Wat leest ECI Literatuurprijswinnaar Koen Peeters zélf?
Creatief Vlaanderen maakt de balans op van de afgelopen maanden. Op een dag wint men, zoals Koen Peeters voor zijn roman De mensengenezer, de ECI Literatuurprijs en is men weg, natuurlijk.
Koen Peeters: Sinds januari werk ik niet langer in een bank en wijd ik me volledig aan de letteren. Het werd tijd om dingen die ik al lang wilde doen steviger vast te pakken. Tegenwoordig ben ik met schilder Koen Broucke in Oostende een project aan het opzetten waarbij we op zoek gaan naar sporen van vergeten of bekende kunstenaars uit Oostende: James Ensor, Marvin Gaye maar ook Gaston Duribreux, een hotelier-schrijver die niemand kent. Dat moet leiden tot een tentoonstelling en een roman. Pratend met andere kunstenaars die meewandelen, roepen we verloren tijden op. Heel proustiaans!
Pratend met andere kunstenaars die meewandelen, roepen we verloren tijden op. Heel proustiaans!
Als je de letteren aanhaalt, bedoel je vast niet alleen schrijven maar ook lezen.
Koen Peeters: Ik heb bijzonder genoten van De vrouw met het rode haar van rasverteller Orhan Pamuk. Hij is misschien niet de grootste stilist, maar de manier waarop hij thema’s uitzet en ontwikkelt of een spanningsboog creëert, ontlokt mij een jalousie de métier. In copywriting zeggen ze dan: steal the best, forget the rest. (lacht)
Biets je ook al eens wat uit andere disciplines?
Peeters: Beeldende kunst interesseert me heel sterk. Een kleine expo was die van mijn vriend Koen Broucke in Turnhout, die verlengd is tot eind februari. Koen zoekt naar reconstructies van het verleden, zoals een veldslag die daar op de Tielenheide heeft plaatsgevonden. Eind zestiende eeuw zijn er tweeduizend Spaanse soldaten afgeslacht. Vandaag staan er van die banale weekendhuisjes tussen de dennenbomen. Hij maakt dus schilderijtjes van iets wat niet meer te zien is. Het gaat over het geheugen dat gekoppeld is aan een plaats. Ons Oostende-project is daarmee verwant: op onderzoekende wijze in de poëzie van een plek stappen.
Naar verluidt was je vroeger een stripfreak.
Peeters: Ik had er zo’n zevenhonderd, maar tegenwoordig verzamel ik niet meer. Wel heb ik Abadaringi van Jeroen Janssen gekocht, die eerder al een boek had gemaakt over Doel. Dat zijn absoluut geen klassieke strips, veeleer reportages waarbij hij ter plekke gaat, met mensen praat, hun gesprekken noteert én hen ook tekent. Abadaringi is het verhaal van een kunstschool in Rwanda, meer bepaald Nyundo, waar hij les heeft gegeven vlak voor de genocide in 1994. Twintig jaar later keerde hij er terug, met die graphic novel als resultaat. Heel bijzonder, als een journalist die tekent.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier