SHARUNAS BARTAS

In Parijs mocht hij het Centre Pompidou vullen, in Brussel moet hij het stellen met undergroundbioscoop Cinema Nova. Maar laat dat de pret niet drukken. Slow cinema-icoon Sharunas Bartas is onderweg naar ons land met zijn nieuwe film Peace to Us in Our Dreams in zijn droomkoffer. ‘De werkelijkheid laten zien, dat is altijd herbeginnen tot je erbij neervalt.’

Is Sharunas Bartas de meest zwaarmoedige van alle coryfeeën van de slow cinema? Nog droeviger en melancholischer dan Apichatpong Weerasethakul, Tsai Ming-liang, Lav Diaz of Lisandro Alonso? Materiaal genoeg om een casus mee op te bouwen. Kort na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie begon de Litouwse leerling van de Hongaar Béla Tarr aan een reeks speelfilms die opvielen door hun krachtige beeldtaal, trage ritme, weidse vergezichten en een spartaans gebruik van dialogen. Zonder pardon vestigden films als The Corridor (1995), The House (1997) en Freedom (2000) de aandacht op schier uitzichtloze ellende, onherbergzame gebieden, verpletterende eenzaamheid, vluchtelingen en gebroken mensen die wanhopig op zoek zijn naar een strohalm om zich aan vast te klampen. Een stormloop op de bioscopen heeft de zwijgzame Balt dan ook nog nooit veroorzaakt. Maar de festivals zien hem graag komen – hij pakte prijzen in Cannes, Berlijn en Venetië. En wie ooit een film van hem heeft gezien, zal die niet gauw vergeten.

Bartas’ nieuwe film, Peace to Us in Our Dreams, werd vorig jaar vertoond op de Quinzaine des Réalisateurs in Cannes. Het breaking news: Bartas spreekt. Het is eens geen woordloze film. Een violiste die haar levenslust kwijt is, trekt zich met haar vermoeide man en zijn zestienjarige dochter terug in een landhuis. Bartas speelt zelf de man op zoek naar de kracht om verder te doen. Vervang zijn sigaret door een martini, steek hem in een smoking en hij lijkt op de James Bond van Daniel Craig. De rol van de dochter gaf hij aan zijn dochter Ina Marija Bartaité. Op een bepaald moment kijkt zijn personage vol weemoed en droefenis naar videobeelden van Katia Golubeva, Ina’s moeder en de fetisjactrice van Bartas, die in 2011 overleed. Maakt dat van Peace to Us in Our Dreams zijn meest persoonlijke project tot nog toe?

‘Ik denk dat al mijn films in de grond over mij gaan. Ze vertrekken van mijn ervaringen en van wat ik voel. Mettertijd is dat materiaal rijker geworden. Ik vond dat ik daar deze keer directer, explicieter en zonder omwegen mocht uit putten.’ Bartas laat de grenzen tussen fictie en werkelijkheid keer op keer vervagen. ‘Ik vind het ráár dat er grenzen opgetrokken zijn tussen film en cinema en tussen fictie en documentaire. Al jaren probeer ik die op te blazen. Ik wil de werkelijkheid laten zien, maar dat is hard werken, en wachten op het juiste moment. Herbeginnen tot je erbij neervalt. Ik hou niet van volledig fictieve personages. Die staan de acteurs niet toe om echte gevoelens uit te drukken. Meestal krijg je nabootsingen van echte sentimenten en de camera merkt dat. Mijn personages moeten zo naturel mogelijk spreken. Het mag niet lijken alsof ze opzeggen wat hen gedicteerd wordt door een regisseur of scenarist die de helden uit de klassieke cinema voor ogen heeft.’

MIJN KONINKRIJK VOOR EEN TOEHOORDER

Peace to Us in Our Dreams speelt zich af in een landhuis nabij de Litouwse hoofdstad Vilnius, waar Bartas echt gewoond heeft. ‘Ik verplicht mezelf om te filmen op plekken waar ik van hou en die ik ken. Hetzelfde geldt voor de acteurs: ik kies voor mensen die ik graag zie, die ik ken, die ik goed aanvoel.’ Een van Bartas’ stokpaardjes is de al dan niet onthechte relatie tussen de mens en zijn omgeving. ‘Een mens is altijd ergens. We bestaan niet op zich, we bestaan op een bepaald moment op een bepaalde plek. De mens is nauw verbonden met de plek waar hij leeft. In tegenstelling tot theater kan film de mens in zijn omgeving laten zien. Je kunt filmen in een echt bos, in een woning van echte baksteen. Dat wil ik uitbuiten.’

Een andere terugkerende thematiek bij Bartas is gebrekkige communicatie. De mens is slim genoeg om met Pathfinders Mars te verkennen, maar een kluns als het erop aankomt om zijn emoties te tonen en zijn gedachten te ventileren. ‘De behoefte aan expressie is er vanaf onze geboorte. Een heel leven lang leren we bij. Maar je krijgt zelden de kans om iemand uit te leggen wat je denkt en hoe je je voelt. Wanneer zo’n kans zich wél voordoet, is dat een belangrijke gebeurtenis in je leven. Maar je hebt wel een toehoorder nodig. Liefst iemand die dicht bij je staat en die je respecteert en vertrouwt. Al heb ik het grote geluk dat ik altíjd zo’n toehoorder heb die aandachtig luistert naar wat ik vergeefs probeer uit te drukken: het publiek. Aan één iemand in de zaal heb je genoeg. Zonder sta je nergens.’

Het verbaast Bartas dat het zoveel mensen verbaast dat er gedialogeerd wordt in Peace to Us in Our Dreams. ‘Men beweert dat ik niet van woorden houd. Dat is onzin. Ik houd wél van woorden. Ik lees graag poëzie. Ik kén woorden, ik weet wat ze kunnen betekenen. Net daarom zie ik er streng op toe hoe ze worden gebruikt.’ Hij verplicht niemand om even eigenzinnige films te maken. ‘Cinema is een grot met duizenden ingangen. Het is niet gemakkelijk om er eentje uit te kiezen. Dankzij het internet is veel inhoud beschikbaar. Je kunt kiezen uit vele duizenden films, films uit jouw land en jouw tijd of films uit andere landen en andere tijden. In de literatuur is die veelsoortigheid er al veel langer. Zo is het goed. Het ene moment wil je Agatha Christie lezen, het volgende Dostojevski. Zo is het leven. Hetzelfde geldt voor film. Soms hebben we behoefte aan iets ontspannends. Soms aan iets met meer diepgang.’

PEACE TO US IN OUR DREAMS

Van 6/5 tot 5/6 in Cinema Nova, Brussel. Ontmoeting met de regisseur op 6/5. www.nova-cinema.org

DOOR NIELS RUËLL

‘CINEMA IS EEN GROT MET DUIZENDEN INGANGEN. HET IS NIET GEMAKKELIJK OM ER EENTJE UIT TE KIEZEN.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content