TOPDOKTERS

Nadat de topdokter een tumor met Guinness Book of Records-potentie verwijderd heeft voor een internationaal publiek van chirurgen, eet hij op zijn dooie gemak een chocolaatje. Alsof hij wil zeggen: ja, ik heb zonet een technisch hoogstandje uitgevoerd, niet iedereen snijdt met zo veel gemak een tumor ter grootte van een zwerfkei weg, maar ik blijf voor alles een mens van bloed, vlees en darmen. De avond ervoor had de topdokter, een uroloog, nog sappig verteld over die ene keer dat ze uit waren geweest en het hele café hadden overgenomen. Samen met de urologen zijn de orthopedisten de grootste fuifbeesten, kreeg je te horen. Als de dood elke dag wel ergens in je nek hijgt, dan bijt je blijkbaar gretiger in het leven.

Niets menselijks is een topdokter vreemd. Zo veel is duidelijk. En als dat niet duidelijk genoeg is, dan doet Topdokters er in ieder geval veel aan om die menselijkheid in de verf te zetten. Als neuroloog Steven Laureys op een druilerige dag op zijn kantoor aankomt – nadat hij de vuilnisbakken heeft buitengezet en de kinderen op school heeft gedropt – dan knipt hij de antidepressielamp aan. Ja, zelfs de topdokter heeft zo zijn bijgelovige zwakheid. Hoe meer mens kun je zijn?

Bovendien lijkt het erop dat die diepgewortelde menselijkheid hen naar de top van hun beroepsorde heeft gekatapulteerd. Deze topdokters beheersen niet alleen de uiterste randen van hun vakgebied, ze schrijven behoorlijk leesbaar, praten in verstaanbare termen met patiënten en maken steevast tekeningen van poliepen in galblazen of tumoren in levers. Ze slagen erin gewone woorden te gebruiken. Behalve als ze onder elkaar zijn. Dan heet een caféruzie ‘in het kader van een agressie’ en een tijdelijke hartstilstand ‘een hart dat niet meer de normale pompfunctie verzekert’.

‘Ik vertel wat ik zelf graag te horen zou krijgen’, stelt de lever-pancreasspecialist Baki Topal. Hij is de man met het hoogste sterftecijfer. Voor hem zitten vaak mensen voor wie er nog weinig hoop is. En toch zegt hij zo eerlijk mogelijk waar het op staat. Omdat aan valse hoop niemand iets heeft.

Het is en blijft de sterkte van Topdokters. De makers plooien de professionele schil van de arts om en gunnen je een blik op de mens, zonder dat het hijgerig of voyeuristisch aanvoelt. Er wordt ook niet nodeloos gepeuterd naar emoties of gekwelde blikken, die brengen de situaties in consultatiekamers of operatiekwartieren wel vanzelf mee.

Zo weet Laureys dat hij de ouders van de comateuze Jean-Gabriel moet voorbereiden op het vroegtijdige afscheid van hun zoon. Al twaalf jaar zweeft Jean-Gabriel ergens in de melkweg van zijn bewustzijn. In al die jaren heeft zijn moeder geleerd om met hem te communiceren. Denkt ze. In haar ogen lacht hij, geniet hij van de knuffelcavia in zijn handen en kijkt hij graag naar Les garçons de la plage. ‘Hij lijdt pijn’, zegt Laureys. De moeder speelt met het kruisje rond haar nek. ‘Dat is omdat hij hier is’, antwoordt ze fel. En nee, ze wil niet denken aan wat de volgende stap is. ‘Als hij gaat, ga ik ook.’ Als topdokter vecht je niet altijd met ziektes. Soms bijt je je tanden stuk op de mens die voor je zit.

****, elke dinsdag, 21.00, VIER

DOOR TINE HENS

NIETS MENSELIJKS IS EEN TOPDOKTER VREEMD. EN ALS DAT NIET DUIDELIJK GENOEG IS, DAN DOET TOPDOKTERS ER IN IEDER GEVAL VEEL AAN OM DIE MENSELIJKHEID IN DE VERF TE ZETTEN.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content