Een Nobelprijs Literatuur zal er niet meteen aan verloren gaan, maar in de discipline ‘Prachtherrie Produceren’ kennen ze hun gelijke niet. Mogen wij u voorstellen: System Of A Down, een metalgroep waar zelfs metalhaters van houden – behalve bij Clear Channel en de CIA.

‘HYPNOTIZE’

UIT OP 22/11 BIJ SONY/BMG

Wie had durven denken dat we een metalgroep ooit nog intrigerend zouden noemen?’ Er werd de voorbije maanden veel over System Of A Down gezegd en geschreven, maar niets dat de stemming beter samenvatte dan de retorische vraag uit Q Magazine. Metal en aanverwanten, zo leek het tot voor kort, waren dood en begraven. Metallica ging op therapie, Tool zette zichzelf op de waakvlam, Korn verloor zijn gitarist aan – euh – God en groepen als Slipknot en Limp Bizkit ontnamen het genre zijn laatste beetje sérieux. Goede platen werden er niet meer gemaakt, laat staan avontuurlijke of gevaarlijke – de enige groepen die nog een beetje van zich lieten spreken, waren pijnlijk genoeg Rammstein en The Darkness.

In het land der blinden is eenoog koning, maar bij System Of A Down lijkt er meer aan de hand. De groep uit Los Angeles is niet alleen anders, maar ook beter dan your average metal band – ‘lichtjaren vooruit op de concurrentie’ volgens The New York Times, ‘bij vlagen geniaal’ volgens Spin, ‘briljant’ als we NME mogen geloven en ‘een groep om bang voor te zijn’ volgens Chris Martin van Coldplay. Uncut bombardeerde hen zonder veel omwegen tot ‘de meest inventieve rockgroep van het moment’, Esquire noemde hen ‘even baanbrekend als Public Enemy’ en Rolling Stone vergeleek hun jongste plaat met We’re Only In It For The Money van Frank Zappa. ‘Een extreem vreemde vergelijking,’ gaf de recensent van dienst ruiterlijk toe, ‘maar System Of A Down is dan ook een extreem vreemd beestje.’

‘Extreem vreemd’ zijn in elk geval de roots van System Of A Down. De groepsleden hebben allevier een Amerikaans paspoort, maar leerden elkaar kennen op een Armeense privé-school. Zanger/ideoloog Serj Tankian werd in Armenië geboren, gitarist Daron Malakian en bassist Shavo Odadjian woonden een tijdlang in Beiroet en ook drummer John Dolmayan heeft Armeense ouders. Hun foute kapsels en baarden herinneren aan hun afkomst, maar hun muziek nog veel meer: snoeiharde metalriffs à la Primus en Pantera, afgewisseld met oosterse zanglijnen en een occasionele accordeon, allemaal op een hoop gegooid volgens de ‘Kijk-Eens-Mama-Zonder-Handen’-filosofie. ‘Eigenlijk is het progrock in songs van drie minuten’, zegt zanger Serj Tankian. ‘That’s the trick.’ Producer Rick Rubin was de eerste die er muziek in hoorde – hij tekende de groep op zijn American-label, en hielp hen met System Of A Down (1998), Toxicity (2001) en Mezmerize (2005) aan meer dan tien miljoen verkochte platen.

Met zijn zachte stem en vriendelijke ogen is Serj Tankian (38) verre van het alfa-mannetje dat je bij een metalgroep achter de microfoon zou verwachten. Hij ziet eruit als een New Age-genezer en praat als een verlichte cannabis-roker – ‘I wanna hear beyond my ears‘ is een van de meest typerende uitspraken uit een kort interview voor de MTV Music Awards in Lissabon. System Of A Down noemt hij ‘een zijproject’, want zijn ‘hoofdproject is leven’. Andere zijprojecten zijn poëzie schrijven, een platenlabel runnen, lezen en zijn stembanden lenen aan andere muzikanten – hij werkte onder meer samen met hiphopdichter Saul Williams en hij maakte een world-plaat met Arto Tuncboyaciyan, een Armeense multi-instrumentalist die zowel waterorgel als neusfluit speelt. Met Tom Morello (Rage Against The Machine, Audioslave) lag Tankian ook aan de basis van Axis Of Justice, een non-profitorganisatie ‘die ijvert voor meer sociale rechtvaardigheid’. En verder vecht hij ook voor de officiële erkenning van de Armeense volkerenmoord in 1915 door de Turken – ‘Hitler inspireerde zich daarop voor de holocaust,’ zegt hij, ‘maar de VS willen het niet als genocide erkennen, omdat Turkije strategisch te belangrijk voor hen is.’

Ook bij System Of A Down steekt Tankian zijn engagement niet onder stoelen of banken. Songteksten gaan over meeneem-Chinezen en porno, maar evengoed over kindsoldaten, het recht op euthanasie of de oorlog in Irak. De laatste single B.Y.O.B. (Bring Your Own Bomb) was een parodie op de recruteringsspotjes van het Amerikaanse leger, compleet met een paar sarcastisch-wervende strofes (Everybody’s going to the party have a real good time / Dancing in the desert, blowing up the sunshine.). En in de openingssong van Toxicity nam de groep het drugsbeleid van de VS op de korrel, wetenschappelijke studies onder de arm (‘All research and successful drug policy show / That treatment should be increased / And law enforcement decreased). Het leverde System Of A Down bewonderaars op als Michael Moore, maar ook een hoop vijanden – kort na nine eleven werd de groep door Clear Channel van de radio gebannen, en later raakte bekend dat de CIA een dossier over hen aanlegde.

‘Voor mij zijn de VS een land in burgeroorlog’, zucht Tankian. ‘Er is geen fysiek geweld, maar wel ideologisch geweld. Wie ook maar een beetje kritisch is, wordt meteen als staatsgevaarlijk geklasseerd. Wij zijn niet links of rechts, we kiezen gewoon het kamp van de waarheid. We zeggen wat we te zeggen hebben, kwaad als het moet, met humor als het kan. Onze muziek is een uitlaatklep. We mikken op de sluitspieren, maar ook op de lachspieren’ – zie teksten als ‘Gonorrhea Gorgonzola’, of anders wel: ‘My cock is much bigger than yours / My cock can walk right through this door’, in een song over macho’s.

Humor als beleefdheidsvorm van wanhoop? ‘Noem het zoals je wil’, zegt Tankian. ‘Ik hou er niet zo van om dingen vast te pinnen. Ik zie System Of A Down ook niet als een metalgroep, maar als een muziekgroep tout court. Het enige verschil tussen een metalgroep en – pakweg – Bach, zit ‘m in de instrumenten die worden gebruikt.’ Links en rechts keren een paar componisten zich om in hun graf – het vermijdt doorligwonden, zullen we maar denken.

Door Wouter Van Driessche

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content