Wie dezer dagen zijn televisietoestel aanzet, maakt veel kans op een individu in een groene chirurgenoutfit te stuiten dat tot aan zijn ellebogen in een poedel zit. Of in een cavia of iemands troetelkip. Dierenkliniek, het échte leven van de dierendokters of de belegen bucolische strapatsen van de volledig uit tweed en corduroy samengestelde James Herriot? Een kleine rondvraag in mijn kennissenkring bewijst dat álle beestenprogramma’s ongemeen populair zijn. Noem het een tegengif voor het overaanbod van Big Brothers en FrankVerstraeten sin prime time. Of tegen die Palestijnse moeders in het avondnieuws die, kalasjnikov in de aanslag, sereen glimlachend beweren dat het de gelukkigste dag van hun leven is als hun zoon straks als een hoopje préparé op een trottoir in Tel Aviv ligt.

Mensen die van Dierendokters houden, zijn volgens mij dezelfde die op zondagavond in Vragen staat vrij op Radio 2 een plaatje aanvragen voor moeke en vake die elkaar al vijftig jaar graag zien of voor Ida, die altijd klaarstaat om opa in zijn rolstoel rond te duwen. Mensen die een knuffeldekentje nodig hebben tegen de boze wereld buiten. Of de illusie dat er nog hoop is voor de mensheid als een mooie blonde dokter een spalkje van stopnaalden in elkaar knutselt voor Pickles, de cavia die ongelukkig ten val kwam van de ontbijttafel. En de manke eend Snowball gered wordt van een fin de carrière als canard à l’orange.

U hoeft daar verder niks achter te zoeken, maar ik wil ook wel eens naar Vets in practice kijken. Neem nu vorige maandag, de heetste dag van het jaar volgens Frank: de mussen vielen van het dak en geen Luc Beaucourt in zicht om ze te reanimeren. Maar kijk, bij de Dierendokters was het Kerstmis. Een ietwat zonderlinge programmatie van TV1, die evenwel voor een instant Daikin-effect zorgde. Dat Trude en Maria hevig naar kerststerren en sparren verlangden, wist Chris Dusauchoit. Maar niet naar kalkoen, natuurlijk. Dat Chris het off screen-commentaar bij deze serie mag leveren, is natuurlijk geen toeval. Chris is zelf namelijk een bonafide dierenvriend, die ooit zijn hond als talkshowhost lanceerde, een voorbeeld dat mijns inziens veel te weinig navolging kreeg. De Noorse Miss Veterinarian Beauty TrudeMostue is er dan weer verantwoordelijk voor dat driekwart van de elfjarige meisjes in Groot-Brittannië dierenarts wil worden. ‘Oh gosh’, griezelt Trude als ze een hoop smurrie uit het oor van konijntje Twinkle schept. Uit pure empathie rimpelt ze expressief haar neus.

Nu moeten de dierendokters wel vaker smerige klusjes opknappen, maar nooit zie je ze in het slachthuis op zoek naar hormoonpreparaten. Wat hun levensverwachting aanzienlijk verhoogt. En zeg nu zelf, een met kogels doorzeefde dierendokter, daar worden elfjarige meisjes niet vrolijker van. Nee, Trude ontwormt liever snoezige poesjes en is in haar vrije tijd reuzegelukkig met Howard, een kale krachtpatser in een blauw trainingspak die een alarmerende gelijkenis vertoont met Mr. Proper Badkamer.

Want tussen twee ontvlooiingen door rapporteren de dierendokters openhartig over hun relatieleven, dat minstens even boeiend is als de oogoperatie van het eekhoorntje Chip. Een eekhoorn met een ooglapje, moet kunnen. Een bijzonder dappere eekhoorn bovendien, die al veel meegemaakt had, beweerde zijn baasje. In mijn verbeelding zag ik Chip onder de bommenregen van Tora Bora. Wat niets was, vergeleken met de ontberingen van de obese cavia Munchkin, die van pure frustratie de plinten opat. En uitgerekend op kerstdag moest Trude een keizersnede uitvoeren op de Duitse herder Sadie. De baasjes, een stel gepiercetegelkikkers die eruitzagen alsof ze na de match wel eens een auto in brand wilden steken, trokken wit weg toen de verpleegster hen een dode pup op schoot legde. Maar geen nood, zes maanden later had Sadie een nieuwe worp. Zo gaat dat namelijk in dierenprogramma’s: na een dode pup komt er prompt een nieuwe, springlevende. Was alles maar zo simpel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content