![](https://img.static-rmg.be/a/view/q75/w962/h503/f41.63,46.27/7036341/kleine-heilige-dingen-jpg.jpg)
Drie vragen aan Annemieke Dannenberg: ‘Ik ben blij dat ik in een religieus gezin ben opgegroeid’
In Annemieke Dannenbergs Kleine heilige dingen komt een meisje vast te zitten tussen religieuze traditie en persoonlijke vrijheid.
Judith is zeventien wanneer ze in een emotionele en spirituele maalstroom terechtkomt. Ze wordt opgeëist door haar streng religieuze omgeving en haar moeders hang naar kneuterige gezelligheid. Maar er is ook Dorian, een meisje dat aan de kunstacademie studeert en helemaal in het zwart gekleed gaat. Zij opent een wereld én haar hart voor Judith, die daardoor hevig worstelt met haar gevoelens en seksualiteit. Het leidt tot automutilatie, maar ook een eerste orgasme, dat ze tot verbijstering van de gemeenschap waarin ze leeft, toeschrijft aan de Heilige Geest. Religie heeft vele gezichten, toont Annemieke Dannenberg in de 76 korte hoofdstukjes van dit opmerkelijke debuut, dat een knappe inkijk geeft in de verwarde jeugdige geest. Geloof geeft toegang tot liefde en zorgzaamheid, en brengt vaak ook vervreemding en hypocrisie met zich mee. Maar gelukkig heeft Judith haar cello.
Muziek speelt een grote rol in uw roman. Zonder cello had Judith het wellicht niet gered. Waarom die nadruk op muziek?
Annemieke Dannenberg: Het had ook schilderkunst kunnen zijn, maar zelf heb ik meer met muziek. Ik wilde Judith een plek geven waar ze helemaal welkom was en waar ze tot rust kon komen, weg van haar moeder en vrienden. Haar relatie met cellolerares Paula biedt zo’n plek. Voor Judith is muziek trouwens ook een mystieke ervaring. Het is haar manier om te zoeken naar God en het goddelijke.
‘Ik ben blij dat ik in een religieus gezin ben opgegroeid en zoveel psalmen en gezangen uit mijn hoofd ken.’
En het is haar bevrijding?
Dannenberg: Absoluut. Je kan in je muziek verstrikt raken door je helemaal op de noten te richten en je partituur perfect te leren spelen, maar dat is geen garantie dat ze ook vol zal klinken. Je weet dan niet wat de maker ermee heeft willen zeggen. Dat is ook de beweging die Judith maakt. Uiteindelijk wordt het niet duidelijk of zij het geloof verlaat. Dat laat ik bewust in het midden. Door muziek te maken ervaart zij het goddelijke, en misschien krijgt dat daardoor wel een heel andere invulling dan ze thuis heeft geleerd. Ze worstelt met de tegenstelling tussen willen voldoen aan een zuiver ideaal en accepteren dat ze een mens is en ook zo zal sterven. En dat dat ook goed genoeg is. Zijn we op dat vlak niet allemaal als Judith?
Ook in het leven moeten we dus loskomen van de partituur, zoals Judith ervaart?
Dannenberg: Dat is inderdaad heel bevrijdend. Gelovigen krijgen tijdens het opgroeien heel wat mee van hun ouders, maar uiteindelijk zullen ze zich het geloof eigen moeten maken. Ik werk als geestelijk verzorger in de bejaardenzorg. Ik ga daarbij in gesprek over wat troost en kracht biedt. Bij mensen met dementie is muziek vaak een ingang. Soms zingen we samen, en dan ben ik blij dat ik in een religieus gezin ben opgegroeid en zoveel psalmen en gezangen in mijn arsenaal heb die ik kan inzetten om een verbinding te leggen.
Kleine heilige dingen ★★★½
Annemieke Dannenberg, Lebowski, 301 blz., € 22,99
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier