Nadat hij eerder de Amerikaanse politiek fileerde in A Few Good Men, Charlie Wilson’s War en de NBC-serie The West Wing, richt Aaron Sorkin (49) zijn kritische blik nu dus op Facebook. Een gesprek met de controversiële topscenarist over The Social Network, of beter: het gebrek eraan. ‘Internet heeft van ons een boze menigte gemaakt die anderen op een laffe manier afblaft.’

Was het juridisch lastig om de film gemaakt te krijgen?

Aaron Sorkin: Reken maar! We hebben een heel leger advocaten ingeschakeld. Als je een non-fictiefilm maakt over iemand die nog leeft en bovendien het geld heeft om je tot aan je begrafenis te vervolgen, kun je maar beter niets verzinnen. Elk feit is gecheckt en gedubbelcheckt. We hebben maar drie dingetjes veranderd: de naam van Zuckerbergs vriendin, wier privacy ik wilde beschermen, de suggestie dat hij haar een vriendschapsverzoek stuurde via Facebook en de excuses die hij Eduardo aanbiedt nadat hij een gemene opmerking tegen hem heeft gemaakt. Mark kan dus niet beweren dat ik niet aan zijn kant stond. (Lacht)

Heeft Zuckerberg jullie gecontacteerd?

Sorkin: Neen, wij hebben hem gevraagd om ons te helpen. Ik wilde vermijden dat we enkel met Eduardo Saverin en de broers Winklevoss gingen praten, aangezien die met Zuckerberg in proces lagen en hem dus niet bepaald genegen waren. Na lang onderhandelen heeft Zuckerberg ons afgewezen, wat ik best kan begrijpen. Gelukkig heb ik met voldoende van zijn vrienden en medestanders kunnen praten zodat ik ook zijn visie juist kon weergeven. Althans, dat durf ik toch te geloven. Achteraf was ik trouwens blij dat hij ons afscheepte: anders zou hij toch maar eisen hebben gesteld die we onmogelijk konden inwilligen en dreigde het idee te ontstaan dat dit een Facebookproductie was met Mark als held.

Toen het nieuws uitlekte dat jij de film ging schrijven, heeft Zuckerberg meteen zijn fanpagina van jouw serie ‘The West Wing’ van zijn Facebookprofiel gehaald.

Sorkin: (Lacht) Eerlijk: hij heeft die link er een paar dagen later weer aan toegevoegd. Ondertussen heeft hij ook honderd miljoen dollar geschonken aan scholen in New Jersey. Veel mensen doen daar cynisch over, maar het zal die kinderen geen moer uitmaken of Zuckerberg dat nu deed om zijn blazoen op te blinken of omdat hij echt met het onderwijssysteem inzit. Daarop kun je maar één ding zeggen: bedankt Mark. Of ook: bedankt David. Ik mag hopen dat Zuckerberg toch één school David Fincher High zal noemen. (Lacht)

Veel sympathie voor Zuckerberg lijk je toch niet te hebben.

Sorkin: Ik ben minder geïnteresseerd in wat Mark van de film vindt dan in wat het publiek ervan denkt. Ik heb niets tegen hem persoonlijk en ik vind zijn personage zeker niet onsympathiek. Ik herken er zelfs veel van mezelf in, want ik ben óók verlegen en sociaal onhandig. Toen ik de veertien pagina’s tellende draft van Ben Mezrichs boek The Accidental Billionaires en de verslagen van de Facebookprocessen las, begreep ik dat het verhaal drie verschillende waarheden bevat: die van Zuckerberg, Saverin en de Winklevossen. Dat vond ik een dankbaar dramatisch gegeven, meer dan Facebook zelf. Het gaat niet alleen over vriendschap, verraad, jaloezie en sociale klassen, het gaat ook over de manier waarop verhalen worden verteld, het manipuleren van de waarheid en wat echt of virtueel is. Dat zo’n verhaal zich toespitst op een kerel die de privacy heeft gedegradeerd en zich door zijn eigen blogs juridisch heeft klemgereden, voegt er een tragisch ironische dimensie aan toe.

Je vindt Zuckerberg een tragische held?

Sorkin: Tragische helden moeten aan twee voorwaarden voldoen: ze betalen een prijs voor hun hoogmoed én betonen spijt. Ik geloof dat Mark aan beide vereisten voldoet. Niet omdat hij een cheque van miljoenen dollars moest uitschrijven aan Saverin en de Winklevossen – hij heeft tenslotte geld genoeg. Wel omdat hij beseft dat hij een stukje menselijk contact te grabbel heeft gegooid.

In welke zin?

Sorkin: Hij controleert de privégegevens van een half miljard mensen, zonder enige vorm van controle of wettelijke bescherming. Halló? Mensen hebben generaties lang gevochten om hun privacy te beschermen ten aanzien van overheden en commerciële instanties, maar blijkbaar is dat allemaal niet belangrijk meer. Het aantal Facebookvrienden en Twittervolgers dat je hebt, wordt verward met populariteit en democratie. Het internet heeft van ons een boze menigte gemaakt die enkel nog reageert om mensen op een laffe, anonieme manier af te blaffen. Lees er die blogs en fora maar eens op na: de meeste berichten zijn negatief gekleurd. Blijkbaar zijn tieners over álles mistevreden. Dat komt ervan als je de illusie wekt dat via het internet alles met één druk op de knop bereikbaar is, terwijl dat in de realiteit toch even anders blijkt te zijn.

Internet heeft toch ook onmisbare voordelen? De communicatie verloopt sneller…

Sorkin: (Op dreef) En sinds wanneer is ‘sneller’ een synoniem voor ‘beter’? Die keer dat de Amerikaansetv-zenders in hun haast om een primeur te scoren Bush al tot president uitriepen nog voor ze de stemmen in Florida hadden geteld? Misschien is het beter om je informatie eerst te checken. Een webpost van drie lijntjes tekst is ook geen volwaardig nieuwsbericht. Natuurlijk maak ik zelf ook gebruik van het internet, maar op Facebook zul je me nooit vinden en de dag dat Wikipedia even betrouwbaar is als die vergeelde 24-delige encyclopedie die in mijn kast staat, mag je me altijd bellen. Mag ik er trouwens op wijzen dat dit mijn persoonlijke visie is en niet noodzakelijk diegene die door de film wordt gereflecteerd? Wat een geluk dat er nog genuanceerde bladen als Knack Focus zijn. (Lacht)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content