‘VREEMD DAT IK NOOIT EEN CHRISTELIJKE ROCKHIT HEB GEHAD’

De tweede adem van Spain komt van diep. Na de puike comebackplaat The Soul of Spain (2012) wijst ook het nieuwe Sargent Place op een aangezwengelde dynamiek bij de slowcoregroep rond Josh Haden. ‘Ik schrijf niet meer over fladderende geliefden in de nacht.’

Tussen beide platen in zag eind vorig jaar ook nog The Morning Becomes Eclectic Sessions het licht: zeven live ingespeelde songs uit de periode 1995-2001, toen Spain vanuit Los Angeles de sensuelere, met loungejazz doorrookte flank van de slowcore innam. Wie toen de platen The Blue Moods of Spain, She Haunts My Dreams en I Believe een warme thuis gaf, herinnert zich vast ook nog dat Josh Haden de zoon is van de befaamde jazzmuzikant Charlie Haden. Maar op voornoemde sessiesplaat, in 2012 opgenomen in een radiostudio in Santa Monica, Californië, gaan vooral Josh’ drie even muzikale zusjes Petra, Tanya en Rachel met de pluimen lopen. Hun naar de hemel reikende gospelversie van Spains visitekaartje Spiritual alleen al is de aanschaf van de plaat waard.

JOSH HADEN: (zang, bas, slap handje) Dank je. Ik zou willen dat ik mijn zussen ook kon meenemen op tournee, maar helaas is dat niet mogelijk: ze hebben elk hun eigen carrière, en ik zou het me financieel ook niet kunnen veroorloven. Maar telkens we in L.A. spelen, vraag ik of ze komen meezingen. Onze moeder is laatst komen kijken. Ze kreeg tranen in haar ogen toen ze ons Spiritual hoorde zingen.

Spain heeft lang stilgelegen. Hoe blij was je dat je er weer tegenaan kon?

HADEN: Heel erg blij. Ik ben zelfs enigszins uit mijn schulp gekropen sinds onze drummer Matt Mayhall erbij is gekomen. Omdat hij zich wat eenzaam voelde achteraan op het podium, hebben we hem een microfoon gegeven. Daar heeft hij meteen dankbaar gebruik van gemaakt: bij momenten lijkt het alsof we een comedyact neerzetten in plaats van een rockshow. Hij Laurel, ik Hardy. Wat het ook is: op een dag heeft hij ons een video laten zien van een repetitie van Stevie Nicks’ band, waarin zijn maat drumt. Telkens wanneer die maat even naar beneden keek, schreeuwde de toetsenist meteen: ‘Don’t groove! No grooving! When you groove, you lose connection with the other players!’(grijnst) Dat advies hebben we ook ter harte genomen. Ik durf nu zelfs mijn ogen open te doen terwijl ik zing. Deed ik vroeger nooit, uit angst dat ik mijn tekst zou vergeten. Maar nu ik zowel het publiek als de andere bandleden aankijk, spelen we hechter dan ooit. Het eerste optreden waarbij ik dat probeerde, verliep meteen vlekkeloos. Ik denk zelfs dat ik niet eens met mijn ogen heb geknipperd. Al voelde ik me tegelijk een beetje lullig: twintig jaar zorgen om niets.

Je hebt in 2007 een soloplaat uitgebracht die Devoted heette. Eigenlijk hebben ál je songs iets spiritueels. Het zijn knievallen voor een hogere macht.

HADEN: Mijn moeder herinnerde me er onlangs aan dat mijn grootmoeder langs vaderszijde, die een herboren christen was, ons tijdens mijn jeugdjaren lange tijd heeft bestookt met zogenaamde Jews for Jesus-literatuur. Religieuze pamfletten, om mijn moeder zover te krijgen dat ze Jezus zou accepteren. Mijn moeder gelooft dat ik Spiritual heb geschreven om dat deel van mijn verleden te verteren. Ik ben het niet met haar eens, maar… (denkt na) Het gebeurt nog geregeld dat er na een optreden iemand uit het publiek op me afstapt en vraagt of ik Jezus Christus als mijn persoonlijke redder heb aanvaard. Ik wil niemand beledigen die zich onderwerpt aan georganiseerde religie, dus zeg ik altijd ‘ja’. Omdat ik net zozeer Boeddha als mijn persoonlijke redder beschouw. Of mezelf.

Popsongs volgen doorgaans geijkte patronen: jongen ontmoet meisje, jongen verliest meisje, jongen wint meisje terug. Met Spain wring je daar nog iets anders tussen: jongen valt voor de Heer.

HADEN: Dat is één manier om het te omschrijven. En waarschijnlijk ook de reden waarom er zowel spiritualiteit als seksualiteit in mijn teksten zit. Die twee zijn nauw met elkaar verbonden. Devotie is liefde, daar draait het allemaal om. En liefde voor iets groters dan onszelf of voor een andere persoon, het is dezelfde liefde. Maar niet vergeten dat ik een artiest ben. Ik gebruik bepaalde technieken om over te brengen wat ik wil. Dus als de artiest ‘Jesus help me’ zingt, betekent dat niet dat de artiest in Jezus gelooft. Ik maak geen christelijke muziek. (denkt na) Hoewel. Weet je wat ik vreemd vind? Dat ik met Spiritual nooit op de enorme Amerikaanse christelijke muziekmarkt ben doorgebroken. Waarschijnlijk komt het omdat ik zo eerlijk ben. Liefhebbers van christelijke pop en rock verlangen geen eerlijkheid, maar escapisme. Ik kan het weten, want ik heb zelf lange tijd een grote verzameling van zulke muziek gehad. Maar op een dag heb ik die moeten buitengooien. Ik werd er ziek van. Om te beginnen, zijn die muzikanten net zoals tv-predikanten: hypocriet als de pest, want er gaapt een grote kloof tussen wat ze op het podium verkondigen en hoe ze hun leven leiden. Bovendien vind ik geloof gevaarlijk als het vluchtgedrag stimuleert en weigert de realiteit onder ogen te zien. Net omdat ik nadenk, kan ik het wel schudden in het contemporary Christian rock-segment, of hoe dat ook heet.

Naar verluidt staan er minstens drie songs op Sargent Place die je begin jaren negentig al hebt geschreven. Dat je die zo lang kon laten liggen.

HADEN: Dat is nochtans heel gemakkelijk hoor. (lacht) Ik heb er zelfs nóg over van toen. Tja, als vroege twintiger had ik niet veel meer te doen dan te zorgen dat ik de huur kon betalen, koffie drinken en eten kopen, en mijn gebroken hart lijmen. (glimlacht) Ik was het type dat altijd een vriendin nodig had. Tegelijk was ik niet goed in daten. Uitgaan als single, daar zag ik altijd weer vreselijk tegenop. I’m not a party person. Dus soms forceerde ik bepaalde relaties zodat ze zouden werken. Soms kreeg ik de bons, soms maakte ik het zelf uit. Dat verwerkte ik dan in mijn muziek. Maar inmiddels ben ik getrouwd. Ik schrijf niet meer over de dynamiek tussen fladderende geliefden in de nacht.

I’m Still Free, dat op The Soul of Spain staat, was zelfs een politieke song.

HADEN: Een kritiek op de Verenigde Staten, op datgene waarin de democratische droom is afgegleden. Het valse gevoel van vrijheid. Tegelijk is het het verhaal van de luizige businessdeals die je als muzikant voor lange tijd aan de ketting kunnen leggen. Mijn soloplaat heeft lange tijd in de kluizen van mijn toenmalige platenfirma gelegen. Ik heb advocaten moeten inschakelen om mijn mastertapes en mijn geld terug te krijgen. Ondertussen waren we een jaar verder. Producer Dan the Automator wilde de plaat wel uitbrengen op zijn label, maar dat zag zijn manager dan weer niet zitten. Na nog twee jaar gekibbel tussen hen – al die tijd bleef ik vriendelijk – heb ik de plaat dan maar zelf uitgebracht. Een hoop gedoe, terwijl ik die muziek meteen op internet had moeten gooien. Kijk, ik ben halverwege de veertig. Ik heb het gevoel dat ik minder tijd te verliezen heb. Mijn advies aan elke muzikant: wat je ook doet, breng zo veel mogelijk uit. The Black Keys zijn mijn voorbeeld. Een alternatieve band die bewijst dat je, ondanks alle doemberichten over hoe het internet muziek om zeep helpt, toch massaal veel platen kunt verkopen. Nou ja, mijn idee van een plaat verkopen is: geef ze gratis weg. Mijn manager was woedend toen ik de streaminglink van Sargent Place in plaats van naar vrienden ook naar journalisten en radiozenders had gestuurd. (lacht) Ik zal het wel nooit leren.

SARGENT PLACE

Uit bij Glitterhouse.

DOOR KURT BLONDEEL

Josh Haden ‘THE BLACK KEYS ZIJN MIJN VOORBEELD: EEN ALTERNATIEVEBAND DIE BEWIJST DAT JE TOCH NOG MASSA’S PLATEN KUNTVERKOPEN. NU JA, MIJN IDEEVAN EEN PLAAT VERKOPEN IS: GEEF ZE GRATIS WEG.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content