She Who Dwells… (Hummingbird Records/Roadrunner)

In juli kondigde Sinéad O’Connor aan zich te zullen terugtrekken uit de muziekbusiness. Niet echt een verrassing, aangezien ze meermaals had aangegeven dat haar carrière vroegtijdig zou eindigen en ze zich al lang low profile houdt. Sinds het megasucces van dertien jaar geleden met de wereldhit Nothing Compares 2 U worstelde de frêle Ierse met haar sterstatus en liep haar leven over een hobbelig en niet bepaald met rozen bezaaid pad.

De jongste tijd maakte ze het meest indruk als gastzangeres. Harbour (op Moby’s 18) en 1000 Mirrors (op Asian Dub Foundations Enemy Of The Enemy, maar ook op deze dubbelaar te vinden) behoren tot de aangrijpendste songs die de voorbije jaren onze ziel masseerden. Ze toonden eens te meer aan hoe uniek en expressief haar stem is.

Dit dubbelalbum is dus haar testament. De eerste cd bevat rariteiten, demo’s en onuitgegeven liedjes. Openers Regina Caeli en O Filii Et Filiae, verstilde Gregoriaanse gezangen, zijn een indicatie van hoe ze haar toekomst ziet: songs zal ze voortaan beschouwen als een soort gebeden en niet langer als entertainment. Deze restjesplaat kabbelt een eind weg, bij momenten neigend naar new age. Brigidine Diana, de hommage aan wijlen prinses Diana die bewust een tegengewicht zoekt voor de sentimentaliteit van Elton Johns Candle In The Wind, is best mooi, maar de covers van Do Right Woman (Aretha Franklin), Love Hurts (Gram Parsons) en Chiquitita (Abba) zijn allerminst onmisbaar.

Zo flauw als het gros van deel één is, zo pittig is deel twee. Een liveplaat geregistreerd in Dublin met dezelfde set als op haar concert vorig jaar in de Antwerpse Koningin Elisabethzaal. Alle ingrediënten van haar universum – folk, reggae, rock – zijn perfect gedoseerd. Het is een sober en intiem, maar dynamisch optreden. Met alle klassiekers ( I Am Stretched On Your Grave, Thank You For Hearing Me, Fire On Babylon, The Last Day Of Our Acquaintance en natuurlijk Nothing Compares 2 U), emotioneel verwoestend en toch to the point. Sinéad in al haar essentie. Hier zullen we ons een tijdje aan kunnen laven. Mocht de enigmatische artieste ooit terugkomen op haar beslissing – ze is het levende bewijs dat je niet dood gaat aan wispelturigheid -, beloven we plechtig daar geen cynische opmerkingen over te maken.

door peter van dyck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content