VERSTAND OP NUL. MADONNA’S NIEUWSTE IS EEN RISICOLOZE DISCOPLAAT, WANT EEN NIEUWE BLAMAGE MOET DE QUEEN OF POP BESPAARD BLIJVEN.

CONFESSIONS ON A DANCE FLOOR

(Warner)

Madonna *

Wil iemand uit haar entourage van ja-knikkers Madonna met aandrang vragen om zich eindelijk als een 47-jarige te gedragen? Het is meelijwekkend hoe ze zich uitslooft om toch maar zo verleidelijk mogelijk met haar afgetrainde lijf over de grond te kronkelen. Ze sterft bij de gedachte dat ze zou moeten onderdoen voor veel jongere concurrentes als Britney Spears en Christina Aguilera. Is dát haar idee van waardig ouder worden? Niet dat we geen respect voor Madonna hebben, integendeel: als de wilde frisheid van oude hits als Material Girl, Into The Groove of Papa Don’t Preach ons tegemoet waait, zijn we niet in te tomen. Maar ons écht midscheeps raken deed Madonna pas tegen het eind van het vorige millennium, met de albums Ray Of Light en Music, waarvoor ze respectievelijk met de hippe danceproducers William Orbit en Mirwais in zee was gaan.

Op Confessions On A Dance Floor is Stuart Price aka Les Rythmes Digitales aka Jacques Le Cont de man die de lakens uitdeelt . Hij slaagt er helaas niet in om zijn voorgangers te evenaren. Wellicht omdat het uitgangspunt anders was. Madonna wou met deze cd niets aan het toeval overlaten: ze moest en zou scoren. Van haar vorige album, het wat grimmige American Life, werden ‘slechts’ vier miljoen exemplaren verkocht, en dat was een blamage voor de Queen of Pop. Nieuw gezichtsverlies moest tegen elke prijs vermeden worden. De grote kannonnen dienden bovengehaald, niet alleen promotioneel – Confessions On A Dance Floor kreeg de duurste reclamecampagne uit haar carrière – maar óók muzikaal.

Groter kan het contrast met de verfijning van Ray Of Light en Music niet zijn. De kersverse cd is een opeenvolging van stampers, bedolven onder dikke lagen synthesizers en elektronische snufjes, en netjes gemixt als een dj-set. Stuart Price trekt zonder schroom z’n eighties trukendoosje boven. Future Lovers kopieert schaamteloos discoheld Giorgio Moroder, en Hung Up leunt al te makkelijk op een sample van godbetert Abba’s Gimme Gimme Gimme (A Man After Midnight). Price getuigt zeker van productioneel vernuft – luister naar de wekker die Hung Up aan Get Together linkt – maar de songs lijden onder een manco aan degelijke ideeën. Get Together is très Daft Punk, terwijl I Love New York op een new wave-themaatje drijft dat al lang uitgeperst is als een citroen. Even ontwaren we een vleugje weemoed, wanneer de ster in de intro van Sorry in pauselijk Nederlands ‘ik ben droevik’ zegt (een foute vertaling trouwens, geplukt van een vertaalmachine op het internet), maar alras wordt het tempo weer opgetrokken. Deze escapistische clubtrack draagt wél als een van de weinige een meeslepende melodie. Forbidden Love en How High bezitten ook goeie zanglijnen, maar die worden helaas versmacht onder een tapijt van mechanische geluiden. De enige originele track is het psychedelische, percussieve Push. Isaac is een buitenbeentje waarin Madonna even de kabbalaleer aanraakt: de combinatie van spirituele zang en beats doet aan Nitin Sawhney denken. Tekstueel is deze plaat van een stuitende oppervlakkigheid. De benen worden ruimschoots bediend op Confessions On A Dance Floor, maar het hoofd blijft op zijn honger.

Peter Van Dyck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content