In de romcom Looking for Eric waagt Ken Loach zich aan een een-tweetje met voetbalgod Eric Cantona, en presenteert hij zo zijn luchtigste film ooit. ‘No worries. Niemand van ons heeft een kungfutrap gekregen.’
‘Hoog tijd voor iets vrolijkers’, moet Ken Loach gedacht hebben na zijn Ierse burgeroorlogepos The Wind That Shakes the Barley en zijn globalisatiedrama It’s A Free World. En dus ging hij in op de vraag van voormalig voetbalvedette, cultfiguur en hobbyacteur Eric Cantona om samen een film te maken.
Het resultaat is een onvervalste crowd pleaser waarin de ex-spelverdeler van Manchester United zichzelf mag spelen als het idool en de spirituele goeroe van de hardwerkende postbode Eric (Steve Evets). Die laatste kan enig nuttig advies goed gebruiken,zeker nu zijn adoptiezonen zich in de nesten hebben gewerkt en hij hetalsnog hoopt goed te maken met zijn ex-vrouw.
Loach-Cantona een verrassende combinatie? Niet echt. Tenslotte is de maker van vérité-uppercuts als Kes, Raining Stones en Sweet Sixteen een fanatieke supporter van de Engelse zesdeklasser Bath United FC. Bovendien dook King Cantona de voorbije jaren wel vaker op het witte doek op én bleek hij een grote bewonderaar van de Britse filmveteraan.
Tijdens zijn voetbalcarrière stond Cantona niet meteen bekend alseen makkelijke jongen – denk maar aan zijn talloze rode kaarten en zijn beruchte kungfutrap. Was je niet bang voor zijn reputatie?
Ken Loach: Niet echt. Elke film is een sprong in het duister. Bovendien had ik al ervaring met amateuracteurs, hoewel Eric eigenlijk een semiprofessional is. Voor de opnames hebben we trouwens verschillende keren met elkaar gepraat en hij leek me meteen een zachtaardige en intelligente vent. Tegen mij is hij in elk geval nooit uitgevallen en bij mijn weten heeft ook geen enkel crewlid een kungfutrap gekregen. (Lacht) Dat bad boy-imago is een van de stereotypen waarmee we in de film wilden spelen.
Naar verluidt kwam het idee voorde film van Cantona, die hem ook mee produceerde.
Loach: (Knikt) Nadat hij te kennen had gegeven een film te willen maken, heeft mijn scenarist Paul Laverty een verhaal verzonnen waarin hij een van de hoofdpersonages was, zonder er een heldenportret van te maken. Het basisconcept was: twee Erics ontmoeten elkaar in Manchester. De een is een absolute volksheld, de ander ziet zijn leven langzaam de dieperik inzinken.
Eerlijk: voor jouw doen lijkt het nogal een simpele en futiele film.
Loach: Ik wilde graag een komedie maken, en voor een voetbalfilm had ik ook al jaren plannen. Voetbal is niet alleen de volkssport bij uitstek, het is ook de arena voor allerlei collectieve gevoelens. Toen Eric met zijn concept kwam, vond ik het meer een grap dan wat anders. Maar ik dacht: ‘Waarom er dan geen goede grap van maken?’ Ik vind het dus géén futiele film. Het gaat nog altijd over een workingclassfamilie en de sociale context is pijnlijk reëel. Waarom laten de zonen van de postbode zich met louche zaakjes in? Omdat er geen werkzekerheid is en ze door het makkelijke geld worden verleid.
Heeft jouw club Bath ooit tegenhet Man U van Cantona gespeeld?
Loach: Daarvoor zijn we te klein. En een steenrijke Russische voorzitter hebben we ook al niet. (Lacht) Maar ik had, net als iedereen, natuurlijk wel levendige herinneringen aan Cantona. Hij was niet alleen een begenadigde voetballer, hij blijft ook het absolute icoon van Manchester United, meer nog dan George Best en die andere legendes. Dat komt omdat hij een Fransman was die zich door en door Engels voelde, enorm charismatisch bleek en door de fans als een koning aanbeden werd. Ze zongen zelfs de Marseillaise voor hem en ik kan je verzekeren: dan heb je het in Engeland als fransoos echt wel gemaakt. (Lacht)
Cantona heeft miljoenen verdiendals sterspeler van de nv Manchester United. Heb je hem daar als socialist over aangesproken?
Loach: Niet de lonen zijn het probleem van het moderne voetbal – aangezien spelers hun geld op hooguit tien seizoenen tijd moeten zien te verdienen – maar wel de buitenlandse investeerders. Die kopen voetbalclubs op en maken er beursgenoteerde multinationals van die als een merknaam worden verkocht. Zo stijgen de ticketprijzen en kunnen de gewone supporters hun club enkel nog op tv aan het werk zien. Langs de andere kant moet je erkennen dat het niveau in de Premier en de Champions League, waar dat kapitaal verzameld zit en bijgevolg de beste spelers rondlopen, de jongste tien jaar spectaculair is gestegen. Het klopt dat het spelletje deels gecorrumpeerd is, maar gelukkig geldt dat alleen voor het allerhoogste niveau. Bij Bath blijven we vrolijk verder klungelen in de zesde divisie, maar ik beleef elke wedstrijd nog altijd als een Champions League-finale. (Lacht)
LOOKING FOR ERIC
Vanaf 10/6 in de bioscoop
Door Dave Mestdach
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier