‘NOOIT SPEEL IK EEN MOSLIMTERRORIST’

Binnenkort mag hij Jezus verraden, maar eerst heelt de ster van Un prophète harten in Réparer les vivants.

Zijn guitige blik, genereuze glimlach en jongensachtige charme laten het niet vermoeden, maar Tahar Rahim is intussen al 35. De rookie spelen, zoals hij acht jaar geleden op verbluffende wijze deed in Jacques Audiards gevangenisthriller Un prophète, zit er dan ook niet meer in. Maar een onetrickpony is de Fransman met Algerijnse roots nooit geweest. Vraag dat maar aan onze landgenoot Joachim Lafosse, die hem in À perdre la raison castte als onmondige huisvader wiens vijf kinderen worden vermoord door zijn labiele vrouw. Aan de Iraanse grootmeester Asghar Farhadi, die hem aan de op scheiden staande Bérénice Bejo koppelde in Le passé. Of aan andere gerenommeerde regisseurs binnen en buiten Frankrijk, zoals Kevin Macdonald (The Eagle), Lou Ye (Love and Bruises), Rebecca Zlotowski (Grand Central), Fatih Akin (The Cut) en Kiyoshi Kurosawa (Le secret de la chambre noire).

In afwachting van zijn rol als Judas in de Jezus-biopic Mary Magdalene – met Joaquin Phoenix als Messias en Rooney Mara als heilige prostituee! – mag hij nog een toptitel aan dat lijstje toevoegen. Vanaf volgende week kunt u hem aan het werk zien in het mozaïekdrama Réparer les vivants, een soort Magnolia op z’n Frans gebaseerd op de novelle van Maylis De Kerangal en naar het witte doek vertaald door Katell Quillévéré, de jonge cineaste die oh là là’s oogstte met haar eerste twee films: Un poison violent (2010) en Suzanne (2013). ‘Ze is nu al straf, en straks wordt ze even groot als Haneke, Almodóvar, Audiard en al die andere Europese meesters’, vertelt Rahim met zijn typische enthousiasme. ‘J’en suis sûr. Voor mij tellen drie dingen: de regisseur, de rol en het script. Doorgaans ook in die volgorde.’

Rijden op kamelen

In Réparer les vivants, een ode aan de motor van het leven waarin het hart van een pas overleden jonge surfer wordt ingeplant bij een vijftigjarige huismoeder, speelt Rahim een ziekenhuiscoördinator die patiënten opvangt en begeleidt vlak voor en na een ingrijpende operatie. ‘Ik heb ter voorbereiding een maand in een Parijs ziekenhuis een echte coördinator gevolgd en geassisteerd’, aldus Rahim. ‘Wat ik daar heb gezien, heeft een diepe indruk op me nagelaten. Ik kan alleen maar zeggen dat wat het verplegend personeel dag en nacht doet nauwelijks genoeg gewaardeerd kan worden – ook financieel. Zij zijn zeker zo belangrijk als chirurgen. Verplegers doen minstens even fantastisch werk voor de ziel, met aandacht en woorden.’

Een method-acteur wil Rahim zichzelf niet noemen, maar zich grondig op een film voorbereiden of een specifiek milieu verkennen, is iets waar hij altijd al trots en plezier in heeft geschept. ‘Ik zoek altijd de realiteit op. Dat is de beste leermeester, voor eender welke rol. Voor Un prophète heb ik met criminelen gepraat en gevangenissen bezocht. Ik ben ter plekke met Turken en Armeniërs gaan praten over de Armeense genocide voor The Cut (2014). Ik heb met kamelen door de Arabische woestijn gereden voor Black Gold (2011) van Jean-Jacques Annaud, de Romeinse geschiedenis bestudeerd – en zelfs een woordje Gaelic geleerd – voor The Eagle (2011). De enige omgeving waar ik nog nooit geweest ben, is de ruimte. En die zou ik heel graag eens verkennen. Echt. Ik ben gek op sciencefiction.’

Opgegroeid met cinema

Voorlopig zal Rahim nog even moeten wachten op een interstellaire trip, maar voor een jongen met Algerijnse roots uit Belfort, een provinciestadje in de Elzas, heeft hij toch al een aardig parcours afgelegd. ‘Als kind ging ik constant naar de bioscoop’, herinnert Rahim zich. ‘Ik zag alles: Franse films én Amerikaanse blockbusters. Ik ging twee, drie keer per week. Al mijn zakgeld ging eraan op. Terwijl mijn klasmakkers voetbalden of op straat rondhingen, zat ik in mijn eentje in de bioscoop. Toen ik mijn ouders vertelde dat ik acteur wilde worden, keken ze dus niet raar op, niet evident voor iemand met Maghrebijnse roots. Ze hebben me altijd gesteund, ook al kregen ze weleens schampere opmerkingen van familie en buren. Ik heb mijn moeder maar één ding moeten beloven: dat ik nooit naakt in een film te zien zou zijn. Dat heb ik als brave zoon altijd gerespecteerd. Of toch grotendeels. (lacht)

Rahim is trouwens niet de enige Fransman met vreemde roots die de jongste jaren de Franse cinema kleurden. ‘Omar Sy, Reda Kateb, Leila Bekhti – mijn vrouw… Er zijn steeds meer jonge Fransen met een donkere huidskleur die een mooie carrière aan het uitbouwen zijn, tot in het buitenland. Ik denk dat we op de goede weg zijn. Het publiek is multicultureel en dus wordt ook de cinema diverser. C’est logique, quoi. Automatisch brengt dat ook diversere rollen met zich mee. Ik ben me altijd bewust geweest van die dingen. Ik zal nooit een moslimterrorist spelen. Ik zeg niet dat moslimterroristen niet bestaan, of dat je erover moet zwijgen, maar ik heb er niets mee en stereotypering is er al genoeg. Frankrijk maakt moeilijke tijden mee, maar het is aan ons artiesten om mensen te vermaken, te prikkelen en af en toe ook eens te doen nadenken. Wat in Parijs is gebeurd, is verschrikkelijk. Maar aanslagen zijn niet de norm. Ik woon er al jaren en ik ga elke week uit, naar de bioscoop, op restaurant, op café. Parijs is de stad van romantiek, van geliefden, van plezier, en dat zal en moet altijd zo blijven.’

– RÉPARER LES VIVANTS

Vanaf 9/11 in de bioscoop.

door Dave Mestdach

‘Ik heb mijn moeder maar één ding moeten beloven toen ik acteur werd: dat ik nooit naakt in een film te zien zou zijn.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content