Mocht u het ons vragen: wij vinden MGMT de meest terechte hype van het jaar. Hun debuutplaat ‘Oracular Spectacular’ is zó hot dat u ze in bed moeiteloos als voetverwarmer kunt gebruiken. En hun passages in de AB en op Pukkelpop waren zó verpletterend dat we het als een crimineel feit beschouwen als u er volgende week in de Vooruit niet bij bent.
Het is allemaal razendsnel gegaan voor MGMT. Nauwelijks hadden Andrew Van Wyngarden en Ben Goldwasser er een handvol optredens op zitten of een major bood hen al een cheque met zes nullen aan om hun hoogst psychedelische synthpopsongs op plaat te zwieren. Oracular Spectacular sloeg in als een bom. Ook in ons land, waar singles als Time To Pretend, Electric Feel en Kids met geen vlammenwerper meer van de FM-band te branden zijn. En dan te bedenken dat ze hun instant succes ook nog eens zélf hebben voorspeld in Time To Pretend: ‘I’m feeling rough, I’m feeling raw, I’m in the primeof my life / Let’s make some music, make some money, find some models for wives.’
Hoe voelt het om die woorden waarheid te zien worden?
Andrew Van Wyngarden: Niet overdrijven, hé. Ze zijn nog lang niet allemáál uitgekomen. We hebben geen harddrugsverslaving en we daten geen supermodellen. Nóg niet. (Lacht) Laten we alleen hopen dat het verhaal van MGMT niet eindigt zoals de song (‘We’ll choke on our vomit and that willbe the end’, nvdr.).
Zijn er ook voor- of nadelen aan de roem die jullie niet in ‘Time To Pretend’ behandelen, maar waarmee jullie wél al te maken hebben gekregen?
Van Wyngarden: Al het werk dat erbij komt kijken! Nooit gedacht dat het leven van een muzikant zo zwaar kon zijn. Toen de concertaanbiedingen begonnen binnen te lopen, zijn we als gekken beginnen te repeteren, want tot vorig jaar waren we helemaal geen volwaardige liveband. Muzikanten zoeken en de nummers instuderen: dat was al een hele taak. En nu… al dat toeren: ik wil niet klagen natuurlijk, maar ik had het toch flink onderschat.
In ‘Youth’ zing je: ‘This is a call to armsto live and love and sleep together.’ Eigenlijk zijn jullie een bende hippies, hé?
Van Wyngarden: En dan? Is dat zo erg? Nu ja, eigenlijk zijn we toch vooral cynische hippies. Ik bedoel: we lachen ook wel een beetje met die boodschap van peace, love and understanding.
Vergeet niet dat Ben (Goldwasser; nvdr. ) en ik deze plaat hebben gemaakt toen we nog studenten waren. Een tijd waarin je boordevol idealen zit, maar ook een tijd waarin de realiteit stilaan doorsijpelt en je die idealen begint bij te stellen. En dat is precies wat we op deze plaat doen: onze naïeve, jongensachtige idealen uitschreeuwen, maar ze tegelijk een beetje ontkrachten.
De plaat heeft een ‘parental advisory’-sticker meegekregen. Waaraan hebben twee brave hippies dat verdiend?
Van Wyngarden: Aan één stomme zin in Time To Pretend: met name de ‘fuck with the stars’-zin. Eén passage en het was bingo! Niet tegen mijn mama zeggen, maar eigenlijk ben ik best wel trots op die sticker. (Lacht)
Wat is de vreemdste omschrijving van jullie muziek die je al bent tegengekomen?
Van Wyngarden: Eerlijk gezegd lees ik nauwelijks nog wat er over ons geschreven wordt: de media-aandacht is gewoon te groot om het nog allemaal te kunnen volgen. Het is ook ontzettend raar om reviews over onze plaat te lezen, want blijkbaar voelt geen enkele recensent de plaat aan zoals wij ze bedoeld hebben. Er zijn bijvoorbeeld journalisten die onze muziek met Muse vergelijken. Met Muse! Daar kan ik echt niet bij. In andere besprekingen kom ik dan weer vergelijkingen tegen met groepen waarvan ik nog nooit gehoord heb. Dat voelt ook vreemd, hoor.
Toch even testen: ik hoor invloeden van Grandaddy en The Flaming Lips.
Van Wyngarden: Kijk, die groepen ken ik wel. En ja, die waren absoluut een belangrijke bron van inspiratie tijdens de opnames.
Jullie maken poppy en goed in het oor liggende songs, maar toch las ik dat jullie aanvankelijk ‘lelijke, weerzinwekkende’ muziek wilden maken.
Van Wyngarden: Is dat niet eigen aan koppige, eigenwijze studenten dan? We wilden rebels zijn, hé. En de mensen een neus zetten, ze uit hun tent lokken. Dat we daar een carrière aan hebben overgehouden, is toch onvoorstelbaar!
(Gegeneerd) In het begin hebben we ons op het podium echt vreselijk aangesteld. Soms durfden we als eerste bisnummer weleens Brown-Eyed Girl in te zetten. Als de mensen dan begonnen mee te zingen, legden we het meteen weer stil: ‘Jullie dachten toch niet écht dat we Brown-Eyed Girl gingen spelen, zeker?’ Dat soort plagerijen. Andere keren speelden we dan weer een uur lang de tune van Ghostbusters. Kinderachtig, hé?
Nogal. Hoe verklaar je de golf van exotische muziek die dit jaar uit Brooklyn komt?
Van Wyngarden: Ik weet het niet. Ik vind het wel leuk, hoor. Maar we hebben niet het gevoel dat we deel uitmaken van een scene. Er zijn aan de Amerikaanse oostkust al een hele tijd groepen die met psychedelische muziek bezig zijn, zoals Dead Meadow en Feathers. Dat wij er plots zoveel succes mee hebben, zal wel te maken hebben met het feit dat wij die psychedelische muziek met pop vermengen. Onze stroming, als ik ze al zo mag noemen, is wellicht een reactie op al die serieuze groepen die New York de laatste zes à zeven jaar heeft voortgebracht, zoals The Strokes en Interpol.
Naar verluidt brengen nogal wat fans drugs mee naar jullie concerten.
Van Wyngarden: Dat is allemaal begonnen toen een paar van onze fans af en toe een zakje weed naar het podium gooiden. Wij hebben daarop ingespeeld door tijdens optredens en in allerlei interviews te zeggen dat we dat aanmoedigden. Maar het is compleet uit de hand gelopen. Tegenwoordig krijgen we zakjes coke en amfetamines naar ons hoofd gegooid. Echt niet normaal meer.
Suggesties voor de mensen die volgende week naar de Vooruit komen?
Van Wyngarden: Als jullie crack of heroïne naar het podium gooien: níét met naald en al alstublieft. Veel te pijnlijk! (Lacht) Neen serieus, met een paar gram weed zijn we allang tevreden.
Oracular Spectacular
Uit bij SonyBMG
MGMT LIVE
14/11 Vooruit, Gent (uitverkocht)
Door Vincent Byloo
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier