensector tegen te gaan en ze benadrukte dat er geen budgetverhoging kwam. Sinds haar aantreden in juli 2009 groef ze zich discreet in de kunstensector in én bereidde ze haar stunt voor. Op 1 juni 2012 tijdens het derde Cultuurforum – haar jaarlijkse afspraak met de kunstensector – was het zover: de minister publiceerde de zorgvuldig afgewogen en (meestal) degelijk onderbouwde adviezen van haar beoordelingscommissies. Nooit gezien! Niet alleen de kunstensector stond in rep en roer. Ook de media kookte duchtig mee. En dat was wellicht net wat Schauvliege beoogde. Het publiceren van de adviezen torpedeerde de cultuursubsidies in de actualiteit en wakkerde het maatschappelijk debat over de waarde van cultuur aan. Opzet geslaagd. Alle politieke kopstukken haastten zich om hun visie op kunst(beleid) te ventileren. De hitte van het debat (en het gebel van cultuurhuizen naar bevriende politici) joeg de (financiële) waarde van cultuur in het Vlaamse halfrond de hoogte in.

VREEMDE REDDINGSOPERATIES

Het resultaat is puik: de Vlaamse regering voorziet 104 miljoen Euro waarvan 94,5 miljoen Euro voor de structurele subsidies (dat is 7,5 miljoen Euro meer dan Schauvliege aanvankelijk beloofde) en 9,7 miljoen Euro voor de projectsubsidies (een verhoging die een betere verhouding tussen structurele organisaties en kortlopende initiatieven wil verbeteren, de vernieuwing moet stimuleren en individuele kunstenaars kansen wil bieden). Dit bevestigt dat Schauvliege gelooft in en strijdt voor haar sector. Met deze krachttoer onderstreept de Vlaamse regering daarenboven dat investeren in cultuur een noodzaak is in economisch barre tijden. Want investeren in de kunsten betekent investeren in broodnodige creativiteit. Schauvliege licht toe: ‘Door consequent en transparant te handelen wil de Vlaamse Regering een betrouwbare partner zijn voor wie gelooft in kunst en creativiteit. Doordat we meer middelen vrijmaken krijgt cultuur het perspectief dat het verdient.’

Minder puik is de manier waarop Schauvliege de structurele middelen spendeert (de projectmiddelen worden in het voorjaar van 2013 verdeeld). Ze ‘redt’ de vijftien organisaties die positief geadviseerd werden maar te laag op de prioriteitenlijst stonden om subsidie te ontvangen. Daartoe behoren onder meer het Internationaal Filmfestival (700 000 €), KRAAK (130 000 €), Stichting Logos (140 000 €), Martha!Tentatief (260 000 €) en Het Gevolg (320 000 €). Daarnaast – dit is het minst fraaie en minst transparante luik van de stuntoperatie – vist Schauvliege verschillende organisaties op die een negatief artistiek en/of zakelijk advies kregen. Dat geldt onder meer voor vzw Ku(n)st (150 000 €), Gent Jazz Festival (300 000 €), Zomeropera Alden Biesen (100 000 €), Werkplaats Rataplan (400 000 €), Dranouter Folk (60 000 €), Theatergezelschap De Queeste (275 000 €), Theater Luxemburg (250 000 €), Theater aan de Stroom (300 000 €) en Krokusfestival Hasselt (100 000 €). Bij het opvissen van die negatief geadviseerde organisaties hield de minister, naar eigen zeggen, vooral rekening ‘met de diversiteit en de spreiding van het aanbod (kwetsbare disciplines, publieksbereik) en de maatschappelijke inbedding van de organisatie (werken op participatie, doelgroepen, laagdrempeligheid)’. Dat politieke druk geen geringe rol speelde, staat intussen buiten kijf.

Pas op 29 juni 2012, wanneer de Vlaamse regering het besluit definitief finaliseert, worden de ministeriële motivaties voor het volgen of afwijken van de adviezen bekendgemaakt. Dat elke (drog)reden als motivatie kan dienen, blijkt onder meer uit Schauvlieges verklaring dat het Mechelse Figurentheater De Maan alsnog opgevist werd omdat anders ‘het enige figurentheater van Vlaanderen dreigde te verdwijnen.’ Dat is onzin. De Maan is allerminst het enige professionele figurentheater in Vlaanderen. Meer zelfs, met FroeFroe en De Spiegel honoreerde de minister zelfs twee andere figurentheaters. De minister voegde er nog aan toe dat Figurentheater De Maan het enige, resterende Vlaamse figurentheater ‘pur sang’ is en, samen met Het Firmament (het Vlaams en in Mechelen gelegen expertisecenturm voor erfgoed van figurentheater) een boeiende interactie tussen erfgoed en creatie kan genereren.

VERSTIKKENDE VERSNIPPERING

256 organisaties krijgen een meerjarige, structurele toekenning. Bij 229 organisaties gaat het om een verlenging (wat niet noodzakelijk een verhoging betekent) van hun meerjarige subsidie. 27 organisaties zijn nieuw. 43 organisaties krijgen geen verlenging meer. Kortom: de instroom van vers bloed is bedroevend laag en de uitstroom is pover. Schauvliege doet het qua uitstroom beter dan Anciaux in 2009. Toch honoreert en bestendigt ook deze subsidieronde de versnippering. De koek wordt nog steeds in te kleine stukjes verdeeld. Te veel gevestigde spelers krijgen elk te weinig middelen om kwaliteitsvol werk te creëren en dit werk aan zoveel mogelijk mensen te tonen.

De minister stelt dat er ‘de komende maanden zal werk worden gemaakt van een evaluatie van het Kunstendecreet.’ Door de evaluatie pas nadien uit te voeren – Schauvliege hanteerde deze timing om, naar eigen zeggen, niet te veel onrust te creëren net voor een nieuwe subsidieronde -, maakt de minister deze subsidieronde echter tot een gemiste kans die de versnippering in de hand werkt. De ballonnetjes die ze in het begin van haar beleidsperiode opliet over (bijvoorbeeld) een alternatieve financiering en een herziening van het adviseringsysteem hadden die verstikkende versnippering daadwerkelijk tegen kunnen gaan. Het rijke doch overvolle ‘kunstenbos’ is alweer niet gesnoeid maar bemest. En te onregelmatig gewied door een boswachter met veel bewondering voor de kunsten maar nog te weinig durf om vanuit haar visie snoeiharde en inhoudelijk doortimmerde beslissingen te nemen.

Besluit: Schauvliege heeft prachtig bewezen dat ze de nodige budgetten voor haar sector uit de brand weet te slepen. Hopelijk leidt een grondige evaluatie van het Kunstendecreet ertoe dat de minister deze budgetten in de toekomst nog doordachter zal inzetten.

Els Van Steenberghe

Een overzicht per sector: (U vindt het volledige overzicht hier.)

Architectuur/vormgeving: totaalbudget stijgt van 560 000 € (in 2009) naar 602 000 € met belangrijkste nieuwkomer: Designregio Kortrijk (86 000 €). De grootste subsidiesom gaat naar Architecture Workroom Brussels vzw (130 000 €).

Audiovisuele kunst: totaalbudget stijgt van 2 239 000 € (in 2009) naar 2 522 500 € met belangrijkste nieuwkomer: Overtoon (110 000 €). De grootste subsidiesom gaat naar Open Doek vzw (330 000 €).

Beeldende kunst: totaalbudget stijgt van 4 715 000 € (in 2009) naar 5 094 000 € met belangrijkste nieuwkomer: O.C.A.M. vzw (85 000 €). De grootse subsidiesom gaat naar WIELS (808 000 €).

Dans: totaalbudget stijgt van 6 755 000 € (in 2009) naar 6 916 000 € met belangrijkste nieuwkomer: Action Scènique (250 000 €). De grootste subsidiesom gaat naar Rosas (1 605 000 €). Opvallend: Les Ballets C de la B ontvangen minder subsidie dan in 2009 maar het geadviseerde subsidiebedrag werd door de minister wél verhoogd van 530 000 € naar 870 000 €.

Kunsteducatie: totaalbudget stijgt van 3 225 000 € (in 2009) naar 3 282 000 €. Opvallend: geen nieuwkomers. De grootste subsidiesom gaat naar Jeugd en Muziek Vlaanderen vzw (856 000 €).

Multidisciplinair: totaalbudget stijgt van 19 975 000 € (in 2009) naar 20 004 000 € met belangrijkste nieuwkomer: Workspace Brussels (315 000 €). De grootste subsidiesom gaat naar Kunstencentrum Vooruit (2 215 000 €). Opvallende verliezer is het Wereldculturencentrum Zuiderpershuis.

Muziek: totaalbudget daalt van 20 622 000 € (in 2009) naar 19 487 000 € met belangrijkste nieuwkomer: Kolonie vzw (92 000 €). De grootste subsidiesom gaat naar het Concertgebouw Brugge vzw (2 750 000 €). Opvallende verliezer is het orkest La Petite Bande.

Muziektheater: totaalbudget daalt van 6 535 000 € (in 2009) naar 4 410 000 € met belangrijkste nieuwkomer: Kolonie MT vzw (170 000 €). De grootste subsidiesom gaat naar Muziektheater Transparant en naar LOD (beide: 1 087 000 €). Opvallend: De grote daling van het muziektheaterbudget is te wijten aan het schrappen van Musical van Vlaanderen (dat in 2009 nog 2 450 000 € ontving).

Publicaties: totaalbudget daalt van 505 000 € (in 2009) naar 468 000 € met belangrijkste nieuwkomer: Staalkaart (50 000 €). De grootse subsidiesom gaat naar theatertijdschrift Etcetera (95 000 €). Opvallende verliezer is Kunsttijdschrift Vlaanderen.

Sociaal-artistieke werking: totaalbudget daalt van 2 855 000 € (in 2009) naar 2 788 000 € met belangrijkste nieuwkomer: Kopspel vzw (190 000 €). De grootste subsidiesom gaat naar Bij de Vieze Gasten (462 000 €).

Steunpunten: totaalbudget daalt van 3 185 000 € (in 2009) naar 2 730 000 €. Geen nieuwkomers. De grootste subsidiesom gaat naar Muziekcentrum Vlaanderen en Vlaams Theater Instituut (beide: 823 000 €). Opvallend: alle steunpunten leveren subsidie in.

Theater: totaalbudget daalt van 26 825 000 € (in 2009) naar 26 225 000 €. Opvallend: geen nieuwkomers. De grootste subsidiesom gaat naar het Toneelhuis (3 000 000 €).

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content