Toms tips voor trips

Als reizen leren is en Tom Waes iets heeft geleerd van het nieuwe, derde seizoen Reizen Waes, dan wel dit: dat wij, westerlingen, niet meer weten wat gastvrijheid écht betekent. ‘Als je in Georgië met de auto in de bergen in panne valt en je na kilometers stappen een boerderij tegenkomt, dan is een maaltijd en onderdak het eerste wat je aangeboden krijgt. Die auto: dat kan morgen wel.’ Vijf unieke bestemmingen, getest door Tom.

Drie seizoenen Reizen Waes, dat is ook: 24 niet voor de hand liggende bestemmingen. ‘Het is niet zo dat wij voor het programma de ontoegankelijkste, meest onherbergzame of gevaarlijkste bestemmingen uitkiezen’, zegt Tom Waes. ‘Je kunt Syrië wel op de affiche zetten, of Afghanistan, en je kunt daar ook naartoe gaan, maar wat kun je ter plekke filmen? Wij zijn geen journalisten, en om nu in Syrië een entertainmentprogramma te gaan maken: dat is er ook over. Ik vind dat spijtig, want landen als Jemen, Somalië, Tsjetsjenië en Afghanistan zou ik graag eens bezoeken. Ik ben er honderd procent zeker van dat de mensen in Tsjetsjenië – toch een land met een niet al te beste reputatie – je met open armen zullen ontvangen.’

Op onze vraag, en gebaseerd op zijn reiservaringen, tipt Waes vijf bestemmingen voor de doe-het-zelfreiziger. U krijgt er meteen de lokale do’s-and-don’ts bij, zodat u bij de locals niet in affronten valt en – God beware! – u niet met alle lonely planeteers in dezelfde sishabar terechtkomt. Dank u, Knack Focus!

1 Iran [SEIZOEN 1]

Een revelatie, aldus Waes. ‘Een bestemming die ik iedereen zou aanraden. Je bent geneigd Iran te associëren met ayatollah Khomeini en moslimextremisme, maar daar is ter plekke weinig van te merken. Goed, het blijft een raar regime, maar wat een rijke geschiedenis, wat een onwaarschijnlijke cultuur! De mensen zijn er ook hoogopgeleid en erg gastvrij. Wij hadden zelfs geen moeilijkheden om het land binnen te raken, maar een camera kan soms deuren openen – en helaas ook weer sluiten, in sommige gevallen.’

Vooral de verscheidenheid van het land vindt Waes een troef. ‘Teheran is een knappe stad, een van de oudste ter wereld, toen er nog sprake was van het Perzische rijk. Op een uur van Teheran kun je gaan skiën in de bergen, terwijl je meer naar het zuiden in woestijnlandschappen terechtkomt. Door de handelsboycot is Iran jarenlang afgeschermd van de wereld en dat merk je. Of je nu in Hongkong, Bangkok of Singapore bent, overal ter wereld zien winkelstraten er min of meer hetzelfde uit, met dezelfde merken: H&M, Zara, Gucci… Maar niet in Iran. Je ziet er ook bijna nergens reclame. Iraanse winkelstraten staan vol zaken die je niet kent en geven je een indruk van hoe het land vroeger was. Oké, in Bhutan is dat ook zo, maar daar is het een positieve keuze: men wil er niet op het Westen lijken. In Iran zijn ze ronduit tégen het Westen.’

Al heeft hij daar bij de inwoners weinig van gemerkt, benadrukt Waes. ‘Mensen staan er open voor gesprekken, ze zijn ook goed geïnformeerd. Niet zoals in Noord-Korea, waar de bevolking niet beter weet – dat is echt schrijnend. Nee, Iraniërs zijn een aangenaam volk en het eten is er fantastisch. Doen!’

2 Sierra Leone [SEIZOEN 3]

‘Elke zichzelf respecterende reiziger moet eens diep in Afrika geweest zijn’, vindt Waes. ‘Ik was eerder al in Kenia en Zuid-Afrika, maar écht Afrika is dat niet. Sierra Leone is een uitdaging voor de doe-het-zelfreiziger: er is helemaal niets. Monumenten zijn kapot, kerken afgebrand en hotels en busverbindingen heb je er niet – als je er ergens naartoe wilt, moet je zelf rijden. Het land is jarenlang verscheurd door een burgeroorlog en toen die min of meer voorbij was, kwam het ebolavirus langs.’

De troeven van het land opsommen, vindt Waes onbegonnen werk. ‘De landschappen zijn er ruw en origineel, maar voor toeristen is er niets voorzien – een georganiseerde uitstap zul je niet vinden. Toerisme is er zo uitzonderlijk dat we een uitnodiging van de president kregen. Voor alle duidelijkheid: dat stond niet in het scenario, de crew had dat niet voorbereid. Maar terwijl we in de hoofdstad aan het filmen waren, moet het nieuws dat er Belgen in het land waren de president hebben bereikt. En echt waar: diezelfde dag nog stond ik met president Koroma in zijn paleis te squashen en hebben we over het toerisme in Sierra Leone gepraat.’

En ook hier, zegt Waes, zijn de inwoners aangenaam en gastvrij. ‘Helemaal anders dan in Zuid-Soedan, dat we voor het eerste seizoen hebben bezocht. Daar was iedereen negatief en meewarig. Inwoners van Sierra Leone niet: zij staan echt te wachten op toeristen. Ik denk dat wij de eersten waren die na twee jaar ebola het land opnieuw binnen mochten en daar waren ze duidelijk heel blij mee.’

3 Spitsbergen [SEIZOEN 2]

Het grote niets. Sneeuw, sneeuw en nog eens sneeuw. Klinkt saai, maar dat hoeft het niet te zijn, zegt Waes. ‘Als mensen op vakantie gaan, vliegen ze altijd naar de zon. Waarom eens niet naar het hoge noorden trekken? Enkele jaren geleden zijn wij met onze kinderen naar Lapland op vakantie geweest. Geen evidente keuze, maar het jaar erop wilden ze allemaal terug.’

Spitsbergen ligt dichterbij dan je denkt, aldus Waes. ‘Het is een andere wereld. In de winter is het er 24 uur per dag donker, in de zomer is het er altijd licht. En ja, je kunt er niet meer doen dan hondensleeën of met de sneeuwscooter gaan rijden, maar precies die beperking heeft iets magisch. Wanneer wij ’s middags met ons gezin uit het dorp vertrokken om te sleeën of te scooteren, spraken we af op een bevroren meer waar er geen gsm-bereik was. We dronken er koffie, praatten wat en gingen daarna terug naar het hotel. Van die paar uren buiten werden we heel moe – de kou vreet aan je. ’s Avonds keken we naar een film of speelden we een gezelschapsspel. In een hotel op een gewone bestemming zou iedereen ’s avonds in zijn gsm zijn gekropen, maar in Lapland voelden wij ons meer dan ooit met elkaar verbonden. Heel bijzonder, heel gezellig.’ Of, zoals dat iets zuidelijker, in Denemarken, heet: hygge.

4 China [SEIZOEN 3]

Tja, China. Wat moet je van dat land denken? ‘Ik had precies hetzelfde gevoel toen ik vertrok’, geeft Waes toe. ‘Ik kan me kapot ergeren aan Chinezen die in onze musea achter een gids aan schuifelen en voortdurend met een selfiestick in de weer zijn. Maar eigenlijk kende ik China niet. De tegenzin die ik voelde toen ik vertrok, was totaal onterecht: China is fantastisch.’

Met zijn ploeg trok Waes drie weken lang dwars door het land, van Sjanghai tot de grens met Tibet, zesduizend kilometer. ‘Dan kom je al eens wat tegen. Onze grote steden zijn klein bier vergeleken met de megapolissen in China. Alles is er superlatief (sic) groot en modern. Maar er is ook het platteland, waar mensen nog met paard en kar werken. De landschappen variëren van gebergtes tot uitgestrekte vlaktes en woestijnen. Om maar te zeggen: ik ben daar serieus van verschoten.’

Je als toerist verplaatsen is geen simpele opdracht in China. Waes’ ploeg reisde met de wagen door het land – het leek de enige manier. ‘Je moet een chauffeur boeken want je rijbewijs is er niet geldig’, aldus Waes. ‘Of tenminste: ze doen alsof je rijbewijs niet geldig is, zodat je niet zelf door China begint te rijden. Maar ik heb me nooit gecontroleerd gevoeld.’

Ook over eten moet de doe- het-zelfreiziger zich geen zorgen maken: alle verhalen over gebraden hond ten spijt, is het er best lekker, vindt Waes. ‘Zolang je maar iemand bij je hebt die duidelijk kan maken wat je wel en niet lust. Chinezen hebben trouwens de eigenaardige gewoonte om de beste, sappigste stukken vlees weg te gooien. Ze eten wel de kop en de hanekam van een kip, maar de filet en de borst snijden ze weg. Ook de staart en de kop van een koe zijn dagelijkse kost, biefstuk kennen ze niet. Onbegrijpelijk.

Valt evenmin kop noch staart aan te krijgen: de door westerlingen zo verafschuwde ongemanierdheid. ‘Rochelen, spuwen, boeren laten aan tafel – elke Chinees van 7 tot 77 jaar doet eraan mee’, aldus Waes. ‘Ik kon er maar niet aan wennen, maar wat de do’s -and- don’ts in China betreft, hoef je je absoluut geen zorgen te maken: je kunt je er niet onwelvoeglijk gedragen.’

5 Georgië [SEIZOEN 3]

‘Georgië wil graag lid worden van de Europese Unie, maar als er één ding is wat ze niet moeten doen, dan is het wel dat’, vindt Waes. ‘Georgië heeft een eigenheid die je zo dicht bij huis nog maar zelden vindt. In het eerste seizoen hebben we Abchazië en Zuid-Ossetië bezocht, twee afvallige Georgische regio’s. Het viel ons op dat de gastvrijheid die we toen daar en nu opnieuw in Georgië hebben ervaren iets is wat wij niet meer kennen.

‘In de bergen van Georgië woont een slag volk dat altijd moeite zal doen voor bezoekers. Ze hebben geen nagel om aan hun gat te krabben, maar je krijgt alles: de tafel is gedekt, er is drank bij de vleet en als je met de paarden wilt gaan rijden, dan hoef je maar te knikken. Ik zeg het je: als je daar met de auto in panne valt en je na kilometers stappen een boerderij tegenkomt, dan is een maaltijd en onderdak het eerste wat je aangeboden krijgt. Die auto kan later ook nog worden getakeld, dat zien we morgen wel. Waar kom je dat soort onvoorwaardelijke gastvrijheid nog tegen? Gasten staan bij de Georgiërs bovenaan, dat zit er bij die mensen ingebakken.’

Maar hoe zit dat met je paspoort als je naar Georgië reist terwijl je eerder aartsvijand Abchazië en Zuid-Ossetië hebt bezocht? ‘Simpel’, zegt Waes. ‘Je mag twee paspoorten bezitten – wat in dit geval handig bleek, anders waren we zeker in de gevangenis beland. Het is in Georgië strafbaar om naar de afvallige regio’s te reizen. Twee paspoorten zijn trouwens ook handig als je in Iran bent geweest en naar Israël zou willen – en omgekeerd.’

REIZEN WAES – SEIZOEN 3

Vanaf 29/1 elke zondag om 20.30 uur op Eén.

door Sue Somers

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content