De filosofische roman ‘De Cartograaf en de Wereld’ toont dat elk beeld een vertekend beeld is

4 / 5
Mark Boog © Belga

Mark Boog, Cossee

De Cartograaf en de Wereld

256 blz, 22,00 euro

4 / 5

Geeft een kaart de wereld weer zoals hij is, of zoals wij hem graag zouden zien? Mark Boog schreef er een ingenieuze filosofische roman over.

‘Is er na de kinderjaren nog evenveel waarheid te vinden, en zo gemakkelijk te vinden? Het lijkt steeds moeilijker te worden, en ik kan het weten: ik heb er in zekere zin mijn werk van gemaakt. Het wordt steeds belangrijker dat alles klopt, en steeds duidelijker dat dat helemaal niet kan.’ Aan het woord is Paulus, het hoofdpersonage van De cartograaf en de wereld: een jonge, beloftevolle kaartenmaker die van het Noord-Duitse Husum naar Amsterdam is verhuisd in de hoop daar werk te vinden. Mark Boogs nieuwe roman speelt zich af in de zeventiende eeuw, toen die stad het economische centrum van de wereld was en correcte kaarten het verschil konden betekenen tussen rijkdom en armoede. Maar wat zijn correcte kaarten, vraagt Paulus zich steeds vaker af, want de enige écht correcte kaart zou natuurlijk eentje met schaal 1:1 zijn. Zodra je de kaart kleiner maakt, krijg je moeilijkheden. Niet alleen kun je een bol niet foutloos op een plat vlak projecteren, de cartograaf moet ook keuzes maken. Wat vermeldt hij en wat niet? En wat met de mensen die leven op de plaatsen die hij tekent?

De cartograaf moet keuzes maken. Wat vermeldt hij en wat niet?

Het zijn vragen die Mark Boog, een begenadigd dichter die ook romans schrijft, duidelijk fascineren. Deze historische roman is dan ook vooral een filosofische roman. Wie eindeloos uitgesponnen uitweidingen vol details van het dagelijkse leven wil, is hier aan het verkeerde adres. Wanneer het boek zich juist afspeelt, weet je in feite enkel doordat op de achtergrond het stadhuis van Amsterdam in vlammen opgaat, wat op 7 juli 1652 daadwerkelijk gebeurd is. En doordat Paulus aan de slag gaat bij drukker en kaartenmaker Joan Blaeu, zoon van Willem Blaeu, wiens atlassen vandaag fortuinen waard zijn.

Paulus beseft al gauw dat hij als cartograaf een essentiële schakel is in het prille kapitalisme dat Amsterdam steenrijk maakt, terwijl hij zelf moet rondkomen met een aalmoes. Vandaar dat hij in een – niet bepaald chique – ‘volkhouderij’ een kamer huurt. De zaak wordt uitgebaat door Catharina, een tien jaar oudere, kinderloze weduwe die hem inwijdt in de liefde, maar hem tezelfdertijd op afstand houdt. De afwisseling van aantrekken en afstoten maakt Paulus’ liefde alleen maar groter, waardoor hij op een dag beslist om een eiland voor haar te maken, Isla Catharina, dat hij even ten zuiden van de evenaar op de wereldkaart tekent. De cartograaf wordt zo een kunstenaar, en zei Blaeu al niet dat wanneer de kaart afwijkt van de werkelijkheid, dat jammer is voor de werkelijkheid? Boog jongleert met inzichten en ideeën. Hij laat je glimlachen en twijfelen, en hij doet dat zo goed dat je na het dichtslaan van zijn roman nog maar een ding wil doen: opzoeken waar dat Isla Catharina ligt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content