
Peter Terrin maakte zelf foto’s bij zijn nieuwe roman: ‘Elke reden is goed om mensen naar de boekhandel te lokken’
‘Een existentiële detective zoals Paul Auster.’ Zo beschrijft Peter Terrin zijn nieuwe roman Nog Lang Geen Winter, waarin hij oude personages een nieuw leven geeft. Dat is niet zonder risico: ‘Wil je wel in een parallelle werkelijkheid leven? Is het gras altijd groener aan de overkant?’
‘Een vergissing in de bank in uw voordeel, u ontvangt een fortuin…’ Kunstfotograaf Simon lijkt wel in een levensecht monopoliespel beland: op zijn rekening is plots een duizelingwekkend bedrag verschenen, hij krijgt de nullen amper geteld. Geld als manna uit de hemel – iedereen zou een gat in de lucht springen, maar Simon reageert gelaten. Op het moment van het bancaire wonder zit hij in een luchthaven met de as van zijn ex-vrouw Carla op zijn schoot. Samen met zijn dochter Romy wil hij zijn voormalige geliefde uitstrooien voor de Italiaanse kust.
Terug thuis blijft het bedrag hem aanstaren. Via een chatsessie komt hij in contact met een louche figuur die beweert dat Simon vastzit op een ‘alternatieve belevingsvakantie’. Blijkbaar kan je zo op bezoek gaan in een parallelle versie van je eigen leven, alsof je op een ingrijpende beslissing kan terugkomen. Simon is een van de eerste klanten, maar de reis, die drie weken duurt, staat helaas nog niet helemaal op punt. Hij is gestrand, het geld komt van een verzekeringsmaatschappij. Vraag is: kan Simon ooit terug naar zijn oude leven? Maar vooral: waarom wilde hij in dit leven, dat bepaald niet gelukkig is, op bezoek?
In zijn intrigerende nieuwe roman begeeft de bekroonde schrijver Peter Terrin zich op het terrein van de speculatieve fictie. Dat genre is aan een opmars bezig: met het tijdreisboek Hier kom ik nog op terug won Rob van Essen vorig jaar de Libris Literatuurprijs en Esther Gerritsen mocht, ook in 2024, voor haar scifiroman Gebied 19 de Boekenbon Literatuurprijs in ontvangst nemen. Je zal het maar meemaken dat je thematiek gekaapt wordt door collega’s, maar Terrin is rustig gebleven: ‘Natuurlijk heb ik met een bang hart Van Essen en Gerritsen gelezen, maar na de laatste pagina’s was ik gerustgesteld: Nog lang geen winter is een totaal ander boek, meer een existentiële detective zoals Paul Auster die weleens uit zijn mouw schudde.’
Je kan het ook zo zien: grote auteurs voelen de tijdgeest onafhankelijk van elkaar aan.
Peter Terrin: Het was ook niet de eerste keer dat ik me liet inspireren door sciencefiction: De bewaker, mijn grimmige roman uit 2009, speelt zich ook af in een nabije toekomst. Het is een verleidelijk genre dat je verbeelding prikkelt en de diepe levensvragen op scherp zet. Wat als je een kijkje kon gaan nemen in een van de levens die je niet hebt geleid? Misschien ben ik op een leeftijd gekomen waarop je je afvraagt of het allemaal anders had kunnen lopen. Naarmate je ouder wordt, vernauwt je levenspad. De ruimte voor plotse avonturen is kleiner. Dan hoor je in je hoofd weleens de vraag: wie had ik ook kunnen zijn?
Heb je een antwoord op die vraag gevonden?
Terrin: Ik ben met mijn studie gestopt om schrijver te worden. Dat was een moeilijke, maar levensnoodzakelijke beslissing: de schrijfdwang viel niet te negeren. Stel dat ik was blijven studeren, was ik dan bioloog of wiskundige geworden, zoals ik ooit voor ogen had? Ik had er ongetwijfeld een carrière uit kunnen puren. Anderzijds blijft dat een hypothetische gedachte. De echte vraag, die Simon zich ook moet stellen, is: wil je het echt weten? Is het gras aan de overkant echt zo groen?
Simon en Carla doen wel een belletje rinkelen. Trouwe lezers zullen die personages herkennen uit Al het blauw. Was je nog niet klaar met hen?
Terrin: Het gedachte-experiment – reizen naar een parallel leven en daar vast komen te zitten – kwam eerst. Daarna ging ik op zoek naar geschikte personages, bijna zoals je een auditie organiseert. Simon en Carla bleken geknipt voor de rollen. Ze zijn ook publiekslievelingen, veel lezers kwamen me tijdens signeersessies vragen wat er nu van hen geworden is. Wel, een van de mogelijke pistes is dat ze de ouders geworden zijn van Romy, een kind met een beperking. En dat hun liefde helaas niet is blijven duren, of beter, dat hun relatie te complex is geworden.
Nog lang geen winter is ook een ontroerend verhaal over de soms moeilijke maar mooie verhouding tussen vader en dochter.
Terrin: Veel hedendaagse romans gaan over de ontwrichte relatie tussen kind en ouders. Ik wilde laten zien dat het omgekeerde ook bestaat: een vader die onvoorwaardelijk van zijn dochter houdt, ook al is die affectie niet wederzijds. Romy heeft het gevoel dat Simon een concurrent is voor haar liefde voor Carla. Er schuilt ook veel woede in die jonge vrouw: leven met een beperking kan zeer frustrerend zijn. Het is geen geheim dat ik zelf een dochter heb met een beperking en ook al is zij opengebloeid tot een wondermooie vrouw, toch hebben we moeilijke jaren achter de rug. Zo’n noodlottig verdict wekt veel kwaadheid op en zeker in de puberteit kan het dan kletteren. En ja, mijn dochter weet dat ze een inspiratiebron was voor Romy, maar daar heeft ze geen probleem mee – mijn boeken zijn persoonlijk maar nooit autobiografisch. Het is trouwens haar verkrampte hand die op de cover van het boek staat.
Een foto die jij gemaakt hebt, want net als Simon ben je ook kunstfotograaf. Is dat misschien jouw parallelle leven?
Terrin: Zijn beelden zijn in scène gezet, hij bouwt beelden na die hij in zijn dromen ziet. Het is geen toeval dat Rinus Van de Velde een kleine cameo krijgt in mijn roman: Simon is fan van zijn georkestreerde, gelaagde werk. Mijn eigen fotografie is niet geënsceneerd, ik vínd mijn beelden, ze worden me door de wereld in de schoot geworpen. Die kunstvorm trekt me al mijn hele leven aan en tien jaar geleden heb ik een camera gekocht. Naar aanleiding van Nog lang geen winter heb ik trouwens een reeks van vijftien beelden gemaakt die de thematiek van de roman weerspiegelen, een boektrailer in foto’s. Boekhandels kunnen telkens één originele print opvragen. Zo krijg je een vertakte tentoonstelling. Wie dat wil, kan op bedevaart langs al die winkels in Vlaanderen en Nederland. Elke reden is goed om mensen naar de boekhandel te lokken.
Nog lang geen winter
Uit bij De Bezige Bij. Lees hier onze recensie.
Peter Terrin
Geboren in 1968 in Tielt.
Debuteert in 1998 met de verhalenbundel De code.
Wint de EU Literatuurprijs voor De bewaker (2010), de AKO Literatuurprijs voor Post mortem (2012) en de Confituur Boekhandelsprijs voor Al het blauw (2021).
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier